De motivatiebrief

“Ik kijk nooit naar de brief,” vertelt recruiter en loopbaancoach Freek van Kraaikamp. “Een cv vertelt me zoveel meer.” Ook EUR-alumnus Koen Knoop, recruitment consultant bij Undutchables, kijkt eerst naar het cv. “Bij voorkeur staat daar een korte omschrijving van de kandidaat. Er reageren zoveel mensen op onze vacatures, dat ik geen tijd heb om al die brieven door te lezen.” Het is daarom belangrijk om altijd te bellen met het bedrijf waar je wilt solliciteren. “Het telefoonnummer onderaan de vacature staat er niet voor niets”, weet Knoop. “Bel en vraag wat ze van je nodig hebben. Soms is een motivatiebrief niet nodig. Dit is ook je kans om meer te weten te komen over het bedrijf.” Bovendien kun je vervolgens in je brief aan dit gesprek refereren. “Dat laat zien dat je proactief bent. Daarnaast is het ook jouw kans om te weten of het bedrijf wel bij je past. Het is geen eenrichtingsverkeer. De werkgever moet jou willen, maar jij moet daar ook willen werken.”

Houd je motivatiebrief in ieder geval kort en bondig. “Ik houd altijd de volgorde jij-ik-wij aan”, legt Van Kraaikamp uit. “Vertel eerst waarom jij bij mij aan de slag wilt, daarna wie die ik is en wat die kan en wil, en sluit af met wat wij voor elkaar kunnen betekenen.” Van Kraaikamp adviseert daar heel specifiek in te zijn. “Kies op de bedrijfssite een lopend project uit waarvoor jij warmloopt. Leg uit waarom en wat jouw inbreng zou zijn.”

Een standaard begin van de brief is daarbij geen probleem. “95 procent van de mensen kan niet schrijven”, stelt Van Kraaikamp. “Probeer alsjeblieft niet geforceerd grappig of origineel te zijn. Liever iets saais in de introductie dan zo’n tenenkrommend begin.”

Jansen heeft nog een tip voor de internationale studenten: stuur je motivatie in de taal van de vacaturetekst. “Het komt regelmatig voor dat de vacaturetekst Engels is en we een cv en motivatie in het Spaans of Duits ontvangen. Of dat een kandidaat zijn of haar cv vertaalt naar het Nederlands, maar geen Nederlands spreekt. Als Nederlands spreken geen vereiste is, hoef je dat niet te doen.” Het gebeurt ook andersom. “Werkgevers maken dezelfde fout. Dan zoeken ze bijvoorbeeld een native German speaker, maar plaatsen de vacaturetekst in het Nederlands.” Zijn advies: bekijk de vacaturetekst heel goed. “Een Nederlandstalige vacaturetekst betekent niet altijd dat die taal ook een vereiste is. Laat je daar dus niet door uit het veld slaan.”

Zes tips voor een ideaal cv:

1. Maximaal twee pagina’s

2. Start met een samenvatting over jezelf, wat je kunt en wilt

3. Volgorde: eerst opleidingen, daarna relevante werkervaring, bestuursfuncties, et cetera.

4. Vermeld bij elke functie de titel, afdeling en specialisatie

5. Sluit aan op de vacature: gebruikt het bedrijf woorden als ‘oplossingsgericht’ en ‘communicatief vaardig’, laat deze dan terugkomen en bewijs dat je deze vaardigheden bezit

6. Wees kort en bondig

Het cv

em-stap-1-carriere-Schot
Beeld door: Bas van der Schot

Volgens Knoop moet je ook het cv afstemmen op het bedrijf waar je solliciteert. Dat gaat verder dan alleen de inhoud, want ook de opmaak is van belang. “Ik kreeg ooit eens een cv van een vormgever. Hij gebruikte een standaard template en had totaal geen moeite gedaan voor de opmaak.” vertelt Jansen. “Zo’n cv leg je meteen weg. Als hij zijn eigen uiting niet eens goed kan vormgeven, kan ik er niet op vertrouwen dat hij die creativiteit wel laat zien in zijn werk voor de opdrachtgever.”

“Je moet je onderscheiden van de rest”, vult Van Kraaikamp aan. “Bij startersfuncties verwacht ik echt niet dat je jaren relevante werkervaring hebt. Bedenk daarom wat de werkgever zoekt en licht dat uit. Ik zie cv’s voorbijkomen met een paginalange opsomming van horecabaantjes en dan één regel over de studie, terwijl die masterspecialisatie precies is waar de vacature naar vraagt.”

Vervolgens gaat het bij Van Kraaikamp om de extra’s. “Bijna alle kandidaten hebben de basiskwalificatie, namelijk een diploma. Daarmee alleen red je het dus niet.” Waarmee dan wel? “Na de studie let ik op zaken als bijbanen en bestuursfuncties. Mensen die door het stof zijn gegaan, hebben bij mij een streepje voor. Als jij bijvoorbeeld tijdens je studententijd in de horeca werkte, laat mij dat zien dat je flexibel bent en dat je uithoudingsvermogen hebt.”

Jansen adviseert om in je cv duidelijk naar voren te laten komen waarom je welke keuzes maakte. “Laat ons niet gissen. Laatst zat er een dame tegenover me. Ze immigreerde afgelopen jaar naar Nederland en was op zoek naar een baan. In haar cv zat een gat van een jaar. Natuurlijk snappen wij dat je niet meteen een baan vindt, maar wat voor ons interessant is, is wat je in die tussentijd deed. Heb je een jaar lang op de bank gehangen, heb je gereisd of gewerkt? Nu bleek dat de vrouw in een jaar Nederlands had geleerd en bij verschillende foodtrucks werkte. Dat wekt mijn interesse. Ze laat hiermee zien dat ze de handen uit de mouwen kan steken, dat ze met verschillende mensen kan samenwerken én dat ze doorzettingsvermogen heeft.”

Als laatste de eeuwige vraag: foto’s op je cv, ja of nee? “Dat blijf ik moeilijk vinden”, verzucht ook Van Kraaikamp. “Je weet niet welke link de lezer legt met je foto: misschien lijk je wel op zijn of haar crush, ouder of vijand.” Undutchables verwijdert de foto’s voordat het de cv’s naar de werkgever verstuurt, vertelt Jansen. “Tenzij je fotomodel bent, is het uiterlijk niet relevant. Voor foto’s geldt hetzelfde als voor de tekst: zet het er alleen bij als het toegevoegde waarde heeft.”

Zeven tips voor een ideaal LinkedIn-profiel:

1. Zorg voor een goede profielfoto: gebruik een rustige achtergrond en pas je kleding aan voor de functie die je ambieert (Lopen je toekomstige collega’s in pak? Zorg dan dat je ook een pak draagt).

2. Pas de titel onder je naam aan en wees daarin specifiek (kies bijvoorbeeld voor een zin die omschrijft wat je doet of wat je zoekt, zoals ‘Manager logistieke dienst bij bedrijf X’)

3. Zet in de samenvatting: wie ben ik, wat kan ik, wat wil ik en wat is mijn toegevoegde waarde voor het bedrijf.

4. Vertel bij iedere functie wat je verantwoordelijkheden waren en welke ontwikkelingen je hebt doorgemaakt.

5. Maak je profiel zo levendig mogelijk door te linken naar bedrijfswebsites en foto’s en filmpjes te plaatsen.

6. Vraag om aanbevelingen van bedrijven waar je werkte of stage liep.

7. Wees kort en bondig.

Het gesprek

Mocht dit alles leiden tot het gewenste resultaat, dan hebben de recruiters nog wat tips voor het sollicitatiegesprek. Stel vragen, is het devies van Van Kraaikamp. “Kijk, bedrijven nemen mensen niet aan uit goedheid. Zij willen weten hoe snel jij van 1 euro 2 euro kunt maken. Door vragen te stellen, laat je zien dat je je verdiept hebt in het bedrijf. Vraag bijvoorbeeld hoe een werkdag eruitziet, hoe snel je zelfstandig aan de slag kunt of praat over de lopende projecten. Het gesprek dat daaruit volgt, is voor jou een kans om je te profileren.”

Wees ook voorbereid op vragen over eventuele discrepanties in je cv, zoals gaten. “Daar ga ik natuurlijk naar vragen”, vertelt Knoop. “En als jij met een rood hoofd tegenover me zit en gaat stamelen, dan is dat voor mij een teken dat jij het gesprek niet hebt voorbereid. Loop je cv na, bedenk welke vragen je kunt verwachten en formuleer voor elke vraag een kort antwoord.”

Social media

Een recent onderdeel van het sollicitatieproces vormen social media. En nee, je kunt na het behalen van je diploma en het aanmaken van een LinkedIn-profiel niet achteroverleunen en wachten tot het werk jouw kant op komt, benadrukt Koop. Toon initiatief, werk aan je netwerk en zorg dat je op het netvlies staat van de juiste mensen, drukt hij zijn kandidaten op het hart. “Undutchables organiseert bijvoorbeeld netwerkborrels. Werkzoekenden die ik daar spreek, zitten bij mij vers in het geheugen. Daar denk ik automatisch eerder aan als ik een vacature binnenkrijg.”

Tot slot een geruststelling: ga je geen zorgen maken over die ene foto van jou met een biertje in de hand. “Het komt niet vaak voor dat ik iemand ga googelen”, vertelt Kraaikamp. “Dan moet er wel iets heel raars in je cv staan.” Knoop: “Niemand is perfect, daar zoeken we ook helemaal niet naar. Je checkt weleens profielen, maar het moet wel heel raar lopen, wil ik op basis daarvan iemand afwijzen. Voor een salesfunctie wijs ik een profiel met saaie foto’s van iemand achter zijn bureau eerder af dan van iemand met foto’s van vrienden en een biertje. Dat laatste laat namelijk zien dat diegene sociaal is, een belangrijk aspect van sales.” Ga in ieder geval niet nachtenlang piekeren over je social media, besluit Jansen. “Het gaat er niet om hoe goed je op de foto staat, maar wat je prestaties zijn op de werkvloer. Mocht een enkeling toch moeilijk doen over die ene feestfoto, dan moet je je afvragen of je daar wel echt wil gaan werken.”

Dit verhaal verscheen eerder in Erasmus Magazine jaargang 20, nummer 3.