Een kwartier voordat het college begint, zitten de meeste studenten al in de zaal in het Van der Goot-gebouw. Alle 600 studenten passen erin, maar er zijn maar 150 mensen door een treinstaking. Op het podium staat een tafel met een computer die de PowerPointpresentatie op het grote scherm projecteert. De batterij van de klok boven de deur moet worden vervangen, want die geeft half drie aan in plaats van kwart voor elf.
College: Accounting (vrijdag 11 uur in M1-12 (Oxford))
Docent: Jeroen Suijs
Onderwerp: Hoe je de boekhouding doet als de debiteuren er een potje van hebben gemaakt (door producten te retourneren of niet te betalen).
Publiek: Eerstejaars Economie en bedrijfseconomie en Fiscale Economie. 150 studenten in de zaal. Door de treinstaking zit de rest het college online te volgen.
Reden om te volgen: Je leert hoe de boekhouding werkt zodat je financiële informatie correct kunt interpreteren en gebruiken. Of zoals student Wesley verwoordt: “Met deze kennis kan je veel geld verdienen in de toekomst.”
Retour verwerken in balans
De stemmen van kletsende studenten galmen in de ruimte. Docent Jeroen Suijs wacht rustig af op het podium totdat iedereen zit. Hij doet vervolgens de deur dicht en begint het college. Het gaat over hoe je de boekhouding doet bij verkopen en hoe je rekening houdt met de mogelijkheid dat een deel van de geleverde producten geretourneerd wordt.

Met veel emoji’s in zijn presentatie verdeelt de docent het proces in drie periodes. In de eerste periode zie je emoji’s van kleding en schuddende handen: je verkoopt je producten voor 400 euro. Daaronder zie je een balans. “Je zet in de balans ‘Debiteuren’ aan de debetzijde en ‘Opbrengst verkopen’ aan de creditzijde – allebei met 400 euro”, legt hij uit.
In de tweede periode stuurt de debiteur een deel van de producten terug (emoji’s op het scherm: kleding, een bestelbus en een verdrietig gezicht). Hoe verwerk je dit in je boekhouding? “Stel dat de geretourneerde producten 100 euro waard zijn, dan zet je ‘Verkoopretouren’ aan de debetzijde en ‘Debiteuren’ bij credit, allebei met 100 euro. Daardoor kun je de inkomsten corrigeren in de derde periode. Dan heb je ‘Kas’ en ‘Debiteuren’ met 300 in balans.”

Geroezemoes achter in de zaal
De uitleg van docent Suijs wordt onderbroken door geroezemoes achter in de zaal. “Zouden jullie stil willen zijn?”, vraagt de docent. “Je denkt misschien dat je stilletjes kletst, maar we kunnen je horen.” Een aantal studenten kijken verontschuldigend aan en tegelijkertijd proberen ze hun lach in te houden.

De docent vervolgt zijn uitleg. “De bovengenoemde methode is op zich prima”, zegt hij. “Maar het geeft in de eerste periode geen realistisch beeld van de gegenereerde inkomsten.” Dus wat veel bedrijven doen, is rekening houden met een retour zodra een transactie plaatsvindt: ze reserveren een bedrag in de balans voor verwachte retouren. “Dus in plaats van alleen ‘Debiteuren’ en ‘Opbrengst verkopen’ zet je ook ‘Verwachte retouren’ in de balans. Hier zie je bijvoorbeeld ‘Debiteuren’ 400 euro (debet), ‘Opbrengst verkopen’ 250 euro (credit) en ‘Verwachte retouren’ 150 euro (credit).” De docent kijkt rond. “Is het duidelijk? Zijn er vragen hierover?”
Gek op boekhouding

Dat een paar medestudenten het college af en toe verstoren met hun geklets stoort Julia niet. Zij zit op de derde rij waar ze zich goed kan concentreren op de uitleg van de docent. “Ik vind dit college geweldig omdat het zo gestructureerd is”, vertelt ze. “En ik hou gewoon van cijfers en boekhouding. Ik heb zelf een balans waarop ik mijn inkomsten en uitgaven noteer.” Ze gebruikt er geen app voor. “Nee, ouderwets een balans maken in mijn notitieboek werkt therapeutisch voor mij.”
Student Jane maakt geen balans voor haar uitgaven, maar ze heeft geen moeite om er een te maken als oefening voor het college. “De docent legt duidelijk uit hoe het moet. Het college is ook interactief, hij stelt vragen om je bij te betrekken.” Haar medestudent Sam is het ermee eens. “De opbouw van het college is goed, de docent legt uit met tussenstapjes, dus hij herhaalt veel en voegt steeds nieuwe dingen bij. Hij checkt ook vaak of alles duidelijk is.” Boekhouding is niet moeilijk, vinden de studenten. Jane: “Maar misschien vinden wij het college leuk omdat we het begrijpen en goed hebben voorbereid. Ik weet niet of dit ook leuk is als je het niet begrijpt.”

Aan de bak
Achter in de zaal lijken een aantal studenten minder bezig met het college. Met oordopjes op staren ze naar hun telefoon. Een student in een flanellen shirt wil wel met EM praten, maar noemt zijn naam liever niet, want hij ‘wil niet bekend staan als een trouble maker’. “Eerlijk gezegd vind ik dit college heel saai. Boekhouding is sowieso niet aantrekkelijk.” Hij geeft toe dat hij zich nog niet in de leerstof heeft verdiept. Hoe gaat hij dat inhalen? “Nou, dat wordt hard werken”, lacht hij. “Vanaf dit weekend ga ik vol aan de bak. Als ik geslaagd ben dan kom ik persoonlijk bij jullie op kantoor om dat te laten weten.”
Redacteur Feba Sukmana en illustrator Pauline Wiersema volgen iedere maand een college. Samen beschrijven en verbeelden ze hoe het onderwijs wordt gegeven, wat er allemaal in de collegezaal gebeurt en wat studenten van het college vinden.
EM is op zoek naar de beste, grappigste of interessantste colleges op de EUR. Moeten we een keer bij jouw docent langs? Tip ons op [email protected]
EM zoekt een motto en jij mag ’t bedenken!
Ieder zichzelf respecterende organisatie vindt zichzelf elke paar jaar weer opnieuw uit.…