De Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) ontvangt van het ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW) ongeveer acht ton per jaar om het studiesucces van niet-westerse studenten te verbeteren.

Dit staat in het convenant dat vorige week werd ondertekend door de Universiteit Leiden, de Universiteit Utrecht, de Erasmus Universiteit Rotterdam en de twee Amsterdamse universiteiten, de VU en de UvA.

Minder goed

50 tot 60 procent van alle niet-westerse studenten volgt een opleiding aan een hogeschool of universiteit in een van de vier grote steden. De aanleiding voor het convenant is dat zij het vaak minder goed doen dan autochtone studenten. In het wo heeft na zes jaar 47 procent van de autochtone studenten een diploma gehaald, tegen 35 procent van de niet-westerse allochtone studenten. In het hbo is dat verschil nog groter, bijna 20 procent.

EUR

De EUR gaat zich vooral richten op de fase vóór de studie en de eerste maanden van de bachelorfase. “Niet-westerse allochtone studenten kiezen vaak te snel voor een studie die opleidt tot een ‘zichtbaar beroep’, zoals arts of advocaat, maar die soms niet goed bij hen past. Hierdoor hebben zij vaak minder motivatie voor het behalen van hun diploma. Een juiste studiekeuze is voor deze groep studenten dus extra van belang”, vertelt Jos van Wollingen van het Shared Service Centre Onderwijs, Onderzoek en Studentenzaken van de EUR.

Vorm

De universiteiten maakten nog geen afspraken over streefcijfers voor de instroom of het studierendement. Over de vorm van de interventies aan de EUR zal pas in november afspraken worden gemaakt. Van Wollingen verzekert dat zowel de allochtone als de autochtone student profijt heeft van de interventies die gedaan worden. Dit om te voorkomen dat er sprake zou zijn van positieve discriminatie. HOP/MW