Het begint te regenen op de campus. Met lichte paniek worden kraampjes van de campusmarkt opgeruimd, alles wat nat kan worden wordt snel afgedekt. Studenten rennen de foodplaza in. Daar baant Kevin Barkmeijer (24) zich door de drukte op forse leren laarzen met vierkante neuzen. Hij is lang, met wit geblondeerd haar en zware zwarte wenkbrauwen. Zijn gezicht klaart op als hij over zijn outfit begint te vertellen. Hij combineerde comfort, een gemakkelijke blouse, met een verkeerde inschatting van goed weer, spijker jorts. Outfits vooraf bedenken doet hij eigenlijk nooit. Vanochtend raapte hij hem snel bij elkaar na een lange nacht in de Maassilo. Aankleden gaat juist makkelijker als hij een beetje brak is: “Minder inhibities ofzo.”
Sip kikkertje
Kevin wil een bepaalde intentie uitdragen met zijn look. Geen trots is geen zelfverzekerdheid. Door zich goed te voelen in zijn mode draagt hij uit wie hij is: extravert, grungy en queer. Vrienden, kleding en identiteit zijn allemaal verbonden. Hij groeide op in Assen: “Queer zijn is daar best een ding.” Tijdens zijn bachelor bij de Universiteit Leiden begon hij zijn grenzen te verleggen. Vrienden leerden hem het genot van mode kennen, daagden hem uit met nieuwe accessoires. Aan zijn tas hangt een klein sip kikkertje, en een button met ‘Everyone thinks you’re a cunt’, cadeautjes van vrienden.
Nu is Kevin zelf misschien wel de aangewezen persoon om zijn nieuwe medestudenten uit hun schulp te trekken. Hij houdt ervan om mensen te helpen, vandaar dat hij begint aan een master Social Inequalities. Bij zijn medestudenten voelt hij zich meteen thuis. Het zijn mensen van over de hele wereld, net hier, klaar om mensen te ontmoeten. Kevin kijkt nieuwsgierig om zich heen naar de natte mensen in foodplaza. Hij ziet een aantal mensen die hij wel beter wil leren kennen. “Ik vind het leuk als ze stijl hebben, en krullen … en uitstraling.”