Waarom zetten studenten een eigen bedrijf op? Hoe zorgen ze dat hun bedrijfsidee werkelijkheid wordt? In deze reeks komen student-ondernemers aan het woord over de incubatieperiode van hun start-ups. Vandaag valt de eer te beurt aan Mayeul en Elvinas om ‘een verhaal van tegenslagen’ te vertellen.
Niet in de rij staan
Bluechef is een platform voor bestellingen, betalingen en klantenbinding in restaurants. Restaurants leren hun gasten beter kennen door hun de mogelijkheid te bieden in het restaurant via hun telefoon te bestellen en te betalen zonder een app. Het systeem werkt via internet. De klanten kunnen dus via de website of een QR-code toegang tot het menu van het restaurant krijgen.
Deze aanpak van bestellen en betalen via het platform biedt restaurants meer informatie over voorkeuren van de klant. Bij hun volgende bezoek kunnen klanten hierdoor een menu aangeboden krijgen dat op hun eerdere voorkeuren is afgestemd, wat zowel voor het restaurant als de klant voordelen heeft. Medeoprichter Mayeul: “Op deze manier maken we het proces efficiënter. In het Erasmus Paviljoen hoef je bijvoorbeeld niet meer in de rij te staan. Je kunt gewoon aan je tafeltje gaan zitten en via je telefoon bestellen. Bovendien leidt de personalisatie tot een betere klantenervaring.”
Vertrouwen
Het idee ontstond al toen Mayeul in Frankrijk nog op de middelbare school zat. “Het viel me op dat er veel mogelijkheden zijn om digitale services naar fysieke werkplekken te brengen, zoals in restaurants en museums. Mijn medeoprichter Elvinas en ik waren vaak gefrustreerd door de servicesnelheid in restaurants, of eigenlijk het gebrek aan snelheid. Daarom zijn we naar mogelijkheden gaan zoeken om de efficiëntie in restaurants te verbeteren.”
Toen Mayeul voor zijn studie IBA in Rotterdam kwam, ging hij op zoek naar een technische medeoprichter om een platform te bouwen. Een van de kandidaten was Elvinas, een toentertijd eerstejaars IBEB-student, die meteen de potentie van het concept zag. Volgens Elvinas pasten zij uitstekend bij elkaar: “Aanvankelijk waren we met meer oprichters, die zich gaandeweg hebben teruggetrokken. Wij vormden echter van meet af aan een perfect koppel. Omdat je minstens acht uur per dag samen doorbrengt, moet je ook lol hebben, want anders is het leuke er snel van af. Wederzijds vertrouwen is het belangrijkste bindende element tussen oprichters en als je dan ook nog elkaars vrienden bent, is dat bevorderlijk voor het vertrouwen.”

Tegenslagen
Het vertrek van hun medeoprichters was niet de enige tegenslag waarmee de twee studenten hadden te kampen. Zo hadden zij bijvoorbeeld nauwelijks kennis van de restaurantsector en viel het niet mee om restauranteigenaren te benaderen en hun bedrijf te promoten. Ook duurde het langer dan verwacht om het benodigde geld bij elkaar te krijgen. Je eigen bedrijf opzetten is daarom ‘een verhaal van tegenslagen’, zoals Mayeul en Elvinas het verwoorden. “Een bedrijf dat stelt dat de beginfase zonder noemenswaardige problemen verliep, liegt. We hadden meer tegenslagen dan successen. Juist daarom is het belangrijk dat je elk succes viert.”
Wildcard
Een van die successen die hun bedrijf en hen als ondernemers deed groeien was Rockstart, een acceleratorprogramma voor start-ups in Amsterdam. Hoewel zij de jongste en minst ervaren kandidaten waren, werden ze tot het programma toegelaten. Mayeul: “Op de een of andere manier kregen we het met ons enthousiasme en een PowerPoint van niet meer dan tien dia’s voor elkaar dat onze aanvraag werd gehonoreerd. We kregen de wildcard, zeg maar. Ze dachten waarschijnlijk: ‘Deze jonge gasten lijken te weten wat ze doen, ze zien er niet al te dom uit, dus laten we ze maar een kans geven.’ Ze zagen dat we jong en gemotiveerd waren en dat we over een goed idee, een goed team en een goed product beschikten.”
Het Rockstart programma wordt ook wel een snelkookpan voor bedrijven genoemd. Je krijgt mentoren, begeleiding en startfinanciering en je werkt in een omgeving waarin je veel mensen ontmoet. Dit gaf Mayeul en Elvinas de kans meer te weten te komen over de richting die Bluechef in de toekomst zou volgen.
Ideeën
Bluechef heeft in het verleden met New Fork samengewerkt (in het Food Court), maar dat was vooral ter verbetering van de efficiëntie. Daarna verlegden zij de focus naar voorkeuren van de klant. Mensen verwachten tegenwoordig gepersonaliseerde service – denk maar aan Netflix en Amazon – maar voor restaurants bestaat dat nog niet. Zij beseften dat het niet kennen van de klant voor restaurants een groter probleem vormt dan de inefficiëntie. Mayeul: “De restaurantbranche is nog steeds een branche die zijn klanten niet kent. Dat is nogal ironisch als je bedenkt dat het hier een belangrijke servicegerichte sector betreft. Dat is dan ook het probleem dat onze aandacht heeft. Als het aan ons ligt, krijgt deze sector een geheel nieuw klantenperspectief.”
Daarom verlegden ze de focus van Bluechef. Ondanks het feit dat ze het project drie jaar geleden startten en nog steeds geen winst maken, willen ze doorgaan om te zien wat er gebeurt. Elvinas heeft een explicieter doel:“Een van de leukere dingen is dat andere mensen iets in je product zien. Het zou echt te gek zijn als een vriend Bluechef aan mij zou aanraden.”
Ze zijn onlangs een commercieel samenwerkingsverband aangegaan met Lightspeed, dat bestelschermen en kassasystemen voor restaurants verkoopt. Er liggen tests met restaurants van klanten van Lightspeed in het verschiet. In de toekomst willen ze zich daarom op snelle, informele restaurants richten die met Lightspeed samenwerken, zodat het platform van Bluechef kan worden geïntegreerd met de activiteiten van Lightspeed.
Vanwege de samenwerking met Lightspeed heeft Bluechef volgens de twee vrienden goede vooruitzichten. Als Mayeul één ding heeft geleerd over hun eerste schreden op het pad van het ondernemerschap, is het de waarde van het bespreken van ideeën. “Wees niet bang om met andere mensen over je idee te praten. Als je niet over je idee praat, kan het nooit beter worden.” Elvinas doet er nog een schepje bovenop: “Veel studenten houden hun ideeën verborgen uit angst dat een ander ermee vandoor gaat. Meestal werkt het andersom: als je er niet over praat, ontneem je jezelf de kans op waardevolle feedback.”