“Het is een overbodige oplossing voor een niet-bestaand probleem,” zei Quirijn Korthals Altes destijds, als president van het RSC in ’80-’81 tijdens het dertiende lustrum van de RVSV. Een fusie tussen de twee corpora in Rotterdam, daar was de tijdgeest niet naar. Iets wat Pauline van der Meer Mohr, oud-bestuursvoorzitter van het College van Bestuur van de Erasmus Universiteit en toen preses van de RVSV, bevestigt: “Het was ondenkbaar.”
De tijden veranderen. De beide corpora kondigden afgelopen december in een brief aan de leden een fusie aan. Volgens de preses en president die nu aan het roer staan een logische stap. Met inspraak van de leden maken ze de plannen wat concreter. Onder die leden bestond tot nu toe weinig onrust over de fusie. Maar wat vinden de oud-leden ervan dat de vereniging waar ze lid van waren gaat verdwijnen?
“Natuurlijk zullen er tradities verloren gaan,” zegt de voorzitter van de oud-ledenvereniging Hermes, Jaap Tick. Van der Meer Mohr onderschrijft dat, en vult aan: “Maar dat is niet erg, want tradities zijn nooit statisch of eeuwigdurend.” Tick geeft daar een voorbeeld van: in de tijd dat hij president was, verhuisde het RSC – ‘ ja, zo oud ben ik al’ – van de Eendrachtsweg naar het huidige pand. “Met het verhuizen gingen mores verloren, maar daar zijn ook nieuwe voor in de plaats gekomen.”
'Nieuwe oud-ledenvereniging voor de toekomstige zesdejaars'
Een fusie van de oud-ledenverenigingen zit er voorlopig nog niet in. “We hebben er over nagedacht, maar het zou geforceerd voelen om samen te gaan terwijl we niet bij dezelfde vereniging lid zijn geweest. We gaan elkaar wel beter informeren over activiteiten,” zegt Tick. En hoe zit het met de leden die in de toekomst lid-af zijn van het gemengde corps? Stefanie Witte, voorzitter van de Vereniging Oud-Leden RVSV, licht toe: “Het plan is om een nieuwe oud-ledenvereniging op te richten voor de mensen die in de toekomst zesdejaars (lid-af, red.) zullen worden.”
Het overgrote deel van de oud-leden is positief over de fusie. “Het past bij de tijd”, zegt Witte. “Het is een logische stap in een lijn die al een aantal jaren uitstaat.” De verenigingen werken steeds meer met elkaar samen, dat weten de oud-leden ook. En de gemengde activiteiten worden druk bezocht.
De afgelopen jaren was de fusie een belangrijk thema. Vincent Karremans, die zeven jaar geleden nog president was van het RSC: “Het is het eerste agendapunt als een nieuw bestuur geïnstalleerd wordt. Ieder jaar zette een nieuw bestuur een stap richting een hechtere samenwerking. Ook in mijn jaar. Wij maakten in ons bestuursjaar de ongemengde donderdagavond gemengd.”
'Fusie was eerste agendapunt bij nieuwe besturen'
De afgelopen jaren was de fusie een belangrijk thema. Vincent Karremans, die zeven jaar geleden nog president was van het RSC: “Het is het eerste agendapunt als een nieuw bestuur geïnstalleerd wordt. Ieder jaar zette een nieuw bestuur een stap richting een hechtere samenwerking. Ook in mijn jaar. Wij maakten in ons bestuursjaar de ongemengde donderdagavond gemengd.”
Ook in de kennissenkring van de oud-leden is men, op een enkeling na, te spreken over de ontwikkelingen. “Ze vinden het prima dat de vereniging haar eigen koers kiest,” zegt Van der Meer Mohr. Korthals Altes had onlangs een diner met zo’n honderd oud-leden van het RSC. Ook de fusie kwam ter sprake. “Uit die hoek kwam geen enkele wanklank: iedereen staat er van harte achter.”
'Een enkeling is bang dat de ondernemerscultuur verloren zal gaan'

Er zijn zelfs speciale informatieavonden georganiseerd voor de oud-leden. Witte vertelt over de sfeer: “Oud-leden zeiden: ‘Hebben jullie hier aan gedacht?’ of: ‘ Denk daar aan’. Ze geven puur advies. De ervaring onder de oud-leden in het bedrijfsleven kan handig zijn voor de corpora.”
Sporadisch hoort Karremans negatieve geluiden rond de fusie. “Een enkeling is bang dat de cultuur in het algemeen, en de ondernemerscultuur specifiek, bij het RSC verloren zal gaan. Die mensen lijden aan tunnelvisie, ze denken alleen maar in problemen. Een gemengde vereniging is even leuk, kijk naar andere steden waar verenigingen al langer gemengd zijn. Bovendien: de ondernemersgeest zit in elke Rotterdamse student, daar heeft het mannelijke geslacht niet het patent op.”