Jobs omzwervingen zijn de komende weken te lezen in de verhalenserie ‘Op zoek naar Erasmus’, een zoektocht in het Europa van nu met Erasmus als een reisgids. In zijn tweede verhaal ‘Grenzeloos in Europa’ neemt hij je mee naar de pro-Europese universiteitsbubbel van Cambridge en het hoofdkwartier van het Eurosceptische Front National in Parijs.
Het Europa van Erasmus
‘Concedo nulli’: ik wijk voor niemand. Al starend uit het raam zie ik het glooiende Engelse landschap voorbijschieten, en stel ik mij voor hoe een treinmachinist Erasmus’ lijfspreuk zelfgenoegzaam op de neus van zijn locomotief kalkt. Erasmus draagt het motto – dat hij ‘leent’ van de Romeinse god Terminus, die in de klassieke mythologie de grenzen van het leven bewaakt – met trots: hij verlegt grenzen liever dan dat hij voor ze wijkt.
Als grensverleggend renaissancedenker wordt Erasmus in onze tijd vaak gezien als een Europeaan avant la lettre. Hij pleit voor individuele verantwoordelijkheid en zelfstandig denken en draagt daarmee bij aan de ontdekking van het individu in Europa. Zijn gedroomde Europa is een christelijke eenheid, waarin een hervormd rooms-katholiek geloof de volkeren bindt. Erasmus hoopt dat in tijden waarin de invloed van de Turken tot aan de poorten van Wenen reikt, en de protestantse Reformatie een schisma teweegbrengt, Europese vorsten zich zullen verenigen in plaats van elkaar te bevechten.
De machinist die voor niemand wijkt besluit desalniettemin van spoor te wisselen wanneer hij een andere trein tegemoet rijdt. Na mijn ontmoetingen met Alice, Europeaan pur sang, en Gaëtan, jeugdvoorzitter van het nationalistische Front National, ben ik echter gaan inzien dat niet iedereen bereid is om een frontale botsing uit de weg te gaan.
Kind van Europa
Anno 2017 heeft een groot deel van de Europese landen zich verenigd in een unie, maar een groeiend anti-Europees sentiment zet deze broze samenwerking onder druk. Dit sentiment, dat als een reformatie door Europa waart, kreeg afgelopen zomer de overhand bij het Brexit-referendum. Echter lang niet iedereen heeft de hoop op een verenigd Europa verloren. Alice Anders, een 21-jarige student aan de universiteit van Cambridge, bood met haar beweging Cambridge for Europe dapper weerstand tegen de Brexit. Het referendum maakte van Cambridge het Gallische dorpje uit de strips van Astérix: bijna driekwart van de inwoners stemde pro-Europees, terwijl landelijk een meerderheid voor een Brexit koos.
Alice is een kind van Europa: geboren in Duitsland, opgegroeid in Frankrijk en student Franse en Spaanse taal in Engeland. Hoewel ze niet mocht stemmen bij het referendum, zette ze zich maandenlang in om mensen te overtuigen van een pro-Europese stem: “Ik heb geen moeite met mensen die andere opvattingen hebben, maar het gaat er mij om dat de dialoog op een juiste manier gevoerd kan worden. Argumenten gebaseerd op misinformatie zijn geen argumenten. Daarom is het van belang dat je mensen goed informeert voordat je de discussie voert.”
Ook na de verloren wedstrijd, de Brexit omschrijft ze als ‘surrealistisch’, blijft ze strijden voor een verenigd Europa: “De wortels van het anti-Europese sentiment liggen bij het gebrek aan menselijkheid en gemeenschapszin in onze samenlevingen.” Alice is hoopvol en gelooft dat het promoten van kennis en wetenschap en een opvoeding die voorbij het eigen belang gaat het tij kunnen keren: “De Brexit, vluchtelingencrisis en de opkomst van extreemrechts zijn slechts de consequenties van dit groeiende gebrek.”
Front National
In Alice herken ik veel van Erasmus’ ideeën, maar ik wil ook het gesprek aangaan met een leeftijdsgenoot die zich juist geen kind van Europa voelt. Ik besluit daarom de middeleeuwse klinkertjes van Cambridge te verruilen voor de scheve stoeptegels van Nanterre. In deze Parijse buitenwijk bevindt zich namelijk het hoofdkwartier van de Franse politieke partij Front National, waar ik heb afgesproken met Gaëtan Dussausaye, de 23-jarige voorzitter van de jeugdbeweging – met 25.000 leden de grootste van Frankrijk. Front National vertegenwoordigt al meer dan 40 jaar het extreemrechtse, nationalistische geluid in de Franse politiek, en haar leider Marine Le Pen stond maandenlang bovenaan in de peilingen voor de presidentsverkiezingen. Zo reis ik in minder dan twee dagen tijd van een eurofiele universiteitsbubbel naar het hol van de eurosceptische leeuw.
Dromen van grenzen
Gaëtan raakte tijdens zijn middelbareschooltijd in de ban van de partij van Marine Le Pen en werd op 19-jarige leeftijd de voorzitter van Front National de la Jeunesse. Hij spreekt vol gif over het totalitarisme in de samenleving, dat volgens hem tweeledig is; enerzijds is er de Islam, die mensen radicale ideeën oplegt, anderzijds is er de globalisering, de wil van de bankiers en de politieke elite.
Ook van de Europese Unie moet de jonge Fransman weinig hebben, wel gelooft hij in het bestaan van een Europese cultuur als een verzameling van subculturen. Zijn antwoord op de vraag of hij zich net zoals Alice een Europeaan voelt verbloemt deze opvatting niet: “Ik voel mij Europees, omdat ik mij Frans voel.” Dat Frans-zijn is volgens hem ‘geen huidskleur, religie of seksualiteit’: “Het is de kleur van je hart.” En dat hart begint harder te kloppen wanneer het over vrijheid gaat, de vrijheid om je eigen wetten te maken, de vrijheid om je eigen grenzen te sluiten. Want daar is Gaëtan heel duidelijk in: zijn gedroomde Frankrijk is er een van grenzen, die zich openen voor vrienden en zich sluiten voor vijanden.
Voor het Europa van vandaag de dag lijkt dit al te gelden, waar mentale en fysieke grenzen worden getrokken om mensen te verbinden of juist te verdelen. In het volgende artikel neem ik je mee op een zoektocht naar de grenzen van onze Europese samenleving, en spreek ik met jonge migranten over het oversteken van grenzen en het vinden van een thuis.