Het College van Bestuur uitte stevige kritiek op de derde bezetting van OccupyEUR: de bezetting heeft onderwijsactiviteiten verstoord en medewerkers werden onheus bejegend. Waarom heeft u dat gedaan?
“Wij betreuren dat dat nodig was. Als je mij vraagt te reflecteren, vind ik het heel teleurstellend dat er geen mogelijkheden waren tot een gesprek. Ook dat er niet altijd met respect is omgegaan met onze mensen. Helaas hebben wij moeten constateren dat er zich incidenten hebben voorgedaan. Een aantal medewerkers werden onheus bejegend, mensen werden gefilmd tegen hun zin, er was zelfs sprake van een bedreiging.”
Kunt u toelichten om welke incidenten het precies ging?
“Ik wil hier verder geen namen noemen of iets dergelijks. Wel wil ik graag benadrukken dat wij respectvol met elkaar moeten omgaan op de campus, en dat is misgegaan bij de bezetting.”
Was dat de reden voor de politie-inzet?
“We geven mensen de ruimte om te protesteren op de campus zolang ze de huisregels in acht nemen: ze mogen onderwijsactiviteiten niet verstoren en we staan geen overnachtingen toe. Deze regels hebben we aan het begin van de bezetting kenbaar gemaakt, dus dat was geen verrassing. De sluitingstijd van gebouwen is 19.30 uur. Helaas is niet iedereen vrijwillig vertrokken, waardoor de politie moest komen optreden.
“Wij vinden het belangrijk dat mensen op de campus kunnen protesteren. Maar we zijn ook verantwoordelijk voor de veiligheid van de hele gemeenschap. Dus als je op de campus protesteert moet je de huisregels volgen.”
Het bestuur krijgt kritiek van zowel studenten als medewerkers dat politie erbij is gehaald om de bezetting te beëindigen. Wat vindt u van die kritiek?
“Kritiek hoort erbij, het is prima. Emoties horen ook bij dit onderwerp, want het gaat om de toekomst van onze planeet. Maar ik vind dat een gesprek bij kritiek hoort, en dat is hier misgegaan. Er was geen dialoog mogelijk met OccupyEUR terwijl wij heel graag in gesprek wilden. Ik was daar in de ochtend, onze rector en een aantal decanen zijn er ook geweest, maar het debat werd niet gevoerd. We konden alleen digitaal reageren op hun eisen.
“Een van onze actiepunten is dat we op de campus dialoogrondes gaan organiseren. We willen met studenten en medewerkers in gesprek, zodat duurzaamheid in de DNA van deze universiteit komt.”
Wat is het doel van de dialogen?
“Het doel is om antwoord te geven op een aantal duurzaamheidsvraagstukken, onder andere de banden met de fossiele industrie. Als we het hierover hebben, dan moeten we eerst aankaarten: wat bedoel je met de fossiele industrie? Als je het heel scherp bekijkt, wordt een deel van onze eerste geldstroom ook door de gasindustrie gefinancierd. Dus we moeten goed nadenken: waar begint onze band en waar eindigt die?
“Wij zijn er ook niet bij gebaat om de fossiele bedrijven af te serveren, we willen juist een bijdrage leveren aan de oplossingen. We moeten bedenken hoe we samen met de industrie een transitie ingaan en welke eisen je dan moet stellen aan de bedrijven.
“Daarnaast willen we verschillende geluiden horen in het gesprek. Je hoort nu OccupyEUR, maar er zijn ook andere groepen op onze campus. Met deze dialogen kunnen we samen bepalen hoe we duurzaamheidsvraagstukken oplossen.”
In een opiniestuk beargumenteren onderzoekers Irene van Oorschot en Sophie van Balen dat de dialogen een voorspelbare uitkomst zullen hebben, namelijk geen echte consequenties voor de banden met de fossiele industrie, maar alleen maar nieuwe richtlijnen voor onderzoekers.
“Nogmaals, iedereen is van harte welkom om z’n mening in te brengen in de dialogen, dus we weten echt niet wat de uitkomst zal zijn. Uiteindelijk wil je dat er iets uitkomt waar de gemeenschap iets aan heeft. Het is makkelijk om te zeggen dat we overal mee stoppen, maar we moeten goed nadenken: hoe moeten de bedrijven dan verder? Hoe leiden we dan onze studenten op? We zouden juist het verschil kunnen maken door samen te werken met bepaalde bedrijven.”
Er komen maar liefst veertien dialogen. Vindt u niet dat we te lang discussiëren terwijl er concreet weinig gebeurt?
“Het is niet waar dat er heel weinig gebeurt. Als je om je heen kijkt, gebeurt de vergroening van de campus overal. We hebben geïnvesteerd in zonnepanelen, duurzame gebouwen, warmte-koudeopslag, regelingen voor internationale reizen en woon- werkverkeer en nog veel meer. We zijn de enige Nederlandse universiteit die systematisch in kaart aan het brengen is welke relaties we hebben met de fossiele industrie. We hebben best veel gedaan en zullen meer gaan doen.”
Het International Institute of Social Studies (ISS) heeft onlangs besloten om geen geld meer aan te nemen van de fossiele industrie. Zal dit besluit op het universitaire niveau worden overgenomen?
“Het ISS is heel erg bezig met maatschappelijke thema’s en doet al langer onderzoek naar duurzaamheid. Maar andere faculteiten hebben ook stappen genomen. Als ik zie wat er in het onderwijs gebeurt het afgelopen jaar, dan ben ik heel blij. We hebben zes masteropleidingen en 64 vakken met duurzaamheid als kernthema. Alles kan en moet natuurlijk beter, maar ik benoem het om te laten zien dat we best veel doen. En samen kunnen we meer.”
Dus de universiteit wil impact hebben maar wil geen radicale verandering?
“Wat we op dit moment doen, dat zou je best radicaal kunnen noemen. Maar ik snap wel dat dit niet voldoende is. Ik ben het ermee eens dat het een paar tandjes scherper kan. We willen een leidende universiteit zijn wat betreft duurzaamheid. Dat vraagt veel van ons, maar het is geen hopeloze zaak. Als we willen, kunnen we grote positieve impact hebben.”
U klinkt optimistisch.
“Ik heb een optimistisch karakter. Ik wil geen machteloosheid uitstralen voor jonge mensen die hier opgeleid zijn. We moeten doen wat we kunnen, we proberen dat ook. Aan de andere kant is het een gigantisch complex maatschappelijk en wereldwijd probleem. Daar zijn verschillende actoren bij nodig en daar moeten wij als universiteit zeker een rol spelen.”
Welke rol kan je nemen als universiteit?
“Wij kunnen solid leadership tonen. We kunnen onze studenten als toekomstige leiders voorbereiden zodat ze zo’n grote transitie kunnen leiden. We kunnen mensen leren hoe ze debat moeten voeren en open kunnen staan voor andere meningen.
“Ik heb eigenlijk maar één boodschap: blijf in gesprek, want zonder dialoog komen we nergens. Je hoort aan mij dat ik een beetje een idealist bent, maar dat mag misschien ook wel.”
EM zoekt een motto en jij mag ’t bedenken!
Ieder zichzelf respecterende organisatie vindt zichzelf elke paar jaar weer opnieuw uit.…