Al een tijdje valt het me op dat de huidige generatie studenten het moeilijk heeft. Studenten ervaren een hoge mate prestatiedruk of eenzaamheid, en slaapproblemen. En al zullen ze dat niet met mij bespreken, volgens het Trimbos-instituut is risicovol middelengebruik onder studenten toegenomen. Volgens het RIVM ervaart meer dan de helft psychische klachten. Dat is veel, en verontrustend. Dit is zorgelijk, omdat de psychische klachten kunnen verergeren of leiden tot verminderd dagelijks functioneren. Op de lange termijn kan dat weer zorgen voor studie-uitval of baanverlies.
De huidige generatie studenten valt onder generatie Z, geboren tussen 1995 en 2010. Generatie Z groeit op in de economische crisis, klimaatcrisis en coronacrisis, in tijden van bezuinigingen, klimaatverandering, terreur en een wereldwijde lockdown. En met levenslang toegang tot het internet en grote technologische ontwikkelingen. Door de onzekerheden en veranderingen is deze generatie studenten ondernemend, onafhankelijk en open-minded. Aan de andere kant voelt Generatie Z een constante druk om te presteren en het beste uit zichzelf te halen. Successen worden op sociale media gevierd (en falen niet). Jongeren ervaren stress om te voldoen aan hoge verwachtingen van zichzelf of anderen.
Gelukkig heeft de universiteit aandacht voor het welbevinden van studenten en biedt ze ondersteuning via een platform voor studentenwelzijn. Studenten kunnen aansluiten bij sociale activiteiten in de Living Room en evenementen, kiezen voor ondersteuning, zoals coaching en zelfhulpmiddelen, bijvoorbeeld de wetenschappelijk onderbouwde Room App om stressfactoren te beheersen. Hoewel dit een goede stap is, moeten we meer investeren in de mentale gezondheid van studenten.
De slechtere mentale gezondheid van jongeren is een groeiend maatschappelijk probleem. Een integrale samenwerking van praktijk, beleid, wetenschap en maatschappij, samen met jongeren en hun ouders, is essentieel.
Allereerst is er meer kennis nodig over de oorzaken, de wisselwerking en mechanismen die de psychische gezondheid en veerkracht van jongeren kunnen voorspellen. Op die manier kunnen jongeren gericht en effectief geholpen worden. Jongeren die problemen ervaren moeten direct toegang hebben tot passende medische of psychologische hulp, zonder dat er sprake is van wachtlijsten. Bovendien is het belangrijk om vroegtijdig problemen te kunnen en leren signaleren, zodat tijdige hulp verergering kan voorkomen. Tot slot, moeten we, wat mij betreft, vooral inzetten op preventieve maatregelen. Weerbaarheid en veerkracht vergroten op een jonge leeftijd kunnen bijdragen aan het voorkomen van latere problemen. Zoals het gezegde luidt: jong geleerd is oud gedaan.