Verbreding of verdieping?
Groots en meeslepend wil ik leven!
hoort ge dat, vader, moeder, wereld, knekelhuis!
…schreeuwt de jongeling het uit in Marsmans gedicht. Natuurlijk probeert de grijsaard de jongeling te bedaren. Een raadgeving zoals ‘zwicht nooit voor lippen’ lijkt me alvast kansloos. Maar hier wil ik het veeleer hebben over de grijsaards voornaamste raadgeving: ‘ga dan niet ver van huis’.
Binnen enkele weken krijgen de studenten die volgend academisch jaar Bachelor 3 volgen, de kans om de deur uit en de wijdere wetenschappelijke wereld in te stappen door zich in te schrijven voor een minor. De keuze voor een specifiek pakket zal opnieuw ruim zijn, maar de studenten dienen ook een meer principiële keuze te maken, namelijk tussen een verbredende en een zogenaamde ‘verdiepende minor’.
Verbreding, verdieping, … als je alle dure, pedagogische krachttermen letterlijk neemt, word je als student gewoon gevierendeeld. Maar mij lijkt de keuze tussen verbredende en verdiepende minorpakketten helemaal niet zo verscheurend, want de zogenaamde ‘verdiepende minoren’ vormen gewoon een schoolvoorbeeld van een ‘contradictio in terminis’. Minoren zijn, in de woorden van onze rector, ‘bedacht als reactie op tekortkomingen van het Nederlandse onderwijssysteem’ dat te ‘nauw’ is, en daarom bieden ze ‘een unieke kans om je perspectief op de wereld te verbreden’.
Zo’n ‘verdiepende minor’ kan je als student toch ook niet willen? Krijg je dan eindelijk de gelegenheid om je academische horizonten te verbreden en dan zou je ervoor kiezen om gewoon tien weken lang ‘lekker thuis’ te blijven, sterker nog: om thuis in een nog kleiner kamertje te kruipen!
Wat een gemiste kans dat men bij de invoering van de minoren – wat natuurlijk op zich een schitterend idee was en zeker ook in een reële nood heeft voorzien – het compromis heeft moeten sluiten dat faculteiten ook ‘verdiepende minoren’ mogen aanbieden en zo de betrokken studenten en centen – want daar draait het natuurlijk om, wat had u gedacht? – voor zichzelf kunnen houden.
Laten we misschien nog even kijken waarop Marsmans ‘‘De Grijsaard en de Jongeling’’ precies uitloopt. De jongeling lijkt eerder de adviezen te volgen van onze rector, i.e., ‘kies op grond van interesse’ en als je deze unieke kans krijgt ‘dan moet je gewoon je hart volgen’, want na de goedbedoelde doch contraproductieve litanie van de grijsaard…
de jongen kijkt door de geopende ramen
waarlangs de wereld slaat; zonder zich te beraden
stapt hij de deur uit, helder en zonder vrees.
Tim de Mey is docent Theoretische Filosofie en zit namens de Faculteit Wijsbegeerte in de Universiteitsraad