Het zou een mooie reis worden, vlak voor Cora’s pensioen. “Van 11 maart tot 4 april naar Nieuw-Zeeland. En op dinsdag 7 april zou ik weer terug zijn op de universiteit. Maar nee dus”, schrijft Cora per e-mail op 18.336 kilometer afstand van Rotterdam. “Mijn zus is een fors aantal jaren ouder. Het doel was om, naast het een en ander op het Noordereiland te zien, een bezoek te brengen aan oude vrienden van haar.”
En het begin wás mooi. “Bij aankomst was er nog geen vuiltje aan de lucht; het land telde vier coronagevallen. Wij konden onze geplande reis naar Cape Reinga in het uiterste noorden van het Noordereiland, waar de Tasmanzee en de Stille Oceaan samenkomen, naar de Bay of Island en naar het toeristische Rotorua – Maorisch en geothermische gebied met zwavelmeren en geisers als gevolg van vulkaanuitbarstingen – zonder problemen maken.”
Grote teleurstelling
Maar toen nam het aantal coronagevallen toe en kwamen er steeds meer maatregelen. “Dat merkten we toen we op 20 maart arriveerden in Hawera aan de westkust van het Noordereiland, het dorp van de vrienden van mijn zus. Wij, toeristen, moesten verplicht in ‘self isolation’. Van logeren bij vrienden kon geen sprake zijn en zo belandden we ongewild in een motel. Voor zowel mijn zus als voor de vrienden een grote teleurstelling.”
Desondanks maken Cora en haar zus het goed. “We zijn gezond, alles gaat in rustig tempo. Druk maken over de situatie heeft weinig zin, het valt niet te veranderen. Hawera is een agrarisch dorp met een grote melkfabriek. We verblijven in een keurig motel. Vanwege het tijdsverschil is er ’s morgens en ’s avonds veel mail-, app- en skypeverkeer met familie, vrienden en kennissen. We lezen en wandelen veel. Ook spelen we Wordfeud met familieleden, zoals de kinderen en kleinkinderen van zus.”
Het contact met de vrienden is helaas beperkt. “Ze komen iedere dag op bezoek en op gepaste afstand, hier twee meter, spreken we ze dan buiten met elkaar. Binnen mag niet. De ‘self isolation’ is inmiddels opgeheven, maar daar hebben we niet veel aan want Nieuw-Zeeland kent sinds bijna twee weken een ‘lockdown’. Iedereen moet binnen blijven, de scholen zijn dicht, horeca zijn gesloten. Alleen wandelen mag. Supermarkt en apotheekbezoek ook.”
Op tv is veel aandacht voor Covid-19, schrijft Cora. “In ieder reclameblok, ongeacht de zender, zit een boodschap van de regering over de lockdown en hoe te handelen om besmetting te voorkomen. Het land telt nu 1043 besmettingen, waarvan 17 in het ziekenhuis. 156 mensen zijn hersteld en het dodental staat op 1.”
Ambassade tempert vreugde
Het land ligt plat. “Ook vrijwel alle vliegverkeer. Hoe moet je dan naar huis? Het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft Bijzondere Bijstand Buitenland in het leven geroepen. Zij regelen repatriëring van alle gestrande landgenoten, zo’n 23.000 wereldwijd. Zus en ik hebben ons daar direct voor aangemeld. Toch zitten we hier nog steeds omdat de Nieuw-Zeelandse regering tot 3 april het luchtruim gesloten hield voor repatriëringsvluchten.”
Die blokkade is nu opgeheven. “De ANWB alarmcentrale heeft de opdracht gekregen de repatriëring te regelen. Opnieuw hebben we onze gegevens gemaild, maar de ambassade temperde direct de vreugde. Er zitten hier veel gestrande reizigers, zoals 12.000 Duitsers en 10.000 Britten. Om over de Amerikanen nog maar te zwijgen. De Nieuw-Zeelandse regering wenst geen chaos op de luchthavens, dus moet ieder land wachten op zijn beurt.”
Kortom: geduld. “We kómen thuis, maar we weten niet wanneer. We blijven op de hoogte van de coronaontwikkelingen via de de website van de NOS en het NRC Handelsblad. Uiteraard willen we graag naar huis, maar na ‘Home Sweet Home’ is Nieuw Zeeland niet de slechtste plek om te verblijven.”
Jeetje Cora, wat waardeloos dat de reis zo anders of verloopt. Hopelijk kunnen jullie er toch ook een beetje van genieten!
Take care!
Reageren niet meer mogelijk.