Volgens Ellen van Schoten, die het duurzaamheidsportfolio van het CvB overziet, moet de campus in 2030 vegan zijn. Voor alle duidelijkheid, vegan is zeker een goede zet: in 2018 was de landbouw alleen al in Nederland goed voor 18,57 miljoen ton koolstofdioxide en 11,89 miljoen ton methaan – voornamelijk afkomstig uit de veeteelt. Maar de aankondiging van een plan om tegen 2030 voor vegan te gaan, enkele dagen nadat het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) het angstaanjagende nieuwe rapport over de zich ontvouwende klimaatramp heeft uitgebracht, is ongeveer even passend als het aankondigen van een plan voor mondkapjesplicht per 2025, de dag nadat de Wereldgezondheidsorganisatie de coronapandemie uitriep.

Vegan campus illustratie 3 – Migle Alonderyte

Lees meer

Universiteitsbestuur wil campus in 2030 volledig veganistisch

Ellen van Schoten van het College van Bestuur zou graag zien dat de Erasmus Universiteit…

Te laat om de ramp volledig af te wenden

Het IPCC zegt dat de wereld tegen 2030 waarschijnlijk al meer dan 1,5 graad warmer zal zijn, in de richting van 2 graden. Dit betekent dat er tegen die tijd meer en grotere overstromingen, stormen, branden, droogtes en hittegolven zullen zijn en dat er meer soorten zullen uitsterven. Koraalriffen en arctische ecosystemen zijn ten dode opgeschreven. Mensen in de tropen die in de buurt leven van de maximale ‘natte bol’-temperatuurgrens voor menselijk leven, zullen moeten verhuizen of het risico lopen om door hitte te overlijden. De armste mensen op deze planeet hebben de minste mogelijkheden om zich aan te passen en oplossingen te vinden. Tegen 2050 kunnen er wereldwijd tot 1,2 miljard klimaatvluchtelingen zijn – een aantal dat te schrikbarend is om er een voorstelling van te kunnen maken. De lijst wordt langer en langer en dit zijn slechts kortetermijngevolgen van onverantwoorde uitstoot van broeikasgassen.

Het IPCC-rapport stelt duidelijk dat alleen drastische maatregelen op korte termijn de catastrofe minder rampzalig kunnen maken, maar dat het te laat is om de ​​ramp volledig af te wenden. Dat betekent dat iedereen op elk niveau – individueel, lokaal, regionaal, nationaal, internationaal – alles moet doen wat in zijn of haar macht ligt om het schip van de rotsen af ​​te sturen. Dus waar komt de universiteit mee op de proppen? Verplicht klimaatonderwijs voor iedereen? Alles uit de kast om in 2025 een CO2-negatieve campus te realiseren? Massale rewilding-campagnes voor Rotterdam? Helaas lijkt het laatste communiqué te zeggen: laten we eerst even acht jaar wachten en vervolgens de goedkoopste en minst moeilijke maatregel nemen, zodat we onszelf een schouderklopje kunnen geven omdat we iets goeds doen.

Lees meer

Moet de universiteit alleen veganistisch eten serveren? ‘Duurzaamheid en inclusie moeten hand in hand gaan’

Michaell Rocha, student Management of International Social Challenges, benadrukt het…

Onduurzame praktijken in stand houden

De filosoof Ivan Illich schreef ooit: “De weg naar de hel is geplaveid met goede bedoelingen.” We erkennen de goede wil om van de universiteit uiteindelijk een veganistische campus te maken. Evenzo is het nieuwe reisbeleid van de EUR dat voor korte zakenreizen emissiearme treinen verkiest boven vliegtuigen, een grote stap in de goede richting. Maar de biosfeer wacht niet tot de langzame tandraderen van institutionele verandering geleidelijk van richting veranderen. Als toonaangevende Europese universiteit die zich bezighoudt met impact, zouden we alles uit de kast moeten halen om te evolueren naar een voorbeeldig ecologisch model. Om ​​leider te zijn vergt echter meer moed en integratie dan het onderdrukken van de schreeuw om klimaatverantwoordelijkheid van studenten, medewerkers en burgers. Zoals we zagen bij de reactie op de pandemie vereist leiderschap beleid dat in lijn ligt met de ernst van de dreiging. We mogen niet wachten tot het water ons op onze campus aan de lippen staat voordat we drastische maatregelen nemen.

In het recente boek The New Climate War van de vooraanstaande klimaatwetenschapper Michael Mann wordt de golf van ‘zachte ontkenning’ besproken die eerdere versies van flagrante klimaatontkenning heeft vervangen. In plaats van te ontkennen dat onze economieën en politiek de planeet vernietigen, accepteren zachte ontkenners met tegenzin de wetenschap, maar stellen ze ‘beheerste’ oplossingen voor die verandering van business-as-usual zo lang mogelijk vertragen. NASA-klimaatwetenschapper Peter Kalmus bekritiseert de toezeggingen van de overheid en het bedrijfsleven van ‘net zero in 2050’. Ten eerste zorgt dertig jaar uitstel van klimaatactie ervoor dat het bijna onvermijdelijk wordt dat er een op hol geslagen klimaatverandering zal plaatsvinden. Beloften ‘in 2030’ of ‘in 2050’ ontkennen dat nu de beste tijd is om het probleem aan te pakken en suggereren dat een oplossing kan wachten. Ten tweede is ‘netto nul’ een gecompliceerd Ponzi-schema, een koolstofboekhouding gebaseerd op abstracties in plaats van realiteit. Pas als we onze vernietiging van de biosfeer op concrete, preventieve manieren verminderen – zoals het opzetten van een veganistische campus of het nauwkeurig doorberekenen van de externe milieueffecten van onze economie – zijn netto-nulregelingen gebaseerd op loze beloften.

We doen onze reputatie als universiteit noch onze planeet enig goed door niet-duurzame praktijken in stand te houden, om ‘iedereen genoeg tijd te geven om te wennen aan het idee’ van verandering. De wetenschap van klimaatverandering en gedragsverandering legt glashelder uit wat we moeten doen om de verwoestende effecten van klimaatverandering te verminderen. Maar we moeten dit beleid dan wel uitvoeren, zelfs als het politiek gezien onpopulair is en er misschien tegenstand te duchten is. Suggereren dat het later kan, is een voorspelbare maar onredelijke reactie op de crisis. Als het echt zo moeilijk is om een simpele maatregel als een veganistische campus in minder dan acht jaar in te voeren, wacht dan maar tot we onze universiteit naar een drijvend eiland moeten verhuizen.

Vegan campus illustratie 1 – Migle Alonderyte

Lees meer

Veganistische universiteit enige logische keus? Medewerkers zijn verdeeld

Het aantal veganistische opties bij de catering van Vitam wordt langzaam uitgebreid. Maar…

De universiteit moet wakker worden en iets doen

Er zijn altijd urgentere dingen om aan te pakken dan de ineenstorting van het milieu – een pandemie, een oorlog … maar twee dingen: ten eerste, als we wachten tot een moment zonder crisis, zullen we het probleem nooit aanpakken omdat we in een tijdperk van oneindige crises zijn beland. Ten tweede zijn deze crises met elkaar verbonden: de pandemie werd veroorzaakt door menselijke vernietiging van ecosystemen en de oorlog van Poetin wordt gefinancierd door fossiele brandstoffen. Dus het inlossen van onze schuld aan het milieu is een win-winsituatie.

Het eerste punt van orde is dat het universiteitsbestuur de feiten onder ogen moet zien en de wetenschap het voortouw laat nemen. Wij hebben aangeboden om hierbij te helpen: we geven allebei lezingen over de klimaatcrisis en delen deze graag met het bestuur. Zodra de feiten op tafel liggen, moeten er zinvolle besluiten worden genomen: word veganist, zeker, maar wel in 2023. Verban wegwerpplastic van de campus, in 2024. Sluit de campus af voor voertuigen op fossiele brandstoffen, in 2025. Word CO2-neutraal (en geen fraude met ‘compensatie’-certificaten), inclusief zonnepanelen en groen op elk dak, tegen 2025, enzovoort. We hebben geen tijd om te wachten tot 2030 om actie te ondernemen. Tegen die tijd zal onze universiteit misschien wel drijvend vastgoed moeten kopen.