“Niet alle universiteiten hebben de openbaarmaking van de nevenfuncties van hoogleraren voltooid”, geeft minister Plasterk toe. Maar, er zijn wel “substantiële vorderingen” gemaakt.

Uit een voortgangsrapport van universiteitenkoepel VSNU blijkt volgens Plasterk “dat alle universiteiten het belang van openbaarmaking onderschrijven”. Dat zegt hij in antwoord op kamervragen van SP-lid  Jasper van Dijk.

Uit een bericht van het Hoger Onderwijs Persbureau bleek vorige maand dat universiteiten weinig haast maken met het openbaar maken van de bijbaantjes van hoogleraren. En dat terwijl Plasterk had gezegd tegen de jaarwisseling resultaat te willen zien. De universiteiten krijgen nu extra tijd: pas in september moeten ze opnieuw een voortgangsrapport voorleggen. Van Dijk, die lang pleitte voor openheid rond de nevenactiviteiten van hoogleraren, noemt het antwoord van de minister “teleurstellend”. HOP