
De beurzen zijn ingestort, talloze landen gingen op slot en grote delen van de economie staan stil. Deze week sprak Mark Rutte als premier live het land toe, iets wat sinds de oliecrisis van 1973 niet meer gebeurd is. Hoe kijkt u als econoom naar wat er gebeurt?
“In mijn leven – ik ben geboren in 1970 – is er niks gebeurd wat hierop lijkt. Dit kan het begin van een systeemschok zijn. We leven in een extreem geglobaliseerde wereld. Dat heeft heel veel positieve kanten, met name veel beschikbare producten tegen lage prijzen. Maar het betekent ook dat een crisis als deze gelijk een globale crisis is, niet alleen omdat mensen meer reizen en elkaar dus sneller besmetten. Economisch is het interessant dat je hier de keerzijde ziet van de lange, extreem verweven waardeketens die de afgelopen decennia zijn ontstaan. Door de lage loon- en transportkosten is het sinds de jaren tachtig steeds goedkoper geworden om producten, of onderdelen daarvan, in bijvoorbeeld China of de Filipijnen te laten produceren, om die vervolgens weer vanuit een ander land te assembleren en verhandelen. Westerse landen zijn zich op hun beurt gaan specialiseren in diensten en research & development.”
Wat betekent het voor de Nederlandse economie dat met de huidige maatregelen een deel van het openbare leven in elk geval tot 6 april is platgelegd?
“Het sluiten van horeca, scholen en kinderopvang leidt direct en indirect tot een grote terugval van de productie en consumptie. Het is een enorme klap voor het toerisme en de culturele sector, die zich nu thuis zitten af te vragen wat ze de komende maanden moeten gaan doen. Nederland is een echt dienstenland. En een deel van die diensten kun je misschien vanuit huis doen, maar als je een of meerdere kinderen op schoot hebt, wordt ook dat een stuk lastiger. Bovendien draait een groot deel van de diensten bij de gratie van een andere sector, zoals de industrie. Minder verkochte of geproduceerde auto’s betekent minder autoverzekeringen. En minder chemische industrie in de Rotterdamse haven, betekent minder financiële dienstverlening in het centrum van de stad.”
De OESO stelde de groeiverwachting van de globale economie fors naar beneden bij. De Amerikaanse zakenbank Goldman Sachs schat dat de Chinese economie in het eerste kwartaal van dit jaar met 9 procent is gekrompen. Inmiddels wordt al over een ‘onontkoombare recessie’ gesproken. Is dat terecht?
“Een recessie is een periode van twee of meerdere opeenvolgende kwartalen met negatieve groei. Daar schiet je zo in, helemaal omdat we het hier niet alleen over Nederland hebben. Het verschil met bijvoorbeeld de crisis van 2008, waarin structurele problemen op de huizenmarkt een grote rol speelden, is dat het hier gaat om een virus. Als je dat virus onder controle krijgt, kan de economie zich in theorie ook weer vrij snel herstellen. Maar dan is natuurlijk wel het nodige geld verdampt.”
Wat zijn uw gedachten over de weerbaarheid van dit systeem?
“Ik krijg de afgelopen dagen het idee niet uit mijn hoofd dat we alles wel heel erg op scherp hebben gezet. Zo’n complexe internationale productieketen werkt als alles goed gaat, maar er hoeft maar een ding fout te gaan, of de boel stort als een kaartenhuis in elkaar. Van die kwetsbaarheid ben ik geschrokken.”

Maakt het voor het economische herstel uit dat Nederland, zoals u zegt, een dienstenland is?
“Dat is een hypothese die het onderzoeken waard is. En ik ben geneigd om ja te zeggen. We zijn flexibel en – specifiek bij deze crisis interessant – je kunt je werk in veel gevallen vanuit huis doen. Maar in persoonlijke dienstverlening (zorg, onderwijs, detailhandel, veiligheid), waar toch de helft van de bevolking in werkt, is veel contact met mensen onontbeerlijk. In een diensteneconomie kun je diep vallen, maar ook weer snel opstarten. Bovendien zijn de vaste kosten laag in vergelijking met een economie waarin nog veel wordt geproduceerd, zoals Duitsland.
“Het is een vreselijke tijd en ik hoop natuurlijk dat zoveel mogelijk mensen dit overleven. Maar vanuit economisch perspectief is het interessant om te zien wat de impact is op landen, regio’s, steden en sectoren.”
Wat verwacht u in Rotterdam?
“Begin maart, net voor het coronavirus in alle hevigheid in Nederland toesloeg, publiceerde Rotterdam de jaarlijkse economische verkenning, waaraan ik samen met een aantal collega’s heb bijgedragen. Uit die analyse blijkt dat de stad de afgelopen jaren fors groeit op het gebied van zakelijke dienstverlening. Dat levert veel op. Er is bovendien iets ongrijpbaars dat deze stad extra aantrekkelijk maakt. Rotterdam doet het de afgelopen jaren beter dan je zou mogen verwachten op basis van de aanwezige sectoren. Extra knap, omdat de energietransitie betekent dat de stad langzaam afscheid moet nemen van een deel van de bedrijvigheid die hier traditioneel gevestigd is. Er zit iets in de stad – de cultuur, de atmosfeer, de horeca – dat nieuwe mensen en bedrijven aantrekt. Ik ben zelf bezig aan een onderzoek naar de impact van de culturele sector. Iedereen denkt: het is de bioscoop, de schouwburg en het International Film Festival Rotterdam en dan heb je het wel gehad. Maar een gezonde culturele sector resulteert in banen in de hele regio. Dit is nu en in de toekomst een sector die waarde heeft voor de stad.”

In opdracht van het Verenigd Koninkrijk verrichtte u vorig jaar een onderzoek naar de economische gevolgen van een harde Brexit. Met de conclusie dat het vooral de lage inkomens waren die de klappen zouden moeten opvangen. Hoe zit dat met de impact van het coronavirus?
“Bij dat onderzoek vonden we ironisch genoeg dat de regio’s die vóór Brexit stemden – vaak minder welvarende gebieden waar industrie ooit erg belangrijk was – zelf het hardst getroffen zouden worden. Deels zullen het weer dezelfde kwetsbare groepen zijn die economisch de dupe worden van het coronavirus. Het grote verschil is dat de meeste mensen in loondienst nu doorbetaald worden. We moeten zien hoeveel reserves mensen hebben.”
De Libanees-Amerikaanse statisticus Nassim Nicholas Taleb noemt gebeurtenissen als deze – met een enorme impact, maar onmogelijk te voorspellen – ‘zwarte zwanen’. Hoe moeten we ons systeem daarop inrichten?
“Ik denk dat we er rekening mee moeten houden dat dit soort gebeurtenissen vaker gaan plaatsvinden. Waarschijnlijk is iedereen straks heel blij dat dit achter de rug is en wil men graag zo snel mogelijk weer aan de slag. Maar als er over drie jaar weer een zwarte zwaan voorbijfietst, kunnen we er beter klaar voor zijn. Misschien moeten we accepteren dat 3 of 4 procent groei niet langer de norm kan zijn. Dat een beetje groei, of zelfs helemaal niet, realistischer is. Bedrijven willen al langer van die kwetsbare, lange productieketens af, signaleerde mijn collega, haveneconoom Bart Kuipers, onlangs. Het coronavirus versnelt dat proces.
“Een systeem waarin we dingen dichter bij huis maken, is robuuster. Het zou mooi zijn om te streven naar een economie waarin betrouwbaarheid voorop staat, niet snelheid of efficiëntie. Ik heb veel onderzoek gedaan naar logistiek. Het is geweldig als je tien keer per uur met de Intercity Direct naar Schiphol kunt, maar je hebt er weinig aan als hij de helft vertraagd of geannuleerd is. Dan is twee keer per uur op tijd en zeker, beter.
Overigens heeft betrouwbaarheid een prijs. Een auto die volledig gefabriceerd is in Duitsland of Frankrijk is veel duurder dan een auto die bestaat uit onderdelen die overal vandaan komen. En het is maar de vraag of alles zelf maken lukt, als je het al zou willen. De VS probeert dat nu uit te stralen. Maar de waarheid is dat daar in de meeste grote producten voor 60 procent aan onderdelen uit het buitenland zit. Nederland heeft simpelweg de ruimte niet. En de vaardigheden hebben we allemaal weggedaan. Dat is wel zorgelijk.”
Uw Amsterdamse collega Ewald Engelen riep afgelopen week op om KLM, dat in zwaar weer verkeert, failliet te laten gaan. In hoeverre kan deze crisis gebruikt worden om de energietransitie te bespoedigen?
“Het is een saai antwoord, maar je moet zowel vernieuwende partijen als gevestigde bedrijven steunen, ook als ze fossiel gedreven zijn. Er werken veel mensen bij een bedrijf als KLM en je hebt een degelijke vliegtuigmaatschappij nodig als economie. Maar dit kabinet heeft wel de neiging om vooral de gevestigde orde te steunen. En we moeten niet vergeten wat we aan innovatie en transformatie in de toekomst nodig hebben. Maar je moet geen oude schoenen weggooien als je nog geen nieuwe hebt.”
De beroepen die nu als cruciaal bestempeld zijn, zijn niet bepaald de beroepen die er de afgelopen jaren het beste vanaf gekomen zijn. Zou u, als dit allemaal voorbij is, pleiten voor een betere CAO of hogere lonen voor schoonmakers, docenten, supermarktmedewerkers en zorgpersoneel?
“Er is een nieuwe stroming, de foundational economy, waarin wordt gepleit voor herwaardering van dit soort beroepen. Het is wrang dat veel mensen nu pas merken hoe belangrijk ze zijn. Daar mag best in geïnvesteerd worden. Ook omdat ze andere sectoren, die op het oog meer waarde toevoegen, ondersteunen. Iedereen heeft het de afgelopen jaren over de IT, over de creatieve industrie. Maar je moet de basis op orde hebben om goed door te kunnen bouwen.”
Frank van Oort is hoogleraar Stedelijke en Regionale Economie aan de Erasmus School of Economics.
Zelf ben ik timmerman en samen met mijn vrouw 50+ en zij werkt in de zorg en vreest voor het risico om besmet te worden.
Ik heb het idee dat wij 50+ een jaar niet moet werken en zoveel mogelijk thuis moet blijven en recht hebben op een voorschot op hun AOW uitkering, wel het jaartje weer inhalen.
wandelen, fietsen,bootje varen of picknick in bos of strand is toegestaan, mits 1.5 meter.
50+ kunnen eventueel thuis werken, tenzij zij contactloos kunnen werken bv, in de bouw (alleen), magazijn of machinist enz.
er moeten banen vrij komen voor 50+ bv. een conducteur word machinist. een buitendienst verkoper word binnendienst verkoper maar dan vanuit huis.
de economie moet onmiddellijk weer aangezet worden door -50, deze kunnen zoveel mogelijk op 1.5 meter doorgaan, de horeca uitgezonderd van de 1.5 meter maar met max aantal bezoekers per gelegenheid en alleen voor -50.
zorgmedewerkers hebben recht op min. 10% loonsverhoging,en als ze werken met corona patiënten krijgen ze een extra maand jaarsuitekring.
Schiphol blijft zeker nog een jaar dicht behalve goederenvervoer.
bonussen en extra jaarsuitekringen zijn voor een jaar uitgesloten in elke branche,behalve de zorg.
festivals en grote evenementen zijn nog zeker een jaar verboden.
-50 beperkt zoveel mogelijk contact met 50+.
50+ mogen 50+ bezoeken mits 1.5 meter.
uiteraard wie ziek is blijft thuis!
Reageren niet meer mogelijk.