Managers kunnen, met het uitspreken van hun toekomstdromen en ambities, prestaties bevorderen. Maar ze dwingen daarmee soms ook tot kwader trouw. Blijkt uit twee promotieonderzoeken aan de EUR.
Dromen zijn niet altijd bedrog. Want ze hebben effect op de werkelijkheid. Volgens Daan Stam (promovendus bij onderzoeksschool ERIM) is een mooi verhaal van managers over de toekomst van het bedrijf, geen gebakken lucht. Benadrukken wat belangrijk is in de toekomst, en benoemen waar de zaak niet naartoe moet, helpt. Zeker wanneer het bedrijf in economische crisis verkeert. Wel opletten: meer conservatieve werknemers houden van verhaaltjes over veiligheid en orde. Voor progressievelingen werkt een idealistische visie beter.
Toch heeft het opdrijven van ambitie ook een schaduwzijde. Daar wijst Niki A. den Nieuwenboer (ook ERIM) ons op. Zijn de gedroomde targets wel reëel? Niet altijd. En omdat werknemers, bewust of onbewust, geen gezichtsverlies willen lijden, kan de situatie hachelijk worden. Ze overschrijden de ethische normen (fraude, stelen, manipulatie) omdat de boodschap van het bedrijf zo dubbelzinnig is: houd je aan de regels, maar niet ten koste van de prestaties. Zolang dat aan de orde is, heeft meer regelgeving geen zin. Want de mens is niet slecht, maar het systeem eromheen.
Het onderzoek van Daan Stam verscheen met de titel Managing Dream and Ambitions. Den Nieuwenboer schreef Seeing the Shadow of the Self. Allebei uitgegeven in de ERIM-reeks. DR