Beide evenementen gingen over onderwerpen waar ik me ongemakkelijk bij voelde, en waarschijnlijk iedereen in de zaal. Dat is natuurlijk precies de bedoeling van een teach-in, om ongemakkelijke, hedendaagse onderwerpen aan te snijden. In het verleden zijn er teach-ins georganiseerd aan Nederlandse universiteiten over de oorlog in Vietnam, de apartheid in Zuid-Afrika en het raciale karakter van het curriculum in het Nederlandse hoger onderwijs.

Het is oké en het wordt ook verwacht dat je je ongemakkelijk voelt als je over afschuwelijke gebeurtenissen praat. Ik zou zelfs zeggen dat het essentieel is om je ongemakkelijk te voelen, zeker vanuit een kritisch-pedagogisch standpunt. Zoals een van mijn collega’s me vertelde, is het omarmen van ongemakkelijkheid de sleutel tot kritische reflectie, tot het in twijfel trekken van onze aannames en tot het in dialoog zijn met de wetenschap en met elkaar.

In de nieuwsmedia van de afgelopen twee weken komen veel ongemakkelijke kwesties voorbij. Het meest in het oog springend was ongetwijfeld het doden of ontvoeren van meer dan duizend Israëlische militairen en burgers door gewapende Palestijnse groepen. Geconfronteerd met deze ongekende inbreuk op de veiligheid heeft Israël een eliminatieaanval uitgevoerd, meer dan 300.000 reservisten opgeroepen en blijft het Palestijnen hardnekkig ontmenselijken door ze ‘beesten’ te noemen. Meer dan 2.300 wetenschappers in Nederland hebben hun bezorgdheid geuit over de manier waarop Israël gereageerd heeft.

Het is ongemakkelijk om te horen hoeveel mensen er zijn gedood, ten minste 1.400 Israëli’s en meer dan 5.000 Palestijnen, zoals Amnesty International heeft gemeld. Volgens de Verenigde Naties worden veel Palestijnen als vermist opgegeven en zitten er naar schatting nog 1.000 mensen vast onder het puin. De Verenigde Naties hebben verder gemeld dat tientallen hulpverleners zijn gedood en dat scholen, schuilplaatsen en ziekenhuizen het doelwit zijn geweest. Maar zoals we ook weten, en dit is misschien wel de meest ongemakkelijke kwestie van allemaal, zijn deze gebeurtenissen niet zomaar gebeurd. Ze hebben een context, waaronder het Israëlische regime van apartheid en kolonisatie.

Alsof dit allemaal nog niet ongemakkelijk genoeg is, hebben VN-experts en honderden wetenschappers met expertise in internationaal recht, holocaust- en genocidestudies staten opgeroepen om het plegen van genocide te voorkomen. Voor deze experts is het duidelijk dat Israël bezig is met het plegen van genocide op de Palestijnen in Gaza, volgens artikel 6 van het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof.

Staten hebben wisselend gereageerd. Westerse staten in het bijzonder hebben niet alleen verzuimd om Israëls aanval op de Palestijnen te veroordelen, ze hebben ook actief hun steun toegezegd, waarbij de voorzitter van de Europese Unie, Von der Leyen, verzekerde dat ze ‘achter Israël zouden staan’, wat leidde tot een felle afkeuring van EU-medewerkers die haar acties ‘ongecontroleerd’ noemden. In schril contrast hiermee riep de Zuid-Afrikaanse  regering op tot een onmiddellijk staakt-het-vuren en opening van een humanitaire corridor. Bovendien riep Zuid-Afrika Israël op om ‘zijn genocidale campagne tegen de Palestijnen te staken’.

Zoals Raz Segal, een professor in Moderne Genocide, het formuleerde, is dit niet alleen een ‘leerboekgeval’, het is een genocide ‘die zich voor onze ogen ontvouwt’. Dat woord zelf, genocide, is bijzonder ongemakkelijk, vooral voor mij als iemand met een Joodse culturele achtergrond. Maar naast de koude troost van het geven van verklaringen op basis van mijn academische kennis, ben ik me er ook scherp van bewust hoe belangrijk het is om onderscheid te maken tussen je ongemakkelijk voelen en je onveilig voelen.

Je veilig voelen versus je ongemakkelijk voelen

Het is zeker niet oké om je onveilig te voelen, zeker niet in een academische omgeving. Daarom hebben we aan het begin van Teach Ins expliciet vastgelegd dat het niet geaccepteerd zou worden als iemand islamofoob, antisemitisch, homofoob, seksistisch, racistisch of op welke manier dan ook ad hominem (met andere woorden, iemand persoonlijk aanvallen in plaats van in te gaan op zijn standpunten) zou spreken. En voor de duidelijkheid: niets van dit alles deed zich voor op beide evenementen.

Beweringen dat iemand zich niet veilig voelt, moeten gebaseerd zijn op argumenten. In mijn ervaring van meer dan twee decennia van het organiseren van evenementen die een Palestijns perspectief probeerden te centreren, kwamen klachten over ‘veiligheid’ bijna uitsluitend van buiten de universitaire gemeenschap. Er worden bijna nooit argumenten gegeven waarom klagers beweren dat ze zich onveilig voelen.

Het wordt vreemd genoeg als een gegeven beschouwd dat universiteiten een uitzondering maken op de academische vrijheid wanneer het onderwerp vanuit een Palestijns perspectief wordt besproken. Nog vreemder is hoeveel universiteiten dit hebben gehandhaafd, terwijl Palestijnse perspectieven bijna geheel afwezig zijn geweest in de massamedia en academische discoursen.

Erasmus Universiteit geeft belangrijke boodschap af

Tijdens de Teach Ins hebben mijn collega’s en ik publiekelijk onze waardering uitgesproken voor de steun die we hebben ontvangen van de leiding van onze universiteit. Dit is niet iets vanzelfsprekends in deze gepolariseerde tijden en echt belangrijk voor het behoud van de broodnodige academische vrijheid.

Het is te hopen dat andere universiteiten het voorbeeld van de Erasmus Universiteit zullen volgen en hun deuren ook zullen openen voor kritische discussies over dit – ongemakkelijke – onderwerp.

JeffHandmakerISS (EM) crop

Lees dit eerdere opiniestuk van Handmaker

‘Transparantie nodig over banden tussen Nederland en Israël’

Nederlandse universiteiten hebben Wob-verzoek van The Rights Forum om documentatie aan te…