Dat de Rotterdam School of Management een knusse band heeft met bedrijven als olie- en gasgigant Shell zal weinig mensen verbazen: de business school pronkt voortdurend met haar corporate partnerships. Echter, het dinsdag door Changerism gepubliceerde onderzoeksrapport duidt erop dat Shell potentieel invloed heeft op het curriculum, trekt de wetenschappelijke integriteit van drie RSM-onderzoeken in twijfel en laat zien dat een RSM-wetenschapper niet helemaal eerlijk is geweest over financiële bijdrages aan zijn onderzoek. De RSM zelf noemt het rapport in een verklaring ‘tendentieus, vooringenomen en onjuist’.
EM sprak met RSM-studenten over de bevindingen van het onderzoeksrapport en vroeg aan hen hoeveel business hun business school zou mogen zijn: is de innige relatie tussen RSM en Shell een (on)mogelijke liefde?
RSM en Shell, het onderzoeksrapport in een notendop
- Het rapport duidt op de invloed die Shell uit kan oefenen op de opzet van het RSM-curriculum en het profiel van studenten;
- Diezelfde oliegigant financierde voor meer dan 300 duizend euro onderzoek dat werd gebruikt voor een succesvolle lobby voor voordelige belastingmaatregelen voor grote bedrijven. Het desbetreffende onderzoek, uitgevoerd door een RSM-hoogleraar, vermeldt Shell echter niet als externe financier;
- Daarnaast beschrijft het rapport recruitment-activiteiten op de universiteit en signaleert het fysieke aanwezigheid van Shell op de campus in de vorm van stands en promotiemateriaal.
Wil je meer lezen over het onderzoeksrapport? Erasmus Magazine gaat dieper in op de nauwe banden tussen RSM en de fossiele industrie.
Julie Geelen (21), voorzitter STAR, studievereniging van RSM

“Een business school hoort dicht bij het bedrijfsleven te staan, want je leidt hier de managers van morgen op. Ik geloof in de kracht van het huidige systeem, waarin de RSM studenten een brede theoretische basis biedt, en bedrijven de theorie aan de praktijk verbinden door middel van casussen. Je raakt hierdoor als school dan wel verweven met het bedrijfsleven, maar zolang de RSM als een ‘ethische filter’ optreedt hoeft een nauwe samenwerking helemaal niet schadelijk te zijn voor het onderwijs. Bij mijn opleiding heb ik nooit iets met Shell gedaan, maar wel meegedacht bij casussen van bedrijven als Hema en de RET (het Rotterdamse openbaar vervoerbedrijf, JZ). Daar kreeg ik juist de indruk dat iedereen het erg leuk en leerzaam vond. Kritiek vanuit studenten over de invloed van grote bedrijven op het RSM-curriculum heb ik dan ook nooit gehoord.”
Ramon Scholl (20), IBA-student

“Een samenwerkingsverband met Shell voelt voor mij heel dubbel: aan de ene kant wil je geen shady business – Shell kan een academisch curriculum aanpassen – aan de andere kant is sturing vanuit het bedrijfsleven ontzettend handig. De RSM richt zich tenslotte vooral op het klaarstomen van studenten voor een carrière in het bedrijfsleven. De vraag blijft echter of een dergelijke samenwerking beter is voor de algehele arbeidsmarkt of dat het uitsluitend het belang van een bedrijf als Shell dient. Dat laatste zou een slechte zaak zijn, maar ik heb niet het gevoel dat RSM haar curriculum samenstelt aan de hand van de laatste wensen van partners. Sterker nog, ik heb Shell nooit expliciet voorbij horen komen in hoorcolleges of casussen – in tegenstelling tot bedrijven als Heineken, ING en KPMG. Zulke verhalen uit de praktijk, waarin echt niet alleen succesvolle businessmodellen worden uitgelicht, zijn ook de verhalen die je als student in hoorcolleges wil horen.”
Mahima Kathuria (19), IBA-student uit India

“Het bestaan van een RSM-Shell partnership verbaast me wel een beetje, vooral omdat ik het bedrijf nog geen enkele keer ben tegengekomen in mijn onderwijs. Naar aanleiding van de publicatie van dit rapport heb ik met studiegenootjes gesproken over de banden van RSM met het bedrijfsleven. We kwamen tot de conclusie dat business schools en bedrijven als Shell op elkaar aangewezen zijn: een nauwe samenwerking hoort erbij als je een topuniversiteit wil zijn.
“Het is zelfs zo dat ik door het conservatieve, theoretische onderwijs de casussen uit het bedrijfsleven soms in ons onderwijs mis. Wel volg je in het eerste jaar het vak Introduction to business, waarin mensen van buiten de universiteit komen vertellen over hoe zij te werk gaan. Zo vertelde een gastspreker een vrij ongenuanceerd verhaal over de marketingaanpak binnen zijn bedrijf. Bij het tentamen bleek vervolgens dat informatie afkomstig uit dat college werd getoetst. Totaal onverwacht; bijna alles wat ik nu over marketing weet heb ik van die ene spreker geleerd.”
Pepijn van der Salm (22), student bedrijfskunde

“Als business school mag je best 100 procent business willen zijn: Shell zoekt gewoon de beste mensen, en de RSM heeft die mensen. Dat er dan in een duur samenwerkingscontract clausules staan die Shell ten goede komen, dat vind ik wel prima. Daarnaast, laten we eerlijk zijn, gebeuren dit soort samenwerkingen op bijna elke vooraanstaande business school: ook op een publieke universiteit als de TU Delft wordt er nauw samengewerkt met Philips – dat bedrijf produceert nou ook niet hele duurzame producten. Ik studeer nu drie jaar aan de RSM en heb tot dusver weinig gemerkt van de invloed van een bedrijf als Shell. Als penningmeester van de Management Week organiseerde ik een recruitment-evenement dat werd gesponsord door bedrijven als Monsanto, Shell en tabaksproducent Philip Morris. Je kunt daar je vraagtekens bij zetten, maar ik vind het niet mijn taak om te zeggen dat het niet mag. Studenten zijn geïnteresseerd in een bedrijf als Shell, en Shell is geïnteresseerd in onze studenten: je wilt niet weten hoe snel zo’n business-evenement is volgeboekt.”