Helaas werd ik er snel aan herinnerd dat ‘even wandelen’ niet vanzelfsprekend is voor een vrouw, zoals veel dingen niet vanzelfsprekend zijn voor vrouwen. Na nog geen tien stappen vanaf het station, kreeg ik al een naar gevoel in mijn onderbuik. Ik zette mijn muziek iets zachter en keek nog een keer om naar de tramhalte. Misschien toch maar de tram pakken?
Ik besloot door te lopen maar betrapte mijzelf erop dat ik constant angstig achterom keek. Soms versnelde ik mijn pas maar corrigeerde ik mezelf omdat ik het oneerlijk vond dat ik dat moest doen. Oneerlijk dat de mannelijke voetgangers om mij heen konden slenteren terwijl vrouwen moeten rennen.
Ik keek naar de grond toen een man vanuit een auto vroeg waar ik heen ging. Ik stak over toen een fietsende man mij bleef volgen, vragend waar ik vandaan kwam. Eenmaal thuis gooide ik woest de deur achter mij dicht. Woest dat de twintig minuten die ik even voor mijzelf had, werden afgepakt door vieze blikken, vervelend geroep en achtervolgingen. Ziedend dat ik niet een korte wandeling kon maken, zelfs al had ik mijn avondjas aan – een jas waarin je mijn figuur niet kan zien, om veiliger over straat te kunnen. Maar ik was tegelijk opgelucht dat ik thuis was en daarom ook enorm verdrietig, want zo’n avondwandeling is niet het enige waar ik mij als vrouw zorgen om moet maken.
Steeds weer blijkt dat het slecht gaat met de positie van vrouwen in Nederland. Dat in Nederland elke tien dagen een vrouw overlijdt aan de gevolgen van ‘huiselijk’ geweld, dat vrouwen niet serieus worden genomen als ze aangeven dat ze worden gestalkt, dat medisch onderzoek keer op keer vergeet dat vrouwen bestaan en slut-shaming nog steeds een ding is. Dat vrouwen worden lastiggevallen bij abortusklinieken en dat vrouwen niet serieus worden genomen bij huisartspraktijken. Dat we niet gewoon naar huis kunnen lopen in de avond zonder verbaal en fysiek te worden aangevallen. Het is niets nieuws, maar het wordt steeds ondragelijker.
Van de mannen om mij heen weet ik dat ze steeds meer hun best doen om op te komen voor onze rechten. Ze zijn zich bewuster van hun doen en laten. Ze steken soms over zodat iemand zich veiliger voelt op straat. Ze spreken hun vrienden aan op onacceptabel gedrag. Ze wachten niet tot een vrouw hen iets leert, maar gaan zelf actief op zoek naar informatie.
Maar er moet meer gebeuren, en een groot deel daarvan is de verantwoordelijkheid van de politiek. Cisgender mannen, die 69 procent van de zetels in de gemeenteraden innemen, hebben de mogelijkheid en daarmee de plicht een positieve verandering teweeg te brengen. Politieke partijen, waar mannen vaak aan het roer staan, hebben de mogelijkheid en daarmee de verantwoordelijkheid om plaats te maken voor vrouwen en hun belangen. Feministen hebben de verantwoordelijkheid om te vechten voor alle vrouwen, zonder uitsluiting op basis van gender, geloof of seksuele voorkeur.
Misschien ligt het aan mijn naam, maar de intersectionele feminist in mij is doller dan ooit. Ons geduld is op. Het kan niet verder zo en daarom eisen wij verandering. Het zou niet nodig moeten zijn om te wachten op de volgende internationale vrouwendag (die overigens gisteren was) of het volgende schandaal omtrent grensoverschrijdend gedrag. Vandaag moet het moment zijn om het erover te hebben en voor mannen om solidariteit te tonen. Als we zeggen ‘educate your son’, dan bedoelen we elke dag. Dan bedoelen we van begin af aan. Dan richten we ons niet alleen op moeders, maar ook op vaders. Op buren. Op docenten. Op leidinggevenden. Op vrienden. Elke dag, tot we daadwerkelijk gelijk zijn en ik ‘s avonds in mijn eentje op straat van een prachtige, nachtelijke stad kan genieten.
terug naar vroeger?, terug naar de heksennacht, wellicht een goed idee: Wij vrouwen eisen de straat terug!!!
19 mei!!
Je hebt het over cisgender mannen in de gemeenteraad. Wat voor mannen waren het vooral die je op straat nariepen, achtervolgden, etc.? Was er aan hen iets kenmerkends?
Reageren niet meer mogelijk.