GroenLinks nam eerder al afstand van het leenstelsel. Hoewel nu een ruime meerderheid in de Tweede Kamer voor de terugkeer van de basisbeurs is, zal het nog wel even duren voordat er iets verandert. Regeringspartijen VVD en D66 zijn namelijk nog tegen deze plannen. Pas bij een volgend kabinet, in 2021, zal duidelijk worden wat er voor de studenten gaat veranderen.
Aanpassingen
Asscher hoopt toch ook aanpassingen te kunnen maken aan het huidige stelsel. Hij wil de aanvullende beurs uitbreiden, zodat een grotere groep daarvoor in aanmerking komt. “Ik denk aan ouders die tot drie keer modaal verdienen, tot en met een ton. Dat is een nieuwe basisbeurs”, zegt hij tegen het AD. De leenstelsel-generatie moet volgens Asscher worden gecompenseerd.
Het Interstedelijk Studenten Overleg en de Landelijke Studentenvakbond zijn blij met het nieuws. “De steun voor dit systeem brokkelde al jaren af – het is een verademing dat we langzaam wegnavigeren van het waanbeeld dat studeren een investering is waar mensen zelf voor moeten opdraaien, alsof de hele maatschappij daar niet bij gebaat is”, aldus LSVb-voorzitter Alex Tess Rutten.
Kind van de tandarts
In 2006 was het PvdA-partijleider Wouter Bos die zich hard maakte voor het afschaffen van de basisbeurs en het invoeren van een ‘sociaal leenstelsel’. Al veel langer vonden de sociaaldemocraten dat “de slager niet zou moeten betalen voor de studie van de kinderen van de tandarts”. Een typisch voorbeeld van “perverse solidariteit, waardoor er in Nederland te veel geld van arm naar rijk stroomt in plaats van andersom”, noemde Bos het destijds.
Pas in 2012 tekende zich een politieke meerderheid af voor het leenstelsel. Samen met coalitiepartij VVD bewoog PvdA-minister Bussemaker hemel en aarde om het ingevoerd te krijgen. Pas na een akkoord met D66 en GroenLinks kreeg ze haar wetsvoorstel erdoor en werd de basisbeurs in september 2015 afgeschaft.
Misrekening
Een van de eerste prominente PvdA’ers die het leenstelsel openlijk bekritiseerden was partijvoorzitter Hans Spekman, die aftrad na de enorme nederlaag van de PvdA bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer in 2017. Hij noemde de invoering ervan, die hij zelf gesteund had, achteraf een misrekening. De PvdA had niet goed ingeschat dat veel mensen in de middenklasse zich zorgen maakten over hun toekomst en financiën. Niet alleen over hun pensioen en de oplopende zorgkosten, maar ook over de studiefinanciering van hun kinderen. De PvdA heeft daar volgens hem “een blinde vlek” voor gehad.
Het lijkt me een goed plan om de studiebeurs weer in te voeren. Hier hebben ze veel meer aan dan aan kwaliteitsverbeteringen in het onderwijs (HOKA). Hiervoor moeten namelijk managers worden aangesteld, er moeten rapporten worden geschreven en die moeten vervolgens door allerlei gremia worden gecontroleerd. Kortom, veel bureaucratie en bullshitbanen. Terwijl het onderwijs zit te springen om personeel in het primaire proces.
Reageren niet meer mogelijk.