Alle ingrediënten voor een geslaagde Open Mic Night waren maandag aanwezig in het Erasmus Paviljoen: de muzikanten speelden de sterren van de hemel, het publiek ging uit zijn dak en misschien nog wel het belangrijkst, het bier vloeide rijkelijk.
Dat laatste is absoluut noodzakelijk om te kunnen genieten van een emotionele akoestische cover van “Wicked Game” of een Bob Dylan-achtige versie van “I’m Sexy and I Know It”. Op een avond met een open podium hoor je altijd wel een paar afgezaagde covers en zijn er altijd wel technische problemen.

Matthew, een van de muzikanten, was deze avond de ongelukkige. Zijn gitaar weigerde dienst, waardoor hij zijn optreden moest onderbreken en gedwongen was te improviseren. Maar zoals het spreekwoord luidt, ’the show must go on’.
“Weet er iemand nog een goede grap?”, ging hij verder, terwijl een zee van gezichten hem aanstaarde. “Okee, dan vertel ik wel een grap en daarna moet iemand anders de volgende grap vertellen.”

Matthew loste deze situatie echter op bewonderenswaardige wijze op. Hij wachtte even met het inzetten van zijn grap en gaf hiermee iemand net genoeg tijd om hem een nieuwe gitaar te brengen, waarop hij de rest van zijn nummer kon spelen.
“Ik dacht dat ik wel op een grap zou kunnen komen, maar er kwam helemaal niets,” gaf hij later toe. “Ik probeerde gewoon rustig te blijven. Maakt niet uit, er kan altijd wel iets mis gaan.”
Dat klopt, Matthew. Maar op dit soort avonden gebeurt het niet zo vaak dat gitaristen een “open podium drieluik” doen, zoals een van de bezoekers het noemde. Hierbij speelt een gitarist een drietal nummers achter elkaar, zonder dat iemand het woord “toegift” in zijn of haar mond neemt. Tegen het einde van het derde nummer realiseerden sommige studenten zich dat het de volgende dag dinsdag was en begonnen hun jassen aan te trekken.
Bezeten door Jimi
Een van de studenten op weg naar de uitgang, Sedale Wijngaarde, draaide zich direct om toen hij een imposante, alles verslindende stem de tekst bij de akkoorden van ‘All Along the Watchtower’ van Jimi Hendrix hoorde zingen. In tegenstelling tot de monotone MC die hem aankondigde, zong de muzikant, Noah genaamd, met een niet-aflatende passie, alsof hij bezeten was door de legendarische gitarist zelf.
“Ik was net op weg naar buiten toen Jimi begon te spelen,” zei Wijngaarde met een glimlach. “Hij was echt heel goed.”

In een stad waar techno de boventoon voert, was het een verademing om een paar bekende gezichten bekende nummers op ouderwetse muziekinstrumenten te zien spelen, of ze nu gestemd waren of niet. De bomvolle zaal genoot er zichtbaar van. Maar ja, wie wil nu niet maandagavond het studeren even links laten liggen en een biertje gaan drinken.