Verslag uit Brussel: Déjà vu
Jerimi van Laar is hoofd Juridische Zaken van de EUR en loopt in het kader van zijn master of Public Administration stage bij de European University Association. Twee maanden lang zal hij zich bezighouden met het hogeronderwijsbeleid van Europa. Op deze plek doet hij wekelijks verslag vanuit Brussel.
Als liefhebber van politiek is het smullen om nu in Brussel te zijn. In de eerste plaats is er de Europese Commissie. De Commissie Juncker moet 1 november van start gaan. Komende weken vinden de gesprekken plaats van de kandidaat-commissarissen met “hun” commissie uit het Europees Parlement. Het Parlement is steeds zelfbewuster geworden. Commissarissen moeten zich terdege voorbereiden op dit sollicitatiegesprek, dat online door de hele wereld live gevolgd kan worden. Ik heb zelf een verzoek ingediend om aanwezig te kunnen zijn bij het gesprek met beoogd onderwijscommissaris Tibor Navracsicsi (Hongaars Minister van Buitenlandse Zaken). Nu maar duimen dat er een plekje vrij is op de tribune!
In de tweede plaats is er de vorming van een nieuwe federale regering in België. Het formeren van een kabinet is in Nederland geen sinecure. Hier is dat nog ingewikkelder omdat alle politieke hoofdstromingen twee partijen kennen: een Vlaamse en een Waalse. Als je er dan bij optelt dat de Vlaams-nationalistische NVA van Bart de Wever en bepaalde Franstalige partijen elkaar uitsluiten, dan is het niet eens zo raar dat het minister-presidentschap aan de derde partij qua grootte werd aangeboden, de Vlaamse Christendemocraten. Omdat Commissievoorzitter Juncker aangaf dat hij namens België graag de Christendemocraat Marianne Thyssen naar het andere Brussel zag komen, mocht de liberale familie een premier leveren. Er is echter binnen de Franstalige MR (die het meest in aanmerking zou komen) een personenstrijd uitgebroken, terwijl De Wever heeft aangegeven geen Waalse premier te willen, maar een premier van de Vlaamse liberalen.
Dan de Vlaamse regering. Déjà vu met Nederland nog niet eens zo heel lang geleden. De samenstelling van liberalen, Christendemocraten en NVA heeft sowieso al wat weg van de samenstelling van kabinet Rutte I. De voorgenomen bezuinigingen op de sociale zekerheid, de zorg en het openbaar vervoer maken dat de eerste septemberverklaring (Prinsjesdag in Vlaanderen) van dit kabinet op fel verzet kon rekenen van de linkse oppositie. Net als in Nederland enige jaren terug gaan ook de kunstenaars de straat op. Vorige week dinsdag was ik uitgenodigd voor de opening van het Academisch jaar aan de Vrije Universiteit Brussel. De rector die zich in toga in felle bewoordingen verweerde tegen de bezuinigingen op het hoger onderwijs, de studenten die buiten protesteerden tegen de verhoging van de collegegelden. Het lijkt in Nederland al weer zo lang geleden.
