Volgens EUR-historica Susan Hogervorst heeft de totstandkoming van het Nationaal Historisch Museum (NHM) weinig met geschiedwetenschap te maken. De museumdirecteuren bepalen zelf wat er in het museum komt, niet de historici.

De studente nam vorige week woensdag samen met een groep van twintig jonge academici deel aan het debat ‘NHM krijgt vorm’. Samen met museumdirecteuren Valentijn Byvanck en Erik Schilp discussieerden zij over het conceptplan van beide heren. Belangrijkste inzet: de rol van de academische wereld in de plannen van het Nationaal Historisch Museum.

Uit het debat kwam naar voren dat de jonge academici ontevreden zijn over hun rol bij de plannen voor het museum. Vanuit de zaal klonk dan ook de vraag aan beide directeuren: ‘Wat willen jullie van ons?’ Het antwoord van Byvanck was even simpel. “Beelden, we willen van jullie beelden die het verhaal van de Nederlandse geschiedenis vertellen.” Als voorbeeld noemde hij de foto van een vermoorde Pim Fortuyn, liggend in het Mediapark van Hilversum.

Het was een antwoord waar Hogervorst niet veel mee kan. “We moeten dus plaatjes zoeken bij een verhaaltje. Ik had eerder verwacht dat geschiedkundigen de opdracht kregen om de verhalen te zoeken. Daarvoor zijn we opgeleid, wij denken toch vooral in tekst.”

De historica verwacht dan ook dat met deze vage taakomschrijving de invloed van geschiedkundigen niet zo heel groot zou zijn. JL