Terwijl de universiteit begin februari de klimaatnoodtoestand uitroept en OccupyEUR de aula bezet, prijken om de hoek de logo’s van Shell, BP en Total op een banner in de hal van het Theilgebouw. Het gaat om deelnemende bedrijven aan de Erasmus Recruitment Days, een evenement van verenigingen STAR (voor bedrijfskundestudenten) en EFR (voor economie). Kan dat nog, sponsoring van fossiele industrieën nu de universiteit de klimaatnoodtoestand heeft uitgeroepen? Vier vragen over hoe de twee grootste studieverenigingen op Woudestein omgaan met bedrijven uit de fossiele industrie.
Welk beleid hebben de verenigingen rondom fossiele bedrijven?
Voor zowel STAR als EFR geldt dat er niets zwart-op-wit staat over de deelname of sponsoring van fossiele bedrijven bij evenementen. Volgens Sophie van der Zandt, duurzaamheidsmanager van STAR, is er een lijst van bedrijven waar de vereniging elk jaar contact mee opneemt. “Sommige categorieën bedrijven zijn daarvan uitgesloten, die staan op een blacklist”, vertelt Van der Zandt. Dat gaat dan bijvoorbeeld om bedrijven uit de wapen- of tabaksindustrie. Bij de EFR bestaat zo’n lijst niet.
Maar wat is dan de praktijk?
Wat betreft de wapen- en tabaksindustrie is het simpel. Die doen volgens Van Oostrom nooit mee aan activiteiten waar de EFR bij betrokken is. “Ik denk dat dat onbewust zo gaat. Ik heb nog nooit een student gesproken die graag bij zo’n bedrijf wil werken, dat speelt ook mee. We zullen zelf bedrijven niet uitsluiten, behalve als het wettelijk niet mag of het College van Bestuur erom vraagt.”
Volgens Van der Zandt is de interesse van de STAR-leden altijd het uitgangspunt bij de selectie van bedrijven. Die interesse wordt elk jaar gemeten met behulp van enquêtes. Bedrijven horen wat die voorkeuren zijn als ze bijvoorbeeld een workshop verzorgen op een evenement. “En we merken dat de interesse van onze leden steeds meer verschuift richting duurzaamheid”, zegt Van der Zandt.
Er is bij STAR dus nog wel ruimte voor bedrijven als Shell en Total, zolang die de interesse van hun studenten volgen. “We willen met hen de dialoog aangaan over duurzaamheid en energietransitie, en dat studenten en bedrijven elkaar inspireren.” Volgens de duurzaamheidsmanager snappen de bedrijven dat ook, en gaan alle cases die ze meenemen naar bijvoorbeeld de Recruitment Days over duurzame onderwerpen. “Shell deed de laatste keer bijvoorbeeld een casus over groene energie, hoe we dat beter kunnen aanpakken.”
Hoe kijken de verenigingen aan tegen de eisen van OccupyEUR?
Van der Zandt wil benadrukken dat iedereen het recht heeft om te protesteren en meningen te uiten. “Daar staan wij volledig achter. Maar wij vinden het aan de universiteit om een besluit te nemen over de fossiele industrie, los van wat STAR daarvan vindt.”
Van Oostrom is het daar helemaal mee eens. “Wij vinden onszelf niet de partij die die keuzes moet maken voor studenten. Wij denken echt dat we er zijn om studenten kennis te laten maken met alles wat er is.” Zou de EFR de banden met de fossiele industrie doorsnijden als de universiteit daarom vraagt? Van Oostrom: “Ik denk dat we dan in gesprek gaan, maar ik ga ervan uit dat we er sowieso naar zouden luisteren. Omdat ik erop vertrouw dat het College van Bestuur daarin een weloverwogen keuze maakt.”
Wat doen de verenigingen verder aan de duurzaamheid?
De EFR kondigde in 2022 vol trots aan dat het de eerste CO2-neutrale studievereniging van Nederland is. Daarvoor schakelde de faculteitsvereniging van de ESE over op vegetarische lunches, worden excursies bij voorkeur per trein afgelegd en de ski- en stedentrips die nog wel per vliegtuig gaan, worden gecompenseerd met CO2-certificaten. Ook is er elk jaar een Sustainability Week.
STAR is voortdurend bezig met projecten om de vereniging duurzamer te maken. Zo gebruikt de vereniging voor RSM-studenten zo min mogelijk flyers en worden banners zoveel mogelijk ‘tijdloos’ gemaakt, zodat ze herbruikbaar zijn, en zijn lunches bij de vereniging standaard vegetarisch. Deelnemers aan studiereizen en skitrips worden aangemoedigd om hun voetafdruk te compenseren. Ook worden er fora georganiseerd over duurzaamheid, waarbij studenten en bedrijven met elkaar in debat gaan.
