Op een lange tafel voor het Mandeville staan bekertjes smoothies met fruitgarnering. Een openingslint in de vorm van takjes versiert de deur van de nieuwe Hub. Nadat het publiek zich rond de ingang heeft verzameld, krijgt de Rotterdamse wethouder Duurzaamheid en Energietransitie Arno Bonte de eer om het ‘takkenlint’ door te knippen. De ruim vijftig aanwezigen applaudiseren en het nieuwe duurzaamheidscentrum is officieel een feit.

Deze nieuwe Hub wordt het thuis voor onder andere het Erasmus Food Lab en de initiatieven van Erasmus Involved, zoals Post Plastic Generation, Edible EUR en EURWardrobe. “Maar iedereen is welkom”, benadrukt Louise van Koppen, de voorzitter van Erasmus Involved. “Je hoeft niet eens lid te worden van de organisaties. Wat belangrijk is, is dat je je wilt inzetten voor duurzaamheid.” Studenten kunnen zich hier bezighouden met onderzoek, projecten rondom duurzame voeding en bewustwordingscampagnes met duurzaamheidsthema’s.

Midden op de campus

Pinar Coskun, de projectmanager van het Erasmus Food Lab, is waarschijnlijk een van de gelukkigste aanwezigen. Zij was degene die drie jaar geleden op de deur van de toenmalige rector Huib Pols klopte en hem wist te overtuigen dat de universiteit echt niet zonder duurzaamheidsprojecten kan. “En nu staan wij midden op de campus”, zegt zij enthousiast.

Max Dörr van Post Plastic Generation deelt het enthousiasme. “Door de locatie zullen wij zichtbaarder zijn voor iedereen”, zegt hij. “Daardoor hoop ik dat wij veel meer mensen kunnen bereiken en voor positieve verandering kunnen zorgen.”

Met ‘positieve verandering’ doelt Dörr onder andere op een plastic-vrije campus. “Ik zie dat de Food Plaza bijvoorbeeld nog steeds plastic verpakkingen en bestek gebruikt, of dat de Spar koffie in wegwerpbekertjes verkoopt. Ik hoop dat we samen een beter alternatief kunnen vinden in de toekomst.”

Samenwerking met de universiteit

De studenten-initiatieven gaan samenwerken met externe partners, zoals de gemeente, het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties, en dat vindt Van Koppen alleen maar mooi. “Maar het zou nog mooier zijn als wij een structurele samenwerking kunnen opbouwen met de universiteit zelf”, vervolgt ze. “Je ziet hier veel goede duurzame initiatieven op de campus, maar ze komen vooral van studenten.”

Dörr vult aan: “De universiteit roept altijd dat we groen bezig moeten zijn, maar er wordt niet specifiek uitgelegd hoe.”

De twee beseffen echter ook dat ze medeverantwoordelijk zijn om aan verandering bij te dragen. “Vandaar dat wij van plan zijn om twee of drie keer per jaar samen te komen met het bestuur van de universiteit”, vertelt Van Koppen. “Als wij studenten met een concreet plan komen, zou de universiteit naar ons moeten luisteren.”