Met een steekproef van 40 studentenhuizen in Kralingen checkte de brandweer de veiligheid van de huizen op 10 november, en vertelde de studenten hoe ze die konden verbeteren.
Jos de Graaf en Lucie Berning van de brandweer gingen door vele studentenhuizen heen, en gaven de bewoners tips voor betere brandveiligheid. Conclusie? Het kan slechter, maar het kan ook veel beter.
‘Antennes’ voor gevaar
“Hallo, mogen wij hier even de brandveiligheid komen controleren?”
De deur van een studentenhuis op de Oostzeedijk gaat open, en we worden binnengelaten. De Graaf doet dit werk al 30 jaar: “Ik heb ondertussen ‘antennes’ voor gevaarlijke situaties ontwikkeld”, zegt hij lachend. We gaan een gezellig huis binnen, met overal posters en briefjes. Maar ook veel rondslingerende spullen. De Graaf: “Het gevaar in dit huis is voornamelijk dat de branddeuren niet dicht kunnen door de spullen die er voor staan. In geval van brand is het belangrijk dat dit wel gebeurt, anders verspreidt het vuur zich razendsnel.”
Roken in bed
Maar wat zijn nou de meest voorkomende oorzaken van brand? De Graaf: “Op nummer een staat nog steeds roken in bed, gevolgd door brand in de keuken.” Hij geeft als tip om een brandmelder die op warmte reageert te installeren in de keuken: “Brandmelders kunnen op warmte of rook reageren. Als iedere keer dat je een eitje bakt je rookmelder afgaat, ben je het al gauw zat. Beter is om dan een brandmelder te nemen die op warmte reageert.”
Vervolgens wordt er naar de meterkast gekeken. De Graaf kijkt kritisch naar de spullen om de meterkast heen, en zegt dat ze beter even op kunnen ruimen: “Als er een stop doorslaat, springt er wel eens een vonkje uit. Als die op deze plastic spullen terecht komen heb je kans dat er zo brand ontstaat.”
Jos de Graaf en Lucie Berning van de brandweer |
![]() |
Lakse huisbazen
Het pand waar De Graaf en Berning controleren is van een particuliere eigenaar, die ook verantwoordelijk is voor de brandveiligheid. Hier gaat het vaak al mis. De Graaf: “Dit is het prototype van hoe het niet moet. Je ziet dat alles wel aanwezig is: branddeuren, blusdekens, een brandtrap, maar het wordt niet voldoende onderhouden. Huisbazen worden al snel laks, en zijn zo deel van het probleem. Het andere deel zijn natuurlijk de studenten, die zelf af en toe ook laks zijn.”
Geen vermanend vingertje
“Brandpreventie moet je op een positieve manier brengen, anders heeft het geen effect”, weet de Graaf. Hij vertelt ook dat hij ook wel eens een afspraak maakt om ’s avonds naar een studentenhuis te komen, om ze verdere uitleg te geven. “Brandpreventie lijkt niet zo belangrijk, totdat het een keer mis gaat. Kijk maar naar de brand in Groningen twee jaar geleden, waarbij een student overleed. Dan komt het opeens een stuk dichterbij.” IS