Ik ben Dulcia. De afgelopen tien jaar van mijn onbelegen leven heb ik, zoals waarschijnlijk vele anderen van mijn generatie, de wereld bekritiseerd vanwege zijn hypocrisie, terwijl ik de nieuwste dieettips en must-haves zonder enige gêne uit de Vogue en Elle overnam. Vraag me om vier uur ’s nachts naar de relatiestatus van China en Tibet (of die van Justin Bieber) en ik zet het zo voor je uiteen. Ik ben passief humanitair en ongelofelijk feministisch, als iemand ernaar vraagt. Echter, wanneer een man mij bekoort, zal hij daar op een eerste date weinig van merken; dan lach ik lief naar hem en knipper ik een keertje extra met mijn lange wimpers!
Op vrijdagavonden ga ik graag met vrienden in een hippe tent op de Witte de With aan de gin-tonic. Paraderend in onze modieuze outfits, die ongetwijfeld door kinderhandjes zijn gemaakt, leggen we schaamteloos tien euro per glas neer. Als grote voorstanders van meer persoonlijk contact, checken we vervolgens om de zoveel tijd onze telefoon, waar al evenveel bloed aan kleeft. We bespreken de ziektes en mogelijkheden van onze generatie, en vertellen elkaar hoe het anders moet. Na enige tijd maakt de gin mij baldadig, dus app ik die jongen waar ik nooit meer mee zou afspreken, om te kijken of hij ervoor in is om samen de nacht af te sluiten.
De volgende dag haast ik mij met een brak hoofd en schuldgevoel naar het koffiezetapparaat en werp mijn grijnzende huisgenoot, die wil weten welke adonis er om zes uur ’s morgens mijn kamer uitvluchtte, een dodelijke blik toe. Terwijl ik de stank van rook en bier ook mijn kamer uit probeer te verdrijven, begin ik de humor weer in te zien van mijn eigen huichelarij. Overal heb ik een mening over, met harde stem verkondigde ik de nacht ervoor nog hoe de wereld in elkaar zit en verbeterd moest worden, maar vandaag ben ik niet eens in staat mijn eigen onderzoeksvoorstel te verbeteren, omdat ik mij liet verleiden door alles wat elk heilig boek verbiedt. En spijt heb ik er niet van.
Meer dan eens vraag ik mij af of mijn inconsequente gedrag iets is waar ik me druk om zou moeten maken, of beter kan omarmen als zijnde menselijk. Ik ben begaan met de wereld om me heen, ik vervloek de ondergang van Tibet, ik denk na over het Syrische vluchtelingenprobleem, en ik heb zo mijn ideeën over het glazen plafond, waartegen al die vrouwen zich blijven stoten. Vanuit mijn ivoren toren, dát wel, want zo lang je een Nederlandse student bent is het verdomd makkelijk om overal tegenaan te trappen. Wil dat zeggen dat ik net zo hypocriet ben als de wereld die ik erom veroordeel? Ja, absoluut! Maar ik ben me ervan bewust, en bewustzijn is de fase die voorafgaat aan verandering. Toch?
Als dochter van twee alternatieve ‘new-wavers’ groeide Dulcia Klerk met haar jongere broertje op tussen de veilige weilanden van de Nederlandse polder. Inmiddels is ze 23 en heeft ze haar kaplaarzen verwisseld voor dr. Martens, om daarmee het Rotterdamse studentenleven te trotseren. Ze is net klaar met een bachelor Algemene Cultuurwetenschappen en stort zich nu met veel enthousiasme op de master History of Society. Wat ze hierna wil gaan doen? Ze heeft geen idee.