Al voor de release zorgde de film De Oost van regisseur Jim Taihuttu voor ophef. Vorig jaar deed de Molukse veteranenorganisatie Maluku4Maluku een aangifte tegen de makers van de film wegens ‘groepsbelediging’ en ‘het zaaien van haat’. De Federatie Indische Nederlanders spande een kort geding: de makers moesten een disclaimer opnemen die het fictieve karakter van de film benadrukt. Deze eis heeft de rechter afgewezen. Vervolgens was Palmyra Westerling, de dochter van kapitein Raymond Westerling, woedend over hoe haar vader in de film wordt afgebeeld. Zij roept in een open brief op om de film te boycotten. Volgens haar zouden de makers aan ‘geschiedvervalsing’ doen en de KNIL-soldaten afschilderen als ‘Nazi-oorlogsmisdadigers’. Wat niet minder interessant is, zijn de reacties onder socialemediaberichten en artikelen over de film. De Oost zou ‘een nagel aan de doodskist van onze voorouders’, ‘een mes in de rug van onze Indië-strijders’ zijn en de makers ‘zouden zich kapot moeten schamen om zo over het graf van duizenden doden heen te pissen’.
De Oost portretteert de omstreden kapitein Raymond Westerling, commandant van Depot Speciale Troepen, onderdeel van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL), in Nederlands-Indië. De film speelt zich af in het toenmalige Nederlands-Indië in 1946, ten tijde van de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog. Het verhaal gaat over Johan de Vries, een jonge oorlogsvrijwilliger die onder de leiding van Westerling betrokken is bij het uitmoorden van dorpsbewoners in Zuid-Celebes (nu Sulawesi).
Westerling is een oorlogsmisdadiger
Het besef dat de Indonesische geschiedenis een ander gezicht heeft in Nederland drong hier pas tot mij door, een paar weken nadat ik aangekomen was in Leiden voor mijn studie. Tijdens een discussie in de collegezaal over de Indische literatuur benoemde ik dat Indonesië op 17 augustus 1945 haar onafhankelijkheid proclameerde. Mijn docent reageerde echter dat Indonesiërs hun onafhankelijkheid pas kregen op 27 december 1949, toen Koningin Juliana op de Dam de soevereiniteitsoverdracht ondertekende. Dat was het moment dat ik realiseerde dat dé Indonesische geschiedenis, míjn historische waarheid, anders wordt geïnterpreteerd aan deze kant van de wereld.
Zou er ook zoiets aan de hand zijn in de reacties op De Oost en Westerling? In de collectieve oorlogsherinnering van Indonesiërs is Westerling een op-en-top schurk. Wij leerden al op de basisschool dat Westerling bloed – heel veel bloed – aan zijn handen had: hij was verantwoordelijk voor de genocide op veertigduizend onschuldige mensen in Zuid-Sulawesi en deed een couppoging tegen de toenmalige president Soekarno.
‘Er is in Nederland geen eenduidige, breedgedeelde oorlogsherinnering over de periode 1945-1949 in Indonesië’
Geen collectieve oorlogsherinnering
Wat dat betreft komt de film overeen met mijn beeld van de Indonesische geschiedenis. Maar ik kan me voorstellen dat deze beeldvorming als heftig – of sterker nog: beledigend – wordt ervaren door Indische en Molukse Nederlanders van wie de (groot)ouders als KNIL-soldaten of oorlogsvrijwilligers hebben gediend in Nederlands-Indië. Speelt hun collectieve herinnering aan de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog hierbij ook een rol?
“Er is in Nederland geen eenduidige, breedgedeelde oorlogsherinnering over de periode 1945-1949 in Indonesië”, vertelt Kees Ribbens, bijzonder hoogleraar Populaire historische cultuur en oorlog aan de Erasmus School of History, Culture and Communication (ESHCC). Ribbens bestudeert hoe de herinneringen en de beeldvorming over oorlogen tot uiting komen in populaire cultuur en wat de oorlogsherinneringen vandaag de dag nog betekenen.
De Oost doet veel stof opwaaien onder Indische en Molukse Nederlanders, maar ook onder toenmalige oorlogsvrijwilligers, dienstplichtigen en hun nazaten. Toch haalt volgens Ribbens de rest van de Nederlanders waarschijnlijk de schouders op omdat ze de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog niet zien als een integraal deel van de Nederlandse geschiedenis. “De periode staat niet automatisch gebeiteld in de collectieve herinnering, het is vooral beschouwd als omstreden, gevoelige herinnering”, zegt hij. “Omdat het gevoelig is, wil men er niet te veel over praten en niet te veel vraagtekens bij plaatsen.” Dit zien we terug in het geringe aantal populaire producties rondom deze oorlog: naast een aantal documentaires zijn het stripboek Rampokan van Peter van Dongen, de educatieve strip De Terugkeer van het Indische Herinneringscentrum en de films Gekkenbriefje (1981), De Schorpioen (1984), Oeroeg (1993) en Gordel van Smaragd (1997) vrijwel de enige populaire uitingen die deze periode representeren.
Leed door de generatie heen
Doordat er geen duidelijke Nederlandse interpretatie is voor de oorlog in Indonesië, moeten de Indische en Molukse Nederlanders het doen met persoonlijke geschiedenis. Hun familieleed en oorlogstrauma worden stilzwijgend overgedragen van generatie op generatie omdat hun verhaal weinig ruimte krijgt in de Vaderlandse geschiedenis.
Om maar een klein deel van hun leed te benoemen: de eerste generatie Indische en Molukse Nederlanders vocht voor het Koninkrijk tijdens de Tweede Wereldoorlog. Velen werden gevangengenomen in Japanse kampen tijdens de Japanse bezetting en vervolgens werden ze gedwongen om naar Nederland te repatriëren. Nederland heette ze ijskoud welkom: ze werden gehuisvest onder erbarmelijke omstandigheden in voormalige concentratiekampen en de KNIL-soldaten werden ontslagen van hun militaire dienst. Ze waren tweederangsburgers en voelden zich niet geaccepteerd in de Nederlandse samenleving. Dit zie je ook terug in de Indische en Molukse literatuur: thema’s zoals onverwerkt trauma, identiteitscrisis en heimwee staan centraal. En na al die ellende, komt er nu een film uit die hun (groot)ouders in een kwaad daglicht zet. Geen wonder dat hun woede uitbarst.
‘De politionele acties behoren volgens Indonesiërs dan ook niet tot dekolonisatie. Het waren pogingen tot rekolonisatie’
Verschillende perspectieven
In die collegezaal in Leiden leerde ik dat geschiedenis veel gezichten heeft. Wat voor de Nederlanders ‘politionele actie’ is, is voor mijn volk ‘agresi militer’ (militaire agressie). Wat in Nederland ‘Bersiap’-periode wordt genoemd, heet in Indonesië ‘Revolusi Nasional’ (nationale revolutie).
“De periode 1945-1949 is inderdaad het perfecte voorbeeld van verschillende perspectieven”, bevestigt promovenda Lise Zurné (ESHCC). Zij onderzoekt de Indonesische oorlogsherinnering aan de hand van re-enactment van Serangan Umum 1 Maret 1949 in Yogyakarta. Als voorbeeld: “De politionele acties behoren volgens Indonesiërs dan ook niet tot dekolonisatie. Het waren pogingen tot rekolonisatie.”
Ook in de Indonesische populaire cultuur wordt de periode 1945-1949 gepresenteerd als een periode van eenheid, zegt Zurné, dat Indonesiërs samen strijden voor hun eigen land en eigen vrijheid. Zo ziet ze dat de jaarlijkse re-enactment zeer spectaculair, heroïsch en nationalistisch wordt uitgevoerd. In dat verhaal worden Nederlanders gereduceerd tot slechteriken.
Bereid zijn om te praten
Is er een middenweg tussen de Nederlandse staat die de Revolutie-periode liever onder het tapijt veegt, Indische en Molukse Nederlanders die zich nergens thuis voelen en Indonesiërs die Nederlandse soldaten over één kam scheren? Dialoog is volgens Ribbens het sleutelwoord. Ribbens: “Als je een historische cultuur wil hebben waarin het verleden van belang is, dan moet je het verleden tegen het licht willen houden. Je moet bereid zijn om naar elkaar te luisteren en uiteindelijk je interpretatie bij te stellen.”
Voor een objectieve geschiedschrijving ben je aangewezen op Australische universiteiten die de periode bestuderen.
Daar is veel materiaal te halen dat losgeweekt is van emotionele belevingen van betrokkenen of nazaten daarvan.
In het kort: Indonesië was (en is) geen eenheid. De koloniale samenvoeging van zeer verschillende stammen en volken is tot stand gekomen door onderdrukking. Net zoals Nederland onderdrukte worden de bevolkingsgroepen door een elite gecontroleerd. De bersiap periode was totale anarchie die veel slachtoffers heeft gemaakt.
Westerling gebruikte methodieken die ook nu nog gangbaar zijn (denk aan de Koerden) maar volkomen in strijd met volkenrecht.
In de film komt hij er nog goed vanaf vergeleken met de werkelijkheid. Elke historische weergave is omstreden maar de Oost, is een behoorlijk verantwoorde versie die een goede indruk geeft.
Tja,hoe iemand zich deze periode herinnerd doet er niet zo veel toe. Feit is dat de film Westerling nog veel te positief portretteert. Nederlanders die daar moeite mee hebben moeten zich afvragen waar de man na de soevereiniteits overdracht van Dec 49 dan mee bezig was.
Raymond Westerling was een oorlogsheld die vocht tegen terrorist Soekarno. Meer woorden hoeven we aan dit stukje niet vuil te maken. Meer dan een miljoen blanken, gemengde, Chinezen, (vermeende) communisten en andere vijanden heeft Soekarno op gruwelijke wijze af laten slachten, zowel als rebel als als “president”. Een schande dat Nederland dat de oorlog tegen dat zooitje ongeregeld snel gewonnen had, gedwongen werd om een land aan terroristen uit te leveren onder druk van de VS, met hun onzinnige dominotheorie.
Iedereen vergeet er steeds bij te vermelden dat, kapitein Raymond Westerling, carte blanche had gekregen van de toenmalige Nederlandse regering.
Mijn moeder vertelde me als tiener dat onze buurman naar de Oost was geweest. Ik lees veel maar wist echt niet waarover ze het had. Een paar weken later las ik in van nul tot en met nu. Mijn moeder wou me eigenlijk zeggen dat hij naar Indonesië was geweest en daar gevochten had.ik ben nu 48 jaar.
Mevrouw Sukmana,
Ik heb met belangstelling kennis genomen van uw bespreking van de ophef over de film ‘de Oost’ in uw Erasmus Magazine.
Uw oproep tot dialoog tussen allerlei betrokken groepen lijkt me de enige juiste weg om helderheid te krijgen in de gezamenlijke geschiedenis van Indonesië en Nederland.
Wellicht bent u bekend met het meerjaren onderzoek naar de dekolonisatie in Nederlands-Indië door onderzoekers van NIOD, NIMH en KITLV.
Het probleem zit hem er echter in dat op dit moment deze groep Nederlandse onderzoekers juist weigert om dat debat met allerlei betrokken groepen aan te gaan. Hun persoonlijke ideologische inkleuring (generalisaties als: ‘Racisme zit in het DNA van Nederlanders’ of Nederlanders geven anderen altijd de schuld’) is niet alleen zonder enige onderbouwing het wordt in de media ook ongefilterd geventileerd. Men wil er ook geen wetenschappelijke verantwoording voor af leggen en legt een door duizenden betrokkenen ondertekende petitie, arrogant terzijde. Dát doet bij allerlei groepen die op zoek zijn naar de waarheid de alarmbellen afgaan.
Het is dus geen wonder dat daar ophef over bestaat. Mogelijk moet u zelf eens met mevrouw Palmyra Westerling contact opnemen om te zien of uw waarheid (u bent er al achter dat de 40.000 slachtoffers op Celebes niet kloppen) bijstelling verdient.
U zou ook mijn boek “De Kist; een hutkoffer vol herinneringen” (zie http://www.paulhartman.nl) kunnen lezen om uw waarheid nog wat meer reliëf te geven.
Tot slot stuur ik u een foto om u en uw kritische lezers al vast wat tegenwicht te geven tegen de geschiedvervalsing in de film “de Oost” en een citaat uit mijn boek.
NB: de bewuste foto is in bezit van de redactie, maar kan ikzelf hier niet plaatsen. Voor de lezers: het betreft een foto van enkele van de meer dan duizend zojuist uit (republikeinse) slavernij bevrijdde christelijke Niassers, die medische hulp krijgen van het 1ste Bataljon Jagers OVW in Pasar Oesang (Sumatra, 2 augustus 1947).
Het citaat uit mijn boek:
“De waarheid is een kwestie van perceptie en perceptie is een kwestie van context. Feiten staan vast, maar ze worden vertroebeld, opgepoetst of verdraaid door opvattingen en die worden aangetast door de tand des tijds.”
(Paul Hartman)
Met hartelijke groet,
Drs. Paul B.W. Hartman
Paul Hartman is organisatiepsycholoog en auteur.
Zijn laatste boek ‘De Kist; een hutkoffer vol herinneringen’ (2021) handelt over de vraag waarom zoveel oorlogsvrijwilligers in 1945 naar Nederlands-Indië gingen en waarom ze er na terugkeer zo weinig over verteld hebben.
Zie ook: http://www.paulhartman.nl
Beste heer Hartman,
Dank voor uw reactie. Meer dialoog en meer onderzoek naar het verleden zijn inderdaad nodig voor een meer genuanceerde kijk naar de geschiedenis.
Gelukkig komt eind dit jaar nog het resultaat uit van het grote onderzoek naar de dekolonisatie. Ik hoop dat dit resultaat een inclusiever beeld zal geven van de geschiedenis, doordat er niet alleen Nederlandse, maar ook Indonesische onderzoekers erbij betrokken zijn.
Ook dank voor uw leestip. Zelf kan ik het werk van David van Reybrouck, ‘Revolusi’ – zowel het boek als de podcast en de documentaire – niet genoeg aanbevelen. Het is naar mijn mening een zeer genuanceerde geschiedschrijving.
Met hartelijke groet,
Feba Sukmana
Men moet niet op zoek gaan naar “de waarheid” in een film. Maar een film kan wel meerdere perspectieven bieden en zich niet laten leiden door een enkele aanname of invalshoek. Je kunt de complexiteit van een situatie benadrukken of je kunt een oordeel vellen. In de Oost is het laatste het geval. En in de ogen van Westerling’s slachtoffers, de overleden en hun families klopt dit. Schetst het eerlijk de diepte en gelaagdheid van het leed wat daar werd aangedaan door alle groeperingen aanwezig in die periode? Schetst het een duidelijk beeld van de situaties die zich voor deden tussen niet alleen Nederlanders en Indonesiers maar alle groeperingen aanwezig? Geeft het uberhaupt zijn karakters (en de representatie van de Indonesiers) een diepzinnig portret met een menselijk gezicht waardoor wij als kijkers een traumatisch stukje historie iets beter kumnen begrijpen? In mijn optiek is de film wat dat betreft eenzijdig, maar het is nodig om de discussie te starten en aan te tonen dat “geschiedenis” steeds meer buiten de contreien van nationale grenzen gaat liggen en we langzamerhand meer bewust moeten worden van – de menselijke gezamenlijke geschiedenis (ipv. nationale geschiedenissen) .
Daarnaast is Indonesie inderdaad niet 1 geheel en bestaat het uit zovele eilanden en stammen die door de eeuwen heen andere volkeren hebben onderdrukt. Dat nationalistische besef wordt vandaag de dag niet unaniem gedeeld met de eilanden en provinces die gedwongen tot Indonesie behoren. Indonesie zet nog steeds militaire kracht in tegen het Papuaanse volk en het RMS (die enkel en alleen demonstreren of vlaggen ophangen). Je hebt het over zogenaamde “vrijwilligers” of KNIL soldaten maar deze bestaan niet uit een gezamelijke Molukse groep. Deze zijn ook niet over een kam te scheren. Op sommige eilanden bestaat nog steeds het kastesysteem door Indonesiers met geweld geimplementeerd. Natives die eeuwen geleden zijn gedegradeerd naar tweederangsburger. Voor welke redenen de KNIL zich hebben “aangesloten” zal voor een ieder weer een ander en persoonlijk verhaal zijn. De Molukken, ondanks niet erkend, bestaat uit een samenstelling aan diverse groeperingen, eilanden, volkeren met hun eigen geschiedenis met elkaar, Indonesie en Nederland.
Inclusiviteit en met name de diversiteit mag wat dat betreft in beide “Vaderlandse geschiedschrijvingen”
aangetoond worden.
Door lezing van het boek “Revolusi ” ging er een wereld voor mij (72 jr.) open
Aanrader door veel oral history
Inderdaad de podcast op spotify is ook zeer de moeite waard.
Beste mevrouw Sukmana,
Inderdaad, u zegt het goed…het is “uw waarheid”. Ik kan mij onmogelijk onttrekken aan het gevoel dat (ook) de Indonesische geschiedschrijving gekleurd is, gelijk met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid ook de collectieve oorlogsherinnering dat zal zijn. De (objectieve) waarheid zal ergens in het midden liggen. Het zal een goede zaak zijn als Indonesische en Nederlandse geschiedkundigen (van allerlei pluimage en uit diverse kampen) gezamelijk onderzoek zullen doen naar deze tijd. Objectief, vanuit diverse invalshoeken en zonder bemoeienis van “belanghebbenden”. Het was geen fraaie tijd,er zijn zeker wandaden begaan. Het is tijd om voor eens en altijd boven water te krijgen door wie, jegens wie en in welke mate.
Met vriendelijke groet
Beste Wim,
De Indonesische geschiedschrijving is zeker gekleurd. Net als in Nederland (en elders in de wereld) zijn er veel zaken die worden verdraaid, verborgen of juist overdreven vergroot. Ik ben het met u eens dat, ook al wordt het pijnlijk voor alle partijen, de tijd rijp is voor een inclusieve geschiedschrijving.
Met hartelijke groet,
Feba Sukmana
Mijn vader is er van bijna begin tot het eind geweest ,heeft er het nodige meegemaakt .
Het merendeel van de mensen had meer te lijden van zogenaamde bevrijders dan van de soldaten die er heen gestuurd waren.
Maar dat er geen rekening is gehouden in alles wat er over geschreven is dat het allemaal jongelui waren die in hun pubertijd alleen in meer of mindere mate vreselijke dingen ervaren hadden.
Dit was geen reden om eigen bevolking te terroriseren ,dit is wat Westerling bestreed met toestemming van de Nederlandse regering en de militaire bevelhebbers.
Westerling bestreed terrorisme met het zelfde geweld als de terroristen
Lees ook het boek: Westerling de eenling dan word een hoop duidelijker.
Ik heb onlangs deze film gezien. Technisch is er niets op aan te merken. De film is mooi gemaakt.
Inhoudelijk is er veel meer aan de hand. Fictie en werkelijkheid strijden om de bovenhand. Wie zich echt heeft verdiept in deze geschiedenis en daadwerkelijk moeite heeft gedaan uit te zoeken wat er precies is gebeurd, beziet deze film als een poging de geschiedenis te herijken naar de moderne opvattingen tussen goed en fout. Bovendien wordt er een loopje genomen met mensen en gebeurtenissen. Alles onder de noemer van artistieke vrijheid.
Feit blijft dat de personage van Kapitein Westerling een militair was die toen in hoog aanzien stond bij de militaire en politieke leiding. In Indië en Nederland. De verrichtingen van zijn anti-terreur eenheid, de DST (voorlopers van het Korps Commando Troepen), waren volledig in lijn met de militaire en politieke instructies: hard optreden en vuur met vuur bestrijden. Inclusief het z.g. standrecht.
De kapitein kreeg een hele duidelijke opdracht en werd daarvoor door zijn superieuren volledig gesteund. Voor zijn inspanningen heeft Westerling ook Bijzondere tevredenheidsbetuigingen toegekend gekregen waarin in zeer lovende bewoordingen wordt gesproken over zijn persoon en verrichtingen. Ook is hij voorgedragen voor hoge onderscheidingen bij Prins Berhard en opperbevelhebber Generaal Spoor.
De politici die in eerste instantie deze acties aanstuurden, doken later weg voor hun verantwoordelijkheid. Dat kan men laf noemen. De persoon Westerling was een eerzame en loyale officier die de zwaarst denkbare militaire opleiding had genoten in 1943/1944 (commando opleiding in Engeland) en voorafgaande aan de gebeurtenissen in 1946 meerdere malen zeer gevaarlijke missies had uitgevoerd.
Het was de film ten goede gekomen als er voor meer balans en bespiegeling was gekozen in plaats van sensatie en spektakel. Dat is jammer, want deze film had een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan een stuk Nederlandse en Indonesische geschiedenis waar vooral jongere generaties veel aan zouden hebben gehad. Met deze film is die kans vervlogen.
Beste mevrouw Sukmana,
als geschiedenisdocent op een middelbare school in Nederland probeer ik mijn leerlingen altijd multiperspectiviteit mee te geven. Zo ook mbt de periode 1945/1949. Wat de beweegredenen waren van partijen die geleid hebben tot de wandaden die er gepleegd zijn door alle partijen. Net als u heb ik mij verbaasd over de ophef mbt de film De Oost. Niet omdat deze eenzijdig zou zijn of bepaalde groepen in een kwaad daglicht zou zetten. Nee, meer omdat ik had gedacht of gehoopt dat na de verstreken tijd er ruimte zou zijn om de eigen geschiedenis eens eerlijk te bekijken. Gewoon voor wat hij is, zonder zaken mooier te maken dan ze waren en vrede te sluiten met de eigen droevige pagina’s en trauma’s. De gehele ophef onderstreept uw argument dat er slechts 1 medicijn is en dat is dialoog. Een met elkaar maar ook vooral met de eigen geschiedenis. Ieder land en ieder volk heeft misdaden begaan tegen een ander. Schijnbaar is men in Nederland nog steeds niet zo ver. Voor Indonesie durf ik uiteraard niet te spreken, maar uw beschrijving van uw beeld na aanleiding van wat u is geleerd lijkt mij niet meer dan logisch. Wellicht heeft men in Nederland een film als deze nodig om de discussie omtrent deze periode een duw te geven. Hopelijk gebeurt er ook iets dergelijks in Indonesie en kan men vervolgens meer in dialoog met elkaar. Binnen Nederland tussen de Nederlandse bevolking en de Molukse bevolking, en met de Indonesische bevolking. Knap ook hoe u zelf de multiperspectiviteit heeft ervaren en toepast op een complexe periode als deze.
Van alle ophef rond de film werd ik een beetje droevig. De haat en onbegrip voor elkaars standpunt. Door uw artikel krijg ik toch weer hoop dat we als partijen nader tot elkaar komen.
Beste heer/mevrouw,
Hartelijk dank voor uw bericht. Wat boffen uw leerlingen met u als geschiedenisdocent. Door uw reactie krijg ik weer hoop dat we niet alleen maar langs elkaar heen praten, maar echt naar elkaar kunnen/willen luisteren.
Met hartelijke groet,
Feba Sukmana
Als de linkse kliek wat maken, klopt het nooit !!
Mijn vader wist het nog allemaal precies. Daarom moest hij als bejaarde in therapie, toen hij eenmaal alleen was. Als bewaker van een gevangenis moest hij meemaken hoe gevangenen werden ondervraagd, daarna in een vrachtauto geladen werden en vervolgens spoorloos verdwenen. Nacht und Nebel zeg maar. Daar heeft hij zijn hele leven problemen mee gehad. Dat was zijn waarheid. Ik ben blij dat hij dit allemaal niet meer hoeft mee te maken.
Links heeft toch altijd gelijk ?
Mijn vader is ook als soldaat in Indie (Java)geweest van 1946 tot de overdracht 1950?
Uit de door hem bewaarde literatuur en foto’s dagboeken ,waren een aanzienlijk deelvan de lokale bevolking en Kampongs vreselijk bang voor de rampokkers die alles roofden wat er geteeld werd .
Vaak werden de Nederlandse soldaten ingehaald als bevrijders van de Nippon onderdrukkers.
Daarbij word er door de vele geschiedschrijvers vergeten dat de lokale bevrijders jongelui waren die net als de Nederlandse soldaten een wrede oorlog hadden meegemaakt wat ook meeging in de beleving.
Ook wil ik erop wijzen dat de manier van kapt.Westerling lof oogsten bij de lokale bevolking en deze manier met toestemmingen van de regering en bevelhebber toerplaatsen.
Lees het boek Westerling de eenling voor begrip van de situatie toerplaatsen in die periode.
Indonesie was en is 1grote puinhoop. De kavanen zijn de baas en zijn gewoon de nieuwe kolonisator. Nieuw-Guinea is wel het beste voorbeeld.
De VS, panisch voor communisten, gaven Indonesie toestemming om Nieuw-Guinea in te lijven als ze maar communisten koud maakten.
Soekarno en Soeharto waren net zo erg al Coen en Westerling. De wereld moet Nieuw Guinea geven wat het verdient, een eigen land
Reageren niet meer mogelijk.