Laten we beginnen bij het begin. Wat is het Internationaal Gerechtshof eigenlijk?
“Het Internationaal Gerechtshof is een van de hoofdorganen van de Verenigde Naties. Toevallig kijk ik vanuit mijn kantoor in het ISS in Den Haag op het Vredespaleis, waar het Hof gevestigd is. Het bestaat uit vijftien rechters uit verschillende landen uit alle regio’s van de wereld, en het heeft twee hoofdfuncties. De eerste is die van de hoogste juridische adviseur van de Verenigde Naties. Organen van de VN kunnen advies vragen over ieder internationaal juridisch vraagstuk, bijvoorbeeld over de verantwoordelijkheden van staten op het gebied van klimaatverandering. Het Hof kan dan een advisory opinion geven. Dat is een niet-bindende uitspraak, dus landen kunnen advies ook naast zich neerleggen.
“De tweede functie van het Internationaal Gerechtshof is beslechting van geschillen tussen staten. Als staten met elkaar van mening verschillen over onderlinge juridische kwesties kunnen ze die onder bepaalde omstandigheden aan het Internationaal Gerechtshof voorleggen. Dat kan alleen als de betrokken staten de rechtsmacht van het Internationaal Gerechtshof erkend hebben, of als ze een verdrag hebben ondertekend dat het Hof rechtsmacht geeft om geschillen over dat verdrag te beoordelen. Uitspraken die uit zulke zaken volgen zijn wel bindend, landen moeten zich daaraan houden.”
Karin Arts is hoogleraar Internationaal recht en ontwikkeling aan het International Institute of Social Studies. Ze onderzoekt de rol van het recht voor ontwikkelingsvraagstukken en ze legde zich de laatste jaren vooral toe op mensen- en kinderrechten. Ook is ze vice-decaan onderwijs. In 2007 en 2013 bracht ze werkbezoeken aan Palestijnse gebieden.
Hoe zit dat bij de zaak die Zuid-Afrika tegen Israël heeft aangespannen?
“Dat is een geschil tussen twee staten. Zuid-Afrika beschuldigt Israël van het plegen van daden met een genocidaal karakter tegen Palestijnen in de Gazastrook. Ze baseert de zaak op het genocideverdrag, waar zowel Zuid-Afrika als Israël partij bij zijn omdat ze het verdrag hebben ondertekend. In dat verdrag staat: als zich dingen voordoen in de praktijk die mogelijk te maken hebben met genocide, dan kunnen landen die partij zijn bij het verdrag zo’n zaak laten beoordelen door het Internationaal Gerechtshof. Israël had af kunnen zien van medewerking, maar dat had de zaak niet gestopt. Ik denk dat het goed is dat Israël wel meewerkt en de zaak van haar kant beargumenteert. Dit zorgt ervoor dat alle argumenten aan de orde zullen komen en dat komt de gewichtigheid van een einduitspraak ten goede.”
Hoe gaat zo’n proces in zijn werk?
“Zuid-Afrika leverde de zaak aan bij het Internationaal Gerechtshof. In eerste instantie hadden Israël noch Zuid-Afrika een rechter van eigen nationaliteit in het Hof. Daarom mochten ze allebei een rechter aandragen die voor deze zaak werd aangesteld. In totaal zijn er zeventien rechters aangesteld, die moesten eerst besluiten of dit iets is dat mogelijk onder het genocideverdrag valt.
“Dat bleek zo te zijn. De rechters zijn tot de conclusie gekomen dat het mogelijk is dat het optreden van Israël in Gaza genocidaal is. Het Hof verklaarde zich dus ontvankelijk, en kan nu de hoofdzaak gaan behandelen. Dat kan jaren duren. Maar er staat hier veel op het spel: de kans bestaat dat er zo onnodig veel doden en gewonden vallen, dat er niks meer te redden valt tegen de tijd dat er een uitspraak komt. Het Hof kan daarom ook voorlopige maatregelen opleggen. Dat is op 26 januari gebeurd in een bindende uitspraak.”
Wat hielden die maatregelen in?
“Israël moet alles doen dat binnen haar macht ligt om daden van genocide in Gaza te voorkomen. Ook moet ze onmiddellijke en effectieve maatregelen nemen om de levering van voldoende humanitaire hulp in het gebied mogelijk te maken. Eén maand na de uitspraak van het Hof moest Israël rapporteren over hoe ze de opgelegde maatregelen tot dan toe had uitgevoerd. Dat heeft Israёl gedaan, maar over de inhoud daarvan is maar weinig detail naar buiten gekomen. In de tussentijd zijn er veel meer doden en gewonden gevallen. Ook is er inmiddels sprake van hongersnood in Gaza. Dat is allemaal gedocumenteerd, onder andere door VN-organisaties zoals de Wereldgezondheidsorganisatie en UNICEF.
“Vanwege de verslechterde situatie trok Zuid-Afrika weer aan de bel en stelde dat de eerste voorlopige maatregelen al niet meer voldoende zijn. Daarom heeft het Hof op 28 maart een tweede uitspraak gedaan. Alle rechters, op die van Israël en Oeganda na, herbevestigden de voorlopige maatregelen van 26 januari. Het Hof voegde extra maatregelen toe. Israël moet onder andere meer doen om humanitaire hulp ongehinderd en op grote schaal in Gaza toe te laten.”
Heeft het Internationaal Gerechtshof alles wat Zuid-Afrika eiste overgenomen?
“Nee. In de voorlopige uitspraak van 28 maart staat dat het Hof de eerste drie voorstellen van Zuid-Afrika niet kan volgen. Daarin eiste Zuid-Afrika een onmiddellijk staakt-het-vuren van alle deelnemers aan het conflict en vrijlating van alle gijzelaars en gevangenen. Ook wilde Zuid-Afrika dat het Hof verplichtingen zou formuleren voor andere partijen bij het genocideverdrag dan Israël. Maar de zaak die er nu ligt gaat alleen over Israël en niet over andere landen of over Hamas. Het Hof besloot daarom dat voorstel niet te volgen. Dat is een wat formalistisch, maar juridisch correct standpunt.
“In de tussentijd loopt er een verzoek van de Algemene Vergadering van de VN om een advisory opinion van het Hof, over de bezetting van Palestijns gebied door Israël. Zo zou het Hof alsnog duidelijk kunnen maken wat de positie van andere landen is in dit conflict en waar die zich aan moeten houden. Geen enkele partij die het genocideverdrag heeft ondertekend mag namelijk bijdragen aan genocide in Gaza, bijvoorbeeld door middel van wapenleveranties.”
Het Internationaal Gerechtshof heeft zich eerder over de kwestie Israël-Palestina gebogen. Wat is het verschil met toen?
“In 2004 gaf het Hof al een advisory opinion. Dat ging over de bouw van de scheidingsmuur tussen Israël en Palestijnse gebieden. Het Hof concludeerde toen dat die onrechtmatig was. Het advies was dat Israël een eind moest maken aan het maken van afscheidingen, en de veroorzaakte schade aan het Palestijnse volk moest vergoeden. Als je het puur vanuit het internationaal recht benadert, zijn de kwesties die ter tafel komen in deze rechtszaken juridisch vrij duidelijk: Israël is de bezettende macht en zit verkeerd.”
Of Israël een bezetter is lijkt me de hamvraag in deze zaak. Hoe stelt het Internationaal Gerechtshof zoiets vast?
“Door te kijken naar de situatie op de grond. Wie heeft controle over de gebieden en de mensen die er wonen? Het is duidelijk dat Israël een groot deel van de Palestijnse gebieden in haar macht heeft en daar de dienst uitmaakt. Op de Westelijke Jordaanoever geldt bijvoorbeeld een administratief recht dat volledig gemaakt en toegepast wordt door Israël: ze hebben de Gazastrook aan alle kanten afgesloten en Israël controleert de grenzen. Dat zijn duidelijke, feitelijke omstandigheden.”
Wat hebben de Palestijnen in de praktijk aan deze uitspraken van het Internationaal Gerechtshof?
“In de praktijk is er tot nu toe vrij weinig gedaan om het handelen van Israël te veranderen, omdat het land zeer machtige bondgenoten heeft. Maar die internationale steun lijkt wel te kantelen. Het Internationaal Gerechtshof kan daar richtinggevend in zijn, ook al doet ze niet in alle zaken uitspraken over andere landen.
“Ook kunnen nationale rechters uitspraken van het Internationaal Gerechtshof gebruiken om op veel kortere termijn tot bindende uitspraken te komen. Dat gebeurt nu al. In Nederland hebben we bijvoorbeeld net de rechtszaak gehad over de levering van onderdelen van gevechtsvliegtuigen aan Israël. De nationale rechters van het Gerechtshof Den Haag oordeelden dat er een duidelijk risico bestaat dat Israël ernstige schendingen van het humanitaire oorlogsrecht pleegt in de Gazastrook en dat de gevechtsvliegtuigen daarvoor ingezet worden.”
Hoe gaat de zaak bij het Internationaal Gerechtshof nu verder?
“Eind april moet Israël weer rapporteren. Ondertussen mogen beide partijen hun argumenten over de hoofdzaak aan het Hof gaan voorleggen. Ze mogen op elkaars argumenten reageren, zowel schriftelijk als straks in een uitgebreide hoorzitting die ook een aantal dagen zal duren. Daarna trekt het Hof zich terug om alles te bekijken en tot een uitspraak te komen. Dat geheel kan jaren duren.
“Ik schat de kans klein – op basis van de twee tussenvonnissen – dat het Hof in de hoofduitspraak tot de conclusie zal komen dat het handelen van Israël niet mogelijk genocidaal is. Er zijn helaas veel aanwijzingen dat dit het geval is. Een zorg is wel dat het, gezien de situatie in Gaza, verschrikkelijk moeilijk is om bewijs te verzamelen en veilig te stellen.”
Wat zouden de consequenties zijn van zo’n oordeel?
“Normen over genocide maken deel uit van de allerhoogste normen in het internationaal recht. Dus dat is heel ernstig. Dan is Israël juridisch aansprakelijk voor de gevolgen daarvan. Allereerst zou het land natuurlijk moeten stoppen met het onrechtmatig optreden. Vervolgens moet de staat er volgens het internationale recht alles aan doen wat in haar macht ligt om de situatie weer terug te brengen naar hoe het was. Als dat niet kan, heb je een verplichting om schade te vergoeden.
“De vraag is natuurlijk of dat überhaupt mogelijk is. Hoe kan de Israëlische staat deze schade vergoeden? Ik geloof niet dat dat kan op individueel niveau, maar ook niet op het niveau van de Palestijnse maatschappij en cultuur. De aangerichte schade is immers zo catastrofaal. Erkenning en het praktisch mogelijk maken van de staat Palestina zou wel een stap in de goede richting zijn. Meestal laat het Hof eerst de partijen onderling uitmaken wat een goede schadevergoeding zou zijn. Als ze daar niet uitkomen, dan kan het Hof dat zelf bepalen.”
Wat betekent het eigenlijk dat Zuid-Afrika deze zaak heeft aangespannen?
“Het is interessant dat Zuid-Afrika, een land uit het mondiale zuiden, deze zaak aandraagt tegen een land dat vaak als westers of Europees gezien wordt. Het toont een zeker elan en assertiviteit van Zuid-Afrika. Natuurlijk heeft Zuid-Afrika door haar apartheidsverleden een goede uitgangspositie om deze zaak geloofwaardig te brengen. Maar los daarvan valt op dat ze de zaak zeer grondig heeft voorbereid. Op het ISS hebben we de hoorzittingen in januari van begin tot eind gevolgd. Ik vond het indrukwekkend hoe Zuid-Afrika de zaak bepleitte en hoe slim en strategisch ze haar argumenten in elkaar gestoken had.
“Ik zie dat als een uiting van de emancipatie van landen uit het mondiale zuiden, waarin ze steeds vaker opkomen voor een universele toepassing van het internationaal recht op alle landen in de wereld. Dus ook op machtige landen. Andere landen uit het zuiden zien hier dat het zin heeft om gebruik te maken van juridische procedures om het noorden ter verantwoording te roepen.”
Beste Erasmus Magazine,
De grensovergang Kerem Shalom is open en Hamas beschiet die. Wat zou u doen? Je laten beschieten? Israël niet, daarom sloten ze de overgang.
Waarom wordt Hamas niet publiek aangesproken op het beschieten van deze grensovergang, die levensmiddelen naar de eigen Gazanen kan doorlaten?
Dat Israël ook Rafah sluit is waarschijnlijk een voorzorgsmaatregel om een beschieting als bij Kerem Shalom te voorkomen.
Waarom werkt Egypte niet mee om het bij Rafah veiliger te maken, zodat de doorstroom van goederen kan plaatsvinden?
Reageren niet meer mogelijk.