In De constante factor volgt Erasmus Magazine de mensen die het Rotterdamse studentenleven draaiende houden. Zij zijn de constante factor in de altijd veranderende studentenwereld.
“Goeiemorgen!” zegt Michel enthousiast terwijl hij de studieruimte op de begane grond van het Xior-gebouw inloopt. Hier en daar zitten groepjes studenten te studeren. De tafels liggen bezaaid met boeken, schriften en laptops. “Lekker aan het studeren?” vraagt Michel aan een van de studentes die hem met een grote glimlach begroet. Hij loopt door en maakt in het Engels met een flink Nederlands accent een praatje met een ander groepje studenten. “Ik zeg altijd iedereen die ik tegenkom gedag. Zo weten ze wie ik ben, en geef je de studenten een beetje een thuisgevoel.”
Michel is een bekend gezicht in het gebouw. Als residence manager, of huismeester, zoals Michel zichzelf liever noemt, is hij de hele dag bezig met reparaties. Zijn kantoor bevindt zich naast de wasruimte van het gebouw, waar een tiental wasmachines constant staat te draaien. “De deur staat altijd open. Iedereen mag langskomen voor een praatje of een kopje koffie.”
De eerste Nederlander
In het gebouw wonen uitsluitend internationale studenten. In de studio’s op de verdiepingen zitten de eerstejaars, en in de appartementen op de begane grond van het complex masterstudenten en promovendi van de Rotterdam School of Management.
Michel is zo’n beetje de enige Nederlander tussen de internationals. Voor veel bewoners is hij dan ook de eerste Nederlander die ze ontmoeten. “Door Michels warme welkom voelde me ik direct thuis”, vertelt een student uit Griekenland. “Hij was super behulpzaam. Ik had een probleem met mijn wifi en hij dacht gelijk met me mee.” Inmiddels gaat ze een paar keer per week langs bij Michels kantoor voor een praatje. “Hij is echt een constante factor hier in het gebouw.”
Tussen de studenten
Michel komt uit Delft. Hij had daar wat vooroordelen opgedaan over studenten. “Ik zie daar alleen maar studenten feesten, rotzooi maken en geen rekening houden met anderen.” Sinds hij zelf met studenten werkt is zijn beeld veranderd. “Ik zie nu hoe hard ze werken, en hoeveel ze moeten doen om te studeren. Ik heb nu ook de andere kant gezien.” En hard studeren, dat doen Michels studenten wel. “Soms moet ik echt zeggen: ‘Leg die boeken eens weg en ga even de stad in, pak een terrasje of ga naar een feestje in het weekend.’ Ik moet ze soms echt vertellen om ook te genieten.”
Michel heeft goed contact met de internationale studenten. “Ik vind het heel belangrijk om een veilige en fijne plek voor ze te creëren hier. Dat ze het gevoel hebben dat ze altijd alles kunnen vragen.” De jongste studenten in het gebouw zijn pas 17 jaar. “Ik kan me voorstellen dat er veel op je afkomt als jij op je 17e naar het buitenland verhuist. Ik wil die studenten dan graag een beetje begeleiden.”
En dat lukt. “Michel is echt een beetje de vader van het gebouw”, grapt een RSM-masterstudent uit Peru die haar was in de machine komt doen. “Dan heb ik wel heel veel kinderen!” lacht Michel. De student vervolgt: “Het is superfijn om iemand te hebben aan wie we alles kunnen vragen. Ik kom uit een land waar zelfs de wasmachines totaal anders werken. Ik weet niet wat ik zonder Michel moest.”
Studenten helpen is belangrijk voor Michel. Voordat hij huismeester werd, is hij jongerenwerker geweest. “Helpen zit in mijn aard. Ik wil gewoon dat alle studenten zich zo fijn en comfortabel mogelijk voelen hier.”