Terwijl studenten nietsvermoedend over de brug van de campusvijver lopen, wordt een klein eitje in het onderwaterbos gelegd. Het eitje dwarrelt naar de bodem, en na een tijdje komt er een larve uit kruipen. Maar liefst een jaar lang leeft hij onder water, totdat hij zich ontpopt tot een volwaardige watersnuffel en in het voorjaar de lucht in vliegt.

Tientallen felblauwe tandenstokers met zwarte strepen, die in de zon licht lijken te geven, ‘snuffelen’ vlak boven het wateroppervlak van de campusvijver. Ze houden van ‘schoon’ water, vertelt ecoloog Garry Bakker van Bureau Stadsnatuur, en dat heeft deze ‘kale bak beton’. De vijver ligt er iets langer dan tien jaar, waardoor die nog niet zoveel organisch materiaal heeft verzameld.

Keizerlibel vijver natuur campus EUR 10.7.2023_Ronald van den Heerik
De grote keizerlibel legt ook haar eitjes in de campusvijver. Beeld door: Ronald van den Heerik

De watersnuffel heeft het druk bij de vijver. Als een jager zoeft hij heen en weer, op zoek naar eten. Dat is er genoeg bij dit, zoals Bakker het noemt, ‘tropisch regenwoud onder water’. Bij de ondergedoken waterplanten – planten die grotendeels onder water zitten – leven allerlei hapjes, zoals wantsen en muggen. En af en toe zoemt hij langs de gigantische ogen van een grote keizerlibel die met een gebogen rug eitjes tussen een waterplant aan het leggen is.

Dat doet hem denken aan zijn misschien wel belangrijkste missie: het vinden van een vrouwtje, en snel. Hij heeft sinds hij boven water is maximaal een paar maanden om te leven en zijn genen door te geven. Maar voor dit diertje lijkt het niet zo moeilijk om op korte termijn een partner te vinden, want wie goed kijkt ziet meerdere ‘tandems’ vliegen: verliefde, aan elkaar geplakte watersnuffels, die soms met hun lijven een hartje vormen.

Samen met het vrouwtje, dat vaak een andere kleur heeft, vliegt hij naar een goede plek om de bevruchte eitjes onder water af te zetten. De eitjes dwarrelen naar de bodem en, ja, je weet hoe de rest gaat.