Mitchell

Lees meer

Eerstejaars Mitchell: ‘Ik schaam me als vrienden vragen: ben je nu wéér gestopt?’

De duizenden eerstejaars studenten van de EUR zitten allemaal vol dromen, ambities en mooi

“Je hebt toch het gevoel dat je gefaald hebt”, vertelde Mitchell onlangs aan EM. Mitchell is een van de zeven studenten die EM het afgelopen jaar volgde tijdens zijn eerste jaar, in zijn geval als student International Bachelor Economics and Business Economics (IBEB). Hij stopte voor het einde van het jaar met zijn studie.

Zijn besluit om te stoppen viel hem zwaar, hij was er misselijk van. “Stoppen met een opleiding doet iets met je zelfvertrouwen.” Toch is hij verre van de enige die uitviel in het eerste studiejaar. 20 tot 30 procent van alle eerstejaars studenten stopt binnen een jaar.

Sanne van Herpen, onderwijskundig onderzoeker en adviseur bij het Risbo, onderzocht hoe studenten de overstap van het vwo naar de universiteit ervaren. “Omdat we als instelling en als docenten wel weten dat die overstap uitdagend is, maar niet precies hoe studenten dat zelf ervaren.” Het niveau van de lesstof is zwaarder, als student krijg je minder begeleiding dan als scholier, en dat in een omgeving waarin je veel meer vrijheid hebt.

Succes- en faalfactoren

Voorspellen wie uitvalt en wie niet, is lastig. Eerstejaars die uitvallen, kunnen een weloverwogen keuze gemaakt hebben op basis van lange research, maar ook last minute voor de studie gekozen hebben. Een groot aantal factoren speelt een rol in studie-uitval en studiesucces, blijkt uit onderzoek. Van Herpen heeft vooral gekeken naar wat een student zelf kan doen. Factoren die invloed hebben op het studiesucces van een student zijn: studie-inzet, vertrouwen in zichzelf, en het contact met anderen.

Studieadvies van Sanne van Herpen: “Als student ben je een actieve participant, je staat op het veld en kijkt niet alleen toe vanaf de tribune of vanuit de collegebanken. Als je het niet snapt, kun je naar je medestudenten gaan en vragen: hoe zit dat nou? Of naar de docent, of de studieadviseur. Hier kun je het heel eerlijk aangeven als je geen grip krijgt op de studiestof.”

Studenten die relatief weinig voor hun studie deden op het vwo, doen ook weinig voor hun studie in de eerste periode op de universiteit, blijkt uit het promotieonderzoek van Van Herpen. ‘Onbenut talent’, noemt ze die studenten. Ze denken: Het gaat best makkelijk, dus ik hoef niet zo veel te doen. Of ze hebben simpelweg niet zoveel zin om hard te werken. “Hoe langer het eerste toetsmoment verwijderd is, hoe langer dat gedrag aanblijft. Als eerstejaars snel feedback krijgen van docenten of als ze vrij snel een eerste toets krijgen, dan krijgen ze sneller een idee van de gewenste inzet en of ze moeten bijsturen. En dan nog zien we bij een relatief grote groep in de steekproef dat ze er wel doorheen komen zonder hun studie-inzet aan te passen.”

Studenten zijn aan het begin van het jaar vrij overtuigd van hun eigen kunnen. “Als je studenten voor de poort vraagt: denk je dat je het eerste studiejaar aan kan, zeggen ze bijna allemaal ‘ja’, want hier hebben zij voor gekozen”, vertelt Van Herpen. “Uit de literatuur weten we dat als studenten zich competent voelen in een bepaalde taak, dat ze die taak beter zullen uitvoeren.” Uit het onderzoek bleek dat het zelfvertrouwen van studenten daalt in het eerste onderwijsblok. Dan kan de volgende factor hulp bieden: contact met anderen. Wees niet bang om hulp te vragen in een tutorgroep of bij andere medestudenten, spoort Van Herpen studenten aan. “Vanuit een onderwijskundig perspectief is het goed als er intensief contact is tussen docenten en studenten, en tussen studenten onderling.”

Studieadvies van Andrea Woltman: “Trek aan de bel als het niet zo lekker gaat in je studie. Succes is geen rechte lijn naar boven, maar gaat altijd met ups en downs. Het is niet erg om hulp te vragen. Sterker nog, dat is juist krachtig. Dus schroom niet om op medewerkers van de universiteit, medestudenten of andere mensen af te stappen.

“Verder is het ook belangrijk om naast het studeren leuke dingen te doen en tijd te nemen voor ontspanning. De afwisseling van studeren en ontspannen is een gezonde manier om je studie succesvol en met plezier te doorlopen.”

De studie met het laagste uitvalpercentage is Geneeskunde. Waar het gemiddelde landelijk al jaren tussen de 20 en 30 procent schommelt, is het bij de medicijnenstudie 10 procent. Wat verklaart het succes van het Erasmus MC? “Studenten Geneeskunde weten relatief goed waar ze aan beginnen”, verklaart Andrea Woltman, bachelorcoördinator bij de opleiding Geneeskunde. “De studie leidt, ten opzichte van bredere studies, op tot een relatief duidelijk beroep. Veel studenten weten al jaren dat ze deze opleiding willen doen en zijn dus gemotiveerd. Inhoudelijk valt de studie maar bij weinig studenten tegen.” Ook benadrukt Woltman dat de strenge toelatingseisen er bovendien voor zorgen dat vooral gemotiveerde studenten beginnen aan Geneeskunde: hoge cijfers en nevenactiviteiten op de middelbare school en studievaardigheidstoetsen tellen mee.

Wat kan de universiteit doen?

Studenten zijn gebaat bij een goede voorbereiding op hun nieuwe rol als universitair student, zo blijkt uit onderzoek van Van Herpen naar de effectiviteit van het Pre Academic Programme.

Lees meer

Ontroerende verhalen en nieuwe vrienden: deze eerstejaars zijn er klaar voor

Het Pre Academic Programme 2019 liet nieuwe studenten kennismaken met het leven op een…

Net als de voorgaande jaren zat het programma zo goed als vol. 250 aankomend studenten werken aan hun zelfvertrouwen en communicatievaardigheden. Een dergelijk programma kan enorm bijdragen aan het benutten van talent, vinden Rowan Huijgen en Jorian Waleson, organisatoren van het programma. “Het zijn lessen die je de rest van je leven kunt gebruiken. Over welke eigenschappen je bezit, hoe je met kritiek omgaat, of feedback geeft. Je leert voorbij jezelf kijken. Eigenlijk is het een leiderschapsprogramma.”

Verandering in curriculum

“Het zou ideaal zijn als we een programma zoals het Pre Academic Programme kunnen verwerken in het curriculum van alle opleidingen, maar dat is momenteel nog niet haalbaar”, zegt Waleson. “Onze ambities zijn echter groot: elk jaar nodigen we faculteiten uit om deel te nemen.” Echter willen nog niet alle faculteiten meedoen.

Studieadvies van Jorian Waleson: “Het is belangrijk om je studie goed te doen, maar zeker zo belangrijk is de vraag: hoe ga ik mezelf ontwikkelen? Wat is mijn stip aan de horizon, waar werk ik naar toe? Dan kun je ook werken aan je netwerk en aan het leggen van contacten.”

Onderwijs en onderzoek zijn allebei core business van een universiteit, maar er blijft een spanning tussen die twee velden in het werk van docenten, stipt Van Herpen een ander obstakel aan. “De didactische en pedagogische taken van docenten, zeker in het eerste studiejaar, moeten we serieus nemen. Studenten kun je niet zomaar in het diepe gooien. Als je dat wel doet, zullen er zeker altijd wel een aantal overleven, maar je mist dan ook studenten. Dat is heel jammer, want je wil ze allemaal de kans bieden om er wat van te maken.”

‘Kraakt het systeem niet in z’n voegen?’ is een vraag die de EUR zich moet stellen, meent de onderzoeker. Het is volgens Van Herpen belangrijk voor het studiesucces van studenten dat er intensief contact kan zijn met docenten, dat wordt lastiger als het aantal studenten in een opleiding toeneemt. “Zijn er niet te veel studenten die we willen bedienen? En als we ze dan wel allemaal willen bedienen, dan moeten we goed kijken hoe we de kwaliteit kunnen waarborgen. Op dit moment lijkt er een disbalans te zijn tussen het aantal docenten dat beschikbaar is en het aantal studenten dat studeert, zeker als je het hebt over de bachelorjaren. Onderwijsstructuren zoals probleemgestuurd onderwijs en tutorgroepen helpen, maar bij voorkeur hebben studenten en docenten op zeer regelmatige basis laagdrempelig contact met elkaar. Dat verbetert de feedbackloop naar studenten toe, wat ten goede komt aan hun studieprestaties. ”