Volgens Jonkman is het verschil tussen het oude en het nieuwe stelsel vrij simpel. Het oude stelsel gaf studenten een studiefinanciering (stufi in de volksmond), waarnaast studenten konden lenen. Zij moesten het geleende geld binnen vijftien jaar terugbetalen. Het belangrijkste verschil met nieuwe stelsel is dat de basisbeurs geen gift meer is maar een ‘studievoorschot’, een lening dus. Daar staat tegenover dat studenten nu vijfendertig jaar de tijd om hun lening terug te betalen. Het nieuwe stelsel geldt alleen voor studenten in het hoger onderwijs; mbo-studenten kunnen nog wel gebruik maken van de basisbeurs.
Het is een misverstand dat de basisbeurs verdween omdat er te weinig geld was, zegt Jonkman. De belangrijkste reden is de kwaliteitsverbetering van het onderwijs. “Als je één grote zak geld hebt moet je goed nadenken over de verdeling ervan. Door de basisbeurs af te schaffen kan er veel meer geld gestopt worden in de verbetering van het onderwijs.”
Kloof
Goed, dat wordt dus terugbetalen na je studie. De hoogte van het bedrag dat je moet betalen wordt berekend door DUO en dit kun je zelf ook doen met de rekenhulp (link) op hun website. Jonkman: “De rekenhulp kijkt niet naar welke studie of welke baan welk salaris oplevert. Een arts zal over het algemeen meer gaan verdienen dan een afgestudeerde kunstgeschiedenis, maar die arts zal dus ook meer gaan terugbetalen zodra diegene een baan gevonden heeft. Bij DUO werken we met rekenmodules die laten zien hoeveel jij kunt terugbetalen. Dit doen wij in samenwerking met de Belastingdienst, zij kunnen precies inzien wat jij per maand op je rekening krijgt.”
“Het moet nog blijken of er een kloof gaat ontstaan tussen studenten voor wie de ouders alles betalen en studenten bij wie dat niet zo is. Het blijft altijd de keuze van de student om te gaan lenen. Dat is uiteraard voor de één makkelijker dan voor de ander, maar uiteindelijk is de wereld gewoon niet altijd eerlijk. Wel is het zo dat je in aanmerking komt voor een aanvullende beurs als je ouders onder een bepaald inkomen verdienen. In het nieuwe leenstelsel is die aanvullende beurs hoger dan binnen het oude stelsel.”
Lagere hypotheek
Een angst die leeft onder studenten is dat zij geen hypotheek meer kunnen krijgen door hun studieschuld. Volgens Jonkman is dit onzin: “Het is altijd mogelijk om een hypotheek te krijgen als je een vaste baan hebt. Deze zal wel een stuk lager uitvallen als je een schuld hebt: een schuld blijft een schuld. Het voordeel voor de ‘nieuwe leners’ is dat er gerekend wordt met een lagere wegingsfactor, omdat je dus langer de tijd hebt om terug te betalen. Hierdoor vallen je maandelijkse terugbetaalkosten vaak lager uit, en kun je dus meer hypotheek krijgen.”

Hoeveel kun je krijgen als hypotheek? Een rekenvoorbeeld
Volgens David Schippers hangt het maximale hypotheekbedrag samen met je schuld. Schippers legt het uit door de situatie van voorbeeldstudent Rosalie te schetsen. Rosalie heeft een baan gevonden na haar studie en verdient 40.000 euro bruto op jaarbasis. Ze heeft een studieschuld van 30.000 euro opgebouwd tijdens haar studententijd. Ze wil het maximale bedrag voor een hypotheek lenen, dit komt – volgens de officiële software van De Hypotheek Adviseur uit op 118.000 euro. Zonder studieschuld zou ze 185.000 euro kunnen lenen. Máar, Rosalie heeft een partner. Haar partner verdient ook rond de 40.000 euro per jaar en hij heeft een studieschuld van 15.000 euro. Samen kunnen zij een hypotheek krijgen van 350.000 euro.
Daarnaast wordt er tijdens de berekening gekeken naar de oorspronkelijke schuld min de extra aflossingen die gedaan zijn. Dus, als je een jaar of tien wacht na je afstuderen en hierdoor al de helft van je schuld hebt afgelost, wordt er nog steeds gerekend met je volledige schuld. Tenzij je in een klap een groter bedrag van bijvoorbeeld vijfduizend euro hebt afgelost, dan wordt dit wel van de volledige schuld afgetrokken.
“De huizenmarkt is wel dusdanig overspannen dat het bijna niet haalbaar is voor starters om een huis te kopen, aangezien de gemiddelde prijs voor een huis momenteel op 300.000 euro ligt. Behalve dat de studieschuld van het te lenen bedrag wordt afgetrokken, moeten starters ook de kosten koper op tafel leggen; dit komt al snel uit op een bedrag van 20.000 euro dat je zomaar even af moet staan.”
Fraude
Als hypotheekverstrekker heb je soms te maken met mensen die hun studieschuld verzwijgen. Volgens Schippers is dit erg dom. “Door je studieschuld te verzwijgen pleeg je simpelweg fraude. Een hypotheek is altijd direct opeisbaar. Dus mocht de bank erachter komen dat je hebt gelogen over je studieschuld, dan kunnen ze zeggen dat ze de hypotheek nooit hadden mogen geven en het gehele bedrag terugvragen. Dan zit je dus met de gebakken peren. Ondanks dat een studieschuld op dit moment niet BKR-geregistreerd wordt kan ik wel een tip geven: houd er rekening mee dat dat in de toekomst gaat veranderen, daar ontkom je echt niet aan.” Of dat ook echt gaat gebeuren is onduidelijk: Jonkman stelt zij nog geen geluiden heeft gehoord over het BKR-registreren van de studieschuld.
Family banking
Schippers vreest een grotere kloof tussen arm en rijk door het leenstelsel. “Ouders helpen in de praktijk vaak mee bij het verkrijgen van een hypotheek. Soms via een borgstelling of via family banking, waarbij gebruik wordt gemaakt van het schenkingsrecht. Helaas is het zo dat niet iedere afgestudeerde starter ouders heeft die zomaar even een zak geld kunnen geven of garant kunnen staan voor de hypotheek van hun kind. Is dat eerlijk? Nee. Maar dit gaat altijd zo blijven. Die scheiding tussen arm en rijk is een feit, hoe oneerlijk en frustrerend dat ook mag zijn.”
“De overspannen woningmarkt in combinatie met de studieschulden van studenten gaat er in de toekomst voor zorgen dat hoogopgeleiden de laagopgeleiden uit de huurhuizen gaan verdringen, waardoor laagopgeleiden soms tot hun dertigste bij hun ouders moeten wonen, wachtend op het vrijkomen van een sociale huurwoning”, voorspelt Schippers.
Jokerjaren
Toch vindt Jonkman niet dat studenten zich massaal zorgen moeten maken over het afbetalen. “Dat is altijd afhankelijk van de hoogte van je salaris. Het kan natuurlijk zo zijn dat je na vijfendertig jaar je schuld niet helemaal hebt kunnen afbetalen. Dan hoef je je alsnog geen zorgen te maken: de schuld wordt kwijtgescholden. Als je helemaal geen baan kunt vinden na je studie, geldt het draagkrachtprincipe: als je inkomen lager is dan het wettelijk minimum voor terugbetaling, dan hoef je niet terug te betalen. Hierdoor wordt de aflosperiode van vijfendertig jaar niet verlengd, deze blijft op vijfendertig staan. Wel wordt er ieder jaar gekeken of je wel een baan hebt of geen uitkering meer hebt.
Daarnaast heb je jokerjaren: tijdens de jaren dat je afbetaalt, mag je vijf keer een joker inzetten, zodat je in dat jaar niets hoeft af te lossen. Deze jaren mogen niet elkaar niet opvolgen en komen wél bovenop de vijfendertig jaar. Als je al je jokerjaren opmaakt ben je dus veertig jaar aan het terugbetalen. Dit kan handig zijn als je bijvoorbeeld een wereldreis wil gaan maken en een jaar geen inkomen hebt.”
Emigreren om van je schuld af te komen?
Een wereldreis is prima, vertrekken naar het buitenland om onder je schuld uit te komen niet. “Emigreren mag, maar zorg wel dat je DUO altijd op de hoogte houdt van waar je uithangt”, zegt Jonkman. “Het is niet zo leuk als je vastzit op een vliegveld of in een ambassade omdat je je aflossingen niet voldaan hebt. Daarbuiten hebben studenten niet veel om zich zorgen over te maken. Geniet van je studietijd, maar denk goed na als je geld leent.”
“De overspannen woningmarkt … een sociale huurwoning…”
Heeft Schippers de huidige woningmarkt wel bekeken? Er zijn in de grote steden nauwelijks huizen voor starters. Het gaat hier helemaal niet om een voorspelling; het is de realiteit.
Daarnaast fijn dat de scheiding tussen arm en rijk wordt aangewezen en à la ‘het bestaat al, dus het is niet erg dat deze maatregel tot nog meer scheiding’ wordt gepresenteerd. Dat klinkt constructief voor de samenleving.
Reageren niet meer mogelijk.