Misschien is dit ook de reden waarom een leeg vel – of meestal een leeg beeldscherm – zo confronterend kan zijn: dit dwingt je om zelf na te denken. Niet alleen voor de medewerkers van de universiteit, maar ook voor studenten is schrijven vaak moeilijk. Dit is iets wat in de opleidingen aan universiteiten weinig wordt aangeleerd. Het is dan ook niet vreemd dat studenten zoeken naar hulpmiddelen.
En opeens was daar ChatGPT. Niet omdat docenten daar om hebben gevraagd, of dit een goede aanvulling vinden voor de schrijfopdrachten. Maar omdat enkele jaren terug in Silicon Valley internationale techbedrijven begonnen met een nieuw programma, dat nu commercieel interessant begint te worden – en daarom wereldwijd wordt ‘uitgerold’. De chatbots blijken te voorzien in een behoefte: ze worden volop gebruikt, ook door studenten. Een prachtig middel om op maat teksten te creëren. Het heeft ook iets ongemakkelijks: iedere keer dat een student (of medewerker) van de universiteit een chatbot gebuikt, helpt diegene het algoritme daarachter verder te ontwikkelen. Het onderwijs in dienst van de commercie, in plaats van andersom.
De introductie van nieuwe technologie gaat vaak gepaard met grote beloften. Ik herinner me nog de komst van sociale media als Facebook en Twitter. Die zouden de vrije uitwisseling van kennis en opvattingen bevorderen, mensen over de hele wereld samenbrengen en solidariteit en gemeenschapsgevoel creëren. De werkelijkheid bleek anders: veel mensen zien sociale media als oorzaak van polarisatie. Ze houden mensen vast in bubbels van het eigen gelijk en leiden tot een cultuur van cancelen van andersdenkenden. Twitter als een middel voor solidariteit en gemeenschapszin is vandaag de dag een komische gedachte. Deze ervaringen maken me wat argwanend naar mensen die hoog opgeven van de ongekende mogelijkheden van chatbots.
Chatbots kunnen bijzonder goed rekenen en zo creëren ze een nieuwe tekst, op basis van stukken die eerder zijn geschreven – en bedacht. Zelf denken doen ze niet. Het zegt iets over het onderwijs als een chatbot een scriptie zou kunnen schrijven, als een niet-denkend ict-programma beter een academische opdracht zou kunnen uitvoeren. Gelukkig is dat niet het geval. Deze technologie houdt ons echter wel een spiegel voor: is in alle opleidingen genoeg ruimte om studenten kritisch te leren denken? Laten we voldoende zien waarom zelf nadenken beter en interessanter is dan het teruggrijpen op een chatbot? En hoe kunnen we de chatbots in het onderwijs wel zinvol gebruiken? Voor mij begint het denken niet met door chatbots verzamelde woorden, maar met een leeg scherm. Het geploeter met de tekst en het geworstel met jezelf, dat kan een chatbot niet vervangen.
Ronald van Raak is hoogleraar Erasmiaanse waarden.