Geneeskundestudenten laten kinderen hun knuffels genezen tijdens de berendokterdag

De hal van het Sophia Kinderziekenhuis is dinsdagochtend omgetoverd tot een ‘berenziekenhuis’. Midden in de hal staat een grote knutseltafel met een wit gestippeld tafelzeil erop. Op de tafel liggen kleurplaten en potloden. Een bureau wordt bewoond door verschillende knuffels, van olifanten tot tijgers en beertjes, die gezellig bij elkaar zitten. En dan zijn er nog vier ‘kraampjes’, die verschillende plekken moeten voorstellen: de huisarts, de afdeling radiologie, de operatiekamer en de apotheek.

Wanneer om 10.00 uur heel toepasselijk Klaar voor de start van Kinderen voor Kinderen uit de speaker klinkt, staan de studenten klaar om de eerste kinderen te verwelkomen. Op berendokterdag worden kinderen dokter. Ze mogen hun eigen ‘zieke’ knuffels meenemen of er eentje uitkiezen in de hal. Ze lopen dan langs de kraampjes om hun knuffels te genezen.

De 5-jarige Evie-Lee kiest voor een tijger. “Wil je ook een doktersjas aan?”, vraagt een student. Evie-Lee knikt enthousiast. Ze is zelf een patiënt en komt regelmatig naar het Sophia. “En normaal gesproken draagt ze haar eigen witte doktersjas wanneer we hier een afspraak hebben. Ze is er gek op”, vertelt haar moeder. Het meisje huppelt vervolgens van het ene kraampje naar een andere. Bij ‘radiologie’ heeft student Wolf Evie-Lee geholpen met een scan. “Ojee, ik zie dat zijn pootje is gebroken”, zegt hij. “Misschien kun je hem daar in de operatiekamer opereren.”

Het wordt druk in de hal. Op dat moment zijn er vier kinderen bezig hun knuffels te genezen. En dat is precies de bedoeling, zegt organisator Eline van Haren. “Kinderen kunnen een ziekenhuisbezoek eng vinden, daarom willen we met de berendokter een positieve associatie creëren”, vertelt de derdejaars geneeskundestudent. “Je kan deze activiteit ook zien als een manier van verwerking voor de kinderen. Veel kinderen ondergaan een heftige behandeling en nu ‘behandelen’ ze zelf hun knuffels.”

Wanneer de hal volstroomt met kinderen, lopen Eline en medestudent Julianne richting de lift. Eline duwt een ‘mobiele berenkar’, een versierde witte medische trolley vol met knuffels en knutselspullen. Op de kar hangt een knuffelaapje op z’n zij en wordt een ballon in de vorm van een konijn vastgemaakt. “Hiermee lopen we langs de bedden van de kinderen die niet naar ons toe kunnen komen”, zegt ze.

Op de afdeling dagverpleging zit een jongetje van rond de drie jaar. Hij heeft een Mickey Mouse bij zich. “Wat een mooie knuffel”, zegt Julianne. Ze geeft een stethoscoop aan het jongetje. “Wil je de hartslag van Mickey misschien even checken?”

Terwijl Eline en Julianne een rondje doen op de eerste verdieping, helpen eerstejaars Renée en Wolf de kinderen in de hal. Ze draaien een ochtendje mee als vrijwilligers. “Ik vind het belangrijk dat kinderen zich op hun gemak voelen in het ziekenhuis”, zegt Renée. “Het is ook leuk om te zien hoe verschillend kinderen omgaan met de activiteit”, voegt Wolf eraan toe. “Sommigen zijn heel enthousiast en doen alsof ze een echte dokter zijn, terwijl anderen een beetje terughoudend zijn en alleen meekijken.”

Ondertussen hebben meer dan vijftien kinderen hun knuffels genezen in de hal van het Sophia kinderziekenhuis. Ook Reda heeft zijn wasbeer geopereerd. “Hij heeft gebroken benen en armen”, vertelt de 6-jarige. Hij gaat nu naar huis, maar wil nog even langs de berendokter. “Hallo, dokter!”, begroet Renée hem. Het jongetje lacht en geeft Renée een high five. “Nu wil hij ‘een echte dokter’ worden wanneer hij groot is”, zegt zijn vader.