“Ik ben ooit begonnen als docent muziek op een middelbare school, en ik heb lesgeven altijd leuk gevonden. Naast mijn bijzonder hoogleraarschap ben ik lector aan de Hanzehogeschool in Groningen, daar doe ik alleen onderzoek. Dus toen ik aan de EUR kwam werken vijf jaar geleden, wilde ik graag onderwijs en onderzoek combineren. Ik geef het vak Etnografisch onderzoek naar cultuurparticipatie in de master Arts, Culture and Society. Kort gezegd probeer je vanuit het perspectief van de onderzochten te begrijpen wat zij doen met cultuur. Studenten doen ook een klein eigen onderzoekje, met participerende observatie en een open interview.”

Innerlijke weerstand

“Mijn collegereeks liep van november tot en met januari. Ik heb me de maanden daarvoor eindeloos zorgen gemaakt over hoe dat nu moest. Ik voelde veel innerlijke weerstand tegen online college geven. Ik had er simpelweg geen zin in. College geven in een zaal met twintig, dertig studenten is het leukste, het napraten enzovoort. Ik zag er tegenop dat te moeten missen, en dat heb ik ook gemist. Maar het alternatief was helemaal geen colleges, en dat wilde ik ook niet.

“Ik heb vooraf met een medewerker van de faculteit gesproken over hoe ik mijn interactieve college het beste kon aanpakken, dat heeft geholpen. Mijn colleges duren normaal bijna drie uur en zijn een afwisseling van theorie, gesprek en oefeningen. Maar drie uur is veel te lang voor iedereen om ononderbroken naar een scherm te kijken. En voor interactie is zo’n groep te groot.”

Eenrichtingsverkeer

Evert Bisschop Boele-aangepast 2 (EM)
Evert Bisschop Boele op zijn thuiswerkplek. Beeld door: Eigen foto

“Ik heb mijn colleges anders ingericht om die interactiviteit te behouden. Ik had twee keer tien studenten één uur, en daardoor was er het derde uur ruimte om op individuele vragen in te gaan. Vooraf moesten ze twee video’s van tien minuten bekijken die ik had opgenomen over de theorie. Het was een powerpoint met een pratend hoofd, heel traditioneel. Dat kan vast beter als je al jaren online lesgeeft, maar goed.

“Het eerste college viel me alles mee. Toch bleek na een paar keer dat het te veel eenrichtingsverkeer was. Studenten stuurden me vooraf vragen, maar dat leidde ertoe dat ik in de online bijeenkomst toch vooral zelf aan het woord was om die vragen te beantwoorden. Na vier colleges heb ik het omgegooid. Ik beantwoordde de vragen schriftelijk en tijdens het laatste uur gingen we veel meer in gesprek over de gelezen teksten. Daar knapte de boel enorm van op. We hadden hele leuke gesprekken.”

Positieve reacties

“Ik heb niet het gevoel dat ik qua diepgang water bij de wijn heb hoeven doen. En hoewel het eigen onderzoek van studenten lastig was door gesloten musea en theaters, was ik tevreden over de kwaliteit van de papers.

Ik was blij met de positieve reacties van de studenten in de evaluatie. Toch heb ik het gevoel ze tekort te hebben gedaan. Ik zag het niet zitten om het praktische deel van de colleges, waar ze met rollenspellen leren interviewen, online te doen. Dus dat heb ik laten vallen. Daar heb ik achteraf spijt van. Ik heb gedaan wat ik kon, maar het was suboptimaal.”

Illustratie Fred Petrij

Meer in de serie Docenten houden vol

Zelfs een hoedenwedstrijd kan online onderwijs leuker maken

Docenten geven sinds maart voor het grootste deel les van achter hun scherm. Ze missen…