Het College van Bestuur liet het bedrijf de e-mail van 22 faculteitsmedewerkers onderzoeken, omdat het vermoedde dat zij mogelijk contact hadden met een NRC-journalist. Op die manier hoopte het college te achterhalen wie de krant tipte over plagiaat door toenmalig ESHCC-decaan Dymph van den Boom. Het CvB beriep zich daarbij op het Reglement Gebruik Internet en ICT-faciliteiten voor medewerkers van de Erasmus Universiteit Rotterdam, dat onder andere bepaalt dat zo’n onderzoek mogelijk is bij ‘negatieve publiciteit voor de EUR’. Het vakbondsoverleg laat weinig heel van die motivatie.

In een brief beschuldigt het EUROPA het CvB van ‘onrechtmatig handelen’. “Wij bestrijden de grondslag die u aanvoert”, schrijft voorzitter Roel Pieterman. “Ons is geenszins duidelijk hoe [het NRC-artikel over Van den Boom] ‘negatieve publiciteit’ voor de EUR zou opleveren.” Het artikel ging namelijk over plagiaat in werkzaamheden die Van den Boom deed in haar tijd aan de Universiteit van Amsterdam, en niet over de Erasmus Universiteit.

'Geheel te wijten aan Van den Boom zelf'

“Ons oordeel wordt verder ondersteund omdat de bepaling stelt dat het moet gaan om het ‘voorkomen van negatieve publiciteit’”, vervolgt Pieterman. “Ten opzichte van een reeds gepubliceerd bericht kan van ‘voorkomen’ natuurlijk geen sprake meer zijn.” Dat de publicatie van het NRC-artikel reputatieschade heeft opgeleverd, geldt volgens Pieterman alleen voor Van den Boom, en niet voor de EUR. En die schade is ‘geheel te wijten aan Van den Boom zelf’. “Het gaat hierbij immers om handelingen die op algemene en wettelijk ondersteunde afkeuring kunnen rekenen.”

Ook bestrijdt Pieterman het standpunt van het CvB dat de plagiaatmelders niet de correcte procedures hebben gevolgd voor het melden van integriteitsschendingen. “Er is bij u als College bijvoorbeeld door de faculteitsraad van de ESHCC gemeld dat er sprake is van plagiaat in het reorganisatieadvies van Van den Boom. Dat is een correcte melding volgens de Wet Huis voor klokkenluiders alsmede de klokkenluidersregeling van de EUR.” Het CvB had de klacht moeten doorsturen naar een andere instantie, meent Pieterman. In plaats daarvan legde het CvB de melding naast zich neer, met als argument dat het fusieadvies geen wetenschappelijke publicatie was. Dat er daarom ook geen plagiaat mogelijk was, betwist het EUROPA.

Excuses

Het EUROPA vraagt het CvB openlijk te erkennen dat het besluit tot het mailonderzoek niet het juiste was, en dat met het onderzoeken van de mailbox van ESHCC-integriteitscoördinator Stijn Reijnders een verbod in het eigen reglement is overtreden. Het vakbondsoverleg roept het CvB op om excuses te maken aan alle betrokken medewerkers. Ook zou het ict-reglement waarop het CvB zich beroept aangepast moeten worden. Het reglement ‘moet verder gaan dan de bescherming van vertrouwelijke mailboxen’. Ook zou negatieve publiciteit als grond voor een onderzoek geschrapt moeten worden. Tot slot vraagt het EUROPA om de oprichting van een rechtsbijstandsfonds waarop medewerkers zich in dit soort situaties kunnen beroepen.

Het College van Bestuur heeft de brief ontvangen, maar wil er tegenover EM geen commentaar op geven ‘zolang het in gesprek is met het EUROPA’.