Ik vond het altijd een fijne gedachte dat ik bij sollicitaties niet alleen word beoordeeld op mijn cijfers, maar ook op mijn nevenactiviteiten. Niet omdat ik slechte cijfers heb, maar omdat mensen meer zijn dan de baan of de studierichting die ze kiezen. Nieuwe werkgevers stellen het bijvoorbeeld erg op prijs als je naast je studie ook op hoog niveau sport of een muziekinstrument bespeelt.

Stom grapje

Bij mijn laatste sollicitatiegesprek, voor een baan bij een advocatenkantoor, wilde ik mezelf dan ook niet voorstellen als Moo, de derdejaars rechtenstudent, maar als een veelzijdig persoon, gevormd door allerlei activiteiten waar ik fases van mijn leven aan wijdde. De drie mannen zaten al in het kantoor toen ik binnenliep. Maar nog voordat ik ze alle drie gegroet had, schoot er een in de lach. “Nou, ik denk niet dat de mannen zich hier nog op hun werk kunnen concentreren als we jou aannemen.” Oké, stom grapje, maar moet kunnen: het ijs was in ieder geval gebroken.

Ik ging zitten, kreeg een glas water aangeboden en de mannen namen voor het eerst mijn cv door. “Je bent ook model, zie ik”, zei de man van het grapje. Hij keek de andere mannen aan. “Modellen zijn toch helemaal niet gemaakt om te werken?” De andere man lachte uitbundig. “Waarom zou je gaan werken als je ook gewoon mooi kan zijn en geld kan verdienen met niksdoen?” Zo ging het gesprek nog enige tijd door.

Ik had willen zeggen: Hallo, ik ben Moo, het meisje dat vroeger toen iedereen op vakantie ging van 7 tot 7 aan het werk was om een tv-serie op te nemen. Het meisje dat op achttienjarige leeftijd alleen naar Azië verhuisde om te werken. Het meisje dat iedere dag in de sportschool aan het trainen was, scripts uit haar hoofd leerde, van casting naar casting vloog en daar uren moest wachten, nachten oversloeg om te werken en de volgende dag weer fris en fruitig verscheen als model. Het meisje dat daarna besloot om binnen drie jaar haar rechtendiploma te halen.

Maar er was geen haan die ernaar kraaide. Ik had de geloofwaardigheid gekregen van Legally Blonde en was niets meer geworden dan het beeld dat ze van mijn nevenactiviteit hadden. En mijn cijfers, daar keek niemand meer naar.