Deze kinderen van Erasmus lijken zeer sceptisch te zijn over ideologie en zich vooral in te willen zetten voor een absoluut neutrale campus waar iedereen zich gehoord voelt. Volgens de LE moet de Erasmus Universiteit mensen geen ideologie opdwingen, bijvoorbeeld in de vorm van regenboog-zebrapaden. Ook lijken zij een probleem te hebben met dat de voedselvoorziening op campus helemaal veganistisch moet worden.
Voordat ik overga naar de kritiek, wil ik ook wel benadrukken dat er bepaalde punten zijn waarin ik sympathiseer met Liberi Erasmi. Open debat en grotere betrekking van studenten bij het universiteitsbeleid zijn ideeën die ik kan onderschrijven. Een meer open debat is ook iets wat ik op campus hartelijk zou verwelkomen.
Ik heb echter het sterke gevoel dat achter de vrijheidslievende en emancipatoire retoriek van Liberi Erasmi een vorm van politieke lafheid en onverschilligheid schuilgaat. Zij begaan in mijn ogen een van de grootste politieke drogredeneringen die er is (en die al sinds tientallen jaren de ethos van het neoliberale Westen is): zij reduceren hele ingewikkelde sociale geschillen, ook die waarin het om de acceptatie en veiligheid van mensen gaat (zoals homoseksualiteit), tot gewoon maar een onderwerp waar je het of eens of oneens mee kan zijn. Alsof het een ijssmaakje was, en niet een fundamenteel deel van het leven van een mens.
Zo benadrukt de lijsttrekker Nawin Ramcharan (met wie ik trouwens wel af en toe beleefde gesprekken heb mogen voeren), dat hij helemaal voor acceptatie van homoseksualiteit is, ‘maar wil hij ook dat er ruimte is voor mensen die daar anders over denken’. Als het onderwerp een andere focus had gehad (bijvoorbeeld ijssmaken), dan had ik iets meer sympathie voor zo’n uitspraak gehad.
Helaas gaat het hier niet om voedselvoorkeuren, maar om de sociale veiligheid van een bepaalde groep mensen. Het behoeft geen promovendus Politicologie om te erkennen dat homofobe individuen in hun waarde laten betekent dat je homoseksuele mensen hun ruimte ontzegt. Als iemand mensen van een andere geaardheid minderwaardig acht, dan heeft dat implicaties voor ons sociaal klimaat. Er is hier geen redelijk midden te vinden. Of de een vertrekt, of de ander. Je kunt geen gemeenschap hebben die voor de ene helft pro-lhbti is, en voor de andere helft homofoob. Zo’n samenleving is gedoemd te imploderen. De vermeende neutraliteit is dus een valse neutraliteit.
Bovendien is die mythische neutraliteit waar de Liberi Erasmi het over hebben, eerder een fabel. Wie bepaalt wat neutraal is en wat niet? Hoe onderscheid je überhaupt neutraliteit van ideologie? In de geschiedenis hebben wij vaker gezien dat neutraliteit en rationaliteit hele verschillende vormen aannemen. Neutraliteit betekende ooit het verbranden van protestanten als ketters, omdat het katholicisme nou eenmaal de norm was. Neutraliteit betekende ooit het in stand houden van slavernij, omdat het willen afschaffen van lijfeigenschap een vorm van politiek idealisme was dat de economie zou ruïneren. Een paar decennia geleden was het ook een controversieel statement om te zeggen dat vrouwen niet achter het aanrecht hoeven te staan en zichzelf moeten kunnen ontplooien.
Uiteindelijk is iedereen in zekere zin ideologisch bezig en kan niemand ooit neutrale zuiverheid bereiken. Juist iemand, die zegt dat de campus helemaal geen politieke symbolen moet hebben zoals een regenboogvlag, is een meester-ideoloog: diegene is dan weliswaar geen communist, confessionalist of sociale liberaal, maar gewoon een keiharde centrist, wiens politieke logica helemaal berust op het vermijden van gevoelige onderwerpen en het leunen op crowd-pandering ten gunste van de goede vrede. Niet elke soort vrede is echter wenselijk. Hoe kun je vrede hebben als jouw doel een sociaal klimaat is, waar homo’s en homo-haters, feministen en chauvinisten, socialisten en rechtsnationalisten ‘respectvol’ met elkaar omgaan?
De Sloveense filosoof Slavoj Zizek zei ooit: De gevaarlijkste ideologie is een ideologie, die pretendeert geen ideologie te zijn. Dat maakt onverschilligheid ook tot een ideologie – zo niet de gevaarlijkste. Laten we ons dus niet voor de gek houden als wij van een debat altijd een soort vrede of verzoening verwachten. Sommige onderwerpen zijn te persoonlijk of te menselijk om iedereen met een halve oplossing naar huis te laten gaan.
De auteur gebruik hier drogredenen. Neutraliteit betekent dat iedereen, zoals progressieve als conservatieve studenten en werknemers hun mening mogen verkondigen. Dit heeft niets te maken met ‘verbranden van protestanten als ketters’, ‘in stand houden van slavernij’, enzovoorts.
Beste Mohammed,
Zijn mening mogen verkondigen heeft in die zin niet direct maken met een neutrale omgeving, maar met vrijheid van meningsuiting. Dat zijn twee verschillende dingen.
Normaliter heb ik een hekel aan woordenboekdefinities, maar laten we even zo werken: “neutraal” heeft als synoniem “onopvallend”, “onpartijdig”, “onzijdig”.
Dat ik dus het voorbeeld van Protestanten als ketters gebruikte, diende het doel om aan te tonen dat de historische definitie van wat “onpartijdig” of “onzijdig” is met de tijd verandert. Er is geen “neutraal”, omdat dingen zoals heksenjachten en benadeling van volksgroepen ook ooit gewoon deel van de publieke opinie en dus de sociale neutraliteit waren. Als je deze dingen destijds onderschreef, dan zei je destijds helemaal niet geks. Tegenwoordig weten we echter beter en hebben we door dat we moeten oppassen met dingen “neutraal” noemen. Daar zit meestal namelijk gewoon een politieke agenda achter.
Ik zou mijn argumenten daarom geen drogredenering noemen, maar het toevoegen van een historische analyse aan de discussie rondom wat neutraal is.
Hopelijk kon ik mijn standpunt hiermee verduidelijken! Mocht je het een keer bij een koffietje hierover willen hebben, aarzel niet om contact op te nemen.
Beste Senad,
Interessant stuk en ook goed dat je aangeeft een voorkeur te hebben voor een open debat. Toch roept het artikel bij mij wat vragen op. Wat is er bijvoorbeeld mis met dat Nawin Ramcharan aangeeft dat je ‘anders mag denken over homoseksualiteit’? Waarom zou je om geaccepteerd te moeten worden zo ongeveer moeten denken zoals elke links progressieve persoon over dit onderwerp? Volgens mij kun je hier wel op verschillende manieren over denken, zonder direct homofoob te zijn.
Naar mijn idee houdt inclusiviteit in dat je juist ook anders mag denken over dit soort gevoelige onderwerpen. We vinden elkaar als je zegt dat het fout is als iemand als minderwaardig wordt beschouwd, enkel om wie diegene is. Maar is dit hetzelfde als tegen een regenboogzebrapad zijn, of (ik noem maar wat) een voorkeur te hebben voor heteroseksualiteit? Voor zover ik weet mag je in een vrije samenleving die laatste voorkeur gewoon hebben, ja je mag zelfs proberen anderen te overtuigen, en dat zónder homofoob te zijn. Het zou de links progressieven naar mijn idee sieren als ze iets zuiniger met het uitdelen van het label homofoob zouden zijn, en bovendien gewoon inhoudelijk het gesprek zouden aangaan, zonder te schreeuwen (ik zeg niet dat jij dit doet).
Verder schrijf je “Je kunt geen gemeenschap hebben die voor de ene helft pro-lhbti is, en voor de andere helft homofoob.” Is dit niet enorm polariserend? Als ik je goed begrijp ben je dus óf pro-lhbti óf homofoob. Je doet hierbij een soort morele uitspraak waarin je eigenlijk zegt dat je wel pro-lhbti moet zijn om aan de ‘goede kant’ binnen de samenleving te staan. Volgens mij zijn er meer opties. Je bent niet homofoob of transfoob als je moeite hebt met regenboogzebrapaden, als je wilt dat de Erasmus zich verre houdt van politiek bedrijven onder het mom van inclusiviteit. Het gaat er om dat je mensen in hun waarde laat, ook als die mensen anders denken dan de norm.
Tot slot, je schrijft “Er is hier geen redelijk midden te vinden. Of de een vertrekt, of de ander.” Hier ben ik het niet mee eens. Volgens mij is hier wél een redelijk midden te vinden, namelijk een midden waar iedereen de kans krijgt om op een respectvolle manier van mening te wisselen, zonder gelijk gecanceld te worden. Ik heb Erasmus niet meer meegemaakt, maar wat ik wel weet is dat hij het met dat laatste eens zou zijn 🙂
Groetjes Arjan
Eens Arjan. Senad spreekt zich ook tegen als je zijn voorgaande artikel leest.
Reageren niet meer mogelijk.