Gretchen de Graav promoveerde op hoe immuuncellen reageren op bepaalde medicijnen voor niertransplantatiepatiënten. “Ik denk dat we de transplantatiewereld hebben laten zien dat dit medicijn niet ideaal is direct na transplantatie.”
Stel dat je op een verjaardag naast je oom zit. Hoe leg je in een paar zinnen uit wat je onderzocht hebt en wat daaruit kwam?
“We hebben bestudeerd hoe verschillende immuuncellen werken en samenwerken in niertransplantatiepatiënten die worden behandeld met de afweeronderdrukkers tacrolimus en belatacept. Belatacept is een relatief nieuw medicijn dat minder bijwerkingen en minder schadelijke gevolgen voor de donornier lijkt te hebben. Maar uit mijn proefschrift blijkt dat het risico op afstoting van de donornier fors hoger is. Een belangrijke verklaring daarvoor is dat verschillende immuuncellen kunnen ontsnappen aan belatacept.”
Wat wordt de wereld beter van je proefschrift?
“Ik denk dat we de transplantatiewereld hebben laten zien dat dit medicijn niet ideaal is direct na transplantatie. Patiënten hebben direct na transplantatie baat bij een sterker middel. Of het meteen wereldwijd effect heeft weet ik niet. Het onderzoek is pas gepubliceerd, maar werd wel meteen veel gedeeld en getwitterd. Er lopen nog meer onderzoeken die vergelijkbare resultaten lijken te geven, dus ik verwacht dat artsen voorzichtiger zullen zijn met het voorschrijven van belatacept in de eerste maanden na de niertransplantatie.”
Wat was het grootste dieptepunt tijdens je promotieonderzoek in de afgelopen jaren?
“Mijn eerste artikel werd vijf keer afgewezen. Je weet natuurlijk dat zoiets regelmatig gebeurt, maar je bent er toch iedere keer een paar dagen droevig over. Ik had het artikel al een paar keer herschreven en feedback van mijn baas verwerkt. Voor mijn gevoel zat er ontzettend veel tijd en moeite in. De eerste keer kwam de afwijzing zelfs binnen twee uur terug.”
Van wie in je dankwoord had je vooraf niet verwacht dat deze zo belangrijk zou zijn?
“Ik heb mijn huidige vriend op het lab ontmoet. We gingen ook buiten het werk veel met elkaar om, ook met andere collega’s. Hij was al vrij snel geïnteresseerd, maar ik had het niet meteen door en hield het een beetje af. Op een gegeven moment merkte ik dat ik het vervelend vond als hij een dag niet op het werk was.”

De cover
“De cover is ontworpen door mijn vriend. Je ziet mij in een soort lotushouding tussen het lab en de kliniek. Ik voelde me op beide plekken thuis en was op mijn gemak tijdens het onderzoek, dat elementen uit het lab en de klinische praktijk kent. De kleur roze is gewoon prachtig. Ik vind dat iedereen een beetje roze in zijn leven zou moeten hebben. En ik heb de kleur ook een beetje gekozen om mijn begeleiders te pesten. Ik gaf een keer een presentatie met alle figuren in het roze. Ze konden er niet over ophouden hoe lelijk ze dat vonden.
“Door het boekje heen zie je foto’s van Rotterdam en Suriname, waar mijn grootouders en een aantal ooms, tantes en neven wonen. Ik probeer altijd een balans te vinden tussen beide culturen. Na de promotieplechtigheid heb ik de commissie een mand gegeven met Rotterdamse en Surinaamse producten.”