Van de deelnemers gaf 41 procent aan meer verdovende middelen te gebruiken dan voor de crisis. Bij een op de vijf daalde het gebruik juist en bij ongeveer evenveel bleef het gelijk. Negen deelnemers (2,4 procent) zijn helemaal gestopt. De overige respondenten (17 procent) gebruikten al voor de crisis geen drugs of alcohol.
De voornaamste reden dat studenten meer verdovende middelen nemen, is om zich even anders of beter te voelen (38 procent) of uit verveling (35 procent). “Ik merk dat ik onbewust nog aan school denk als ik wil rusten. Soms even high zijn helpt me om weer tot mezelf te keren en echt te ontspannen”, schrijft een van hen. De studenten die minder vaak gebruiken, doen dat omdat ze minder vaak uitgaan (43 procent) en minder sociale contacten hebben (35 procent). “Ik woon nu weer bij mijn ouders”, geeft iemand als verklaring.
‘Thuis drinken is een indicatie dat iemand later een probleemdrinker wordt’
Het gemiddelde alcoholgebruik daalde van 9,8 glazen voor de crisis naar 9,5 glazen per week tijdens de crisis. Dat is een kleine daling in vergelijking met resultaten uit een vergelijkbare enquête onder Nijmeegse studenten: bij hen halveerde het alcoholgebruik. Tegelijk geeft bijna een kwart van de respondenten aan dat ze juist meer gingen drinken tijdens de lockdown. Bij mannen (de geheelonthouders buiten beschouwing gelaten) is het beeld verdeeld: een derde ging meer drinken, een derde minder en bij een derde bleef de alcoholconsumptie gelijk. Vrouwen matigen vaker: 45 procent dronk minder, 29 procent meer dan voor de crisis.
Vooral mannelijke EUR-studenten hebben de ‘thuistap’ dus goed weten te vinden. Dat baart hoogleraar Klinische Psychologie en verslavingsdeskundige Ingmar Franken zorgen. “Thuis drinken is een indicatie dat iemand later een probleemdrinker wordt. Vroeger dronken mensen in het uitgaansleven om een positief gevoel nog positiever te maken. Nu drinken mensen thuis vooral om negatieve gevoelens te verminderen. Die groep loopt een groter risico om probleemdrinker te worden.”
Thuis blowen populair
Van alle soft- en harddrugs (met uitzondering van alcohol) is cannabis verreweg het populairst onder de respondenten. Bijna 60 procent geeft aan het weleens te gebruiken. Veel deelnemers zeggen dat ze begonnen zijn tijdens de crisis. Opvallend is dat het bij bijna de helft van hen gaat om wekelijks gebruik. Nummer twee XTC (32 procent gebruikt het weleens) en nummer drie paddo’s/truffels (24 procent) veel minder. Daarvan gebruikt slechts een fractie het vaker dan één keer per maand. Lachgas is op zijn retour: in vergelijking met de vorige EM drugsenquête in 2017 is het gebruik bijna gehalveerd. Cocaïne en ritalin worden door minder studenten genuttigd dan lachgas, XTC en paddo’s, maar daarbij gaat het vaker om regelmatig gebruik.
Sommige respondenten omschrijven hoe thuisgebruik juist ook gezellig kan zijn. “Ik ben een hoop dingen gaan uitproberen met mijn huis omdat iedereen toch thuis was en dingen wilde doen.” Verveling leidt ook tot experimenteren. “Voor het eerst cocaïne gedaan, zonder corona had ik dat niet snel gedaan maar nu zit je toch maar thuis”, schrijft een student van het Erasmus MC. Een ESHCC-student: “Nadat ik speed geprobeerd had en zag dat de effecten wel meevielen, stond ik er meer open voor om ketamine, LSD te proberen. Om het experiment, maar ook uit verveling en veel vrije tijd – als er niet veel sociale evenementen zijn om naartoe te gaan, of hobby’s of activiteiten, laat dat meer ruimte voor drugs.”
‘Voor het eerst cocaïne gedaan, zonder corona had ik dat niet snel gedaan maar nu zit je toch maar thuis’
Er zijn grote verschillen tussen faculteiten. Het cliché dat vooral ‘de toekomstige bankensector’ wel van een snuifje houdt, wordt door deze enquête bevestigd. Studenten van de Rotterdam School of Management en de Erasmus School of Economics, maar ook de Erasmus School of History, Culture and Communication zeggen het vaakst dat ze drugs gebruiken. De geneeskundestudenten letten wat meer op hun gezondheid: die faculteit scoort verreweg het laagst qua drugsgebruik.
Longkanker
Het regelmatige thuisgebruik van hasj en wiet ‘blijft een risico’, zegt Franken. “Alcohol is verslavender dan wiet, maar gewoontes leer je moeilijk af. En er is een relatie tussen wiet en longkanker, weliswaar minder sterk dan bij tabak.”
Voor de afname van het gebruik van XTC, lachgas en andere partydrugs lijkt een duidelijke verklaring: het uitgaansleven zit op slot. “XTC is een uitgaansdrug bij uitstek”, zegt Franken. “Dat is ook de associatie, het gevoel van verbondenheid met mensen die het ook gebruiken, het uit je dak gaan.” Ook lachgas komt minder vaak voor: de feestjes met ballonnetjes zijn er niet zo vaak meer, maar er is meer aan de hand. Franken: “Vier jaar geleden leek het nog dat er nauwelijks risico’s aan lachgas verbonden waren. Inmiddels weten we dat veelvuldig gebruik verlammingen kan veroorzaken. Je kunt in een rolstoel belanden.”
Studieprestaties verbeteren
Een andere reden voor het gebruik van drugs is het verbeteren van de studieprestaties. Ongeveer 11 procent van de respondenten gebruikt weleens Ritalin. Bekend is het gebruik van Ritalin – eigenlijk een middel voor ADHD-patiënten – om de concentratie te verbeteren. Hoewel Franken de risico’s wel ‘in perspectief’ wil zien, raadt hij het gebruik van het geneesmiddel af. “Natuurlijk weten we van ADHD-patiënten dat ritalingebruikers niet ‘bij bosjes dood neervallen’, maar Ritalin kan wel hart- en vaatproblemen veroorzaken. Als je daar al aanleg voor hebt, kan dat net het zetje zijn.”
Een ESSB-student schrijft dat hij truffels ‘microdoseert’ om zijn concentratie te verbeteren. Dat is het effect dat truffels hebben, weet Franken. “Mensen die truffels gebruiken willen vooral ‘op vakantie in hun hoofd’. Microdoseren heeft wel effect: het maakt serotonine aan. Dat verbetert je stemming, maar je gaat je niet beter concentreren. Het kan wel zijn dat je door een betere stemming negatieve dingen kunt loslaten en je dáárdoor wat beter kan concentreren.” Maar alle werkzame middelen die je zonder doktersadvies in je lijf stopt zijn onverstandig, zegt Franken.
Bezorgen tijdens de avondklok
De manier waarop studenten aan drugs komen is ook veranderd. Waar je vroeger op feestjes en in clubs vaak via vrienden aan drugs kon komen, moet je het nu zelf regelen. Volgens Franken werpt het een extra drempel op: “Je moet zelf een dealer vinden, en je maakt dus ook bewuster een keuze.” Maar erg hoog is die drempel niet, volgens deze RSM-student: “Het is makkelijk, er is een breed scala en er zijn superveel dealers. Wat me wel opvalt is hoe professioneel dealers tegenwoordig zijn: ze reden ondanks de avondklok 24 uur per dag door, je kan pinnen en de kwaliteit is vaak best goed.”
Wat zal het opheffen van de beperkingen betekenen voor het consumptiegedrag van studenten? Franken ‘heeft geen glazen bol’, maar maakt zich wel zorgen. “De grootste risico’s zitten in het thuisdrinken en compensatiegedrag.” Met compensatiegedrag bedoelt Franken het ‘rebound-effect’: als de clubs weer open gaan, willen veel studenten dat gevoel van voor de crisis weer terug hebben, met bijbehorende drugs. “Alle alcohol en partydrugs die ze hebben moeten missen”. Wat betreft het thuisdrinken vreest Franken dat ontstane patronen kunnen blijven. “Mensen die eerder nooit thuis alleen dronken, blijven dat misschien doen.”
Verantwoording
De enquête liep van 11 tot 20 mei en is via alle kanalen van EM onder de aandacht gebracht. 373 studenten vulden de vragenlijst in, waarvan 54 procent man en 45 procent vrouw. De verdeling van de deelnemers over de faculteiten komt grofweg overeen met de grootte van die faculteiten, met uitzondering van de Erasmus School of Law: slechts 6 procent van de deelnemers is daar student, terwijl ESL 17 procent van de EUR-studenten herbergt. Van de 373 deelnemers vulden 131 studenten de enquête in het Engels in. Hoewel er nergens expliciet gevraagd is of studenten internationals zijn of Nederlands, kan op basis daarvan met enige zekerheid gezegd worden dat internationale studenten (19 procent van de EUR-studenten in 2019) in de enquête oververtegenwoordigd waren. Voor veel van hen waren softdrugs het afgelopen jaar voor het eerst legaal verkrijgbaar.
En dat heeft de laatste maanden tot véél overlast geleid in de woonwijk Kralingen. Tot groot ongenoegen van reguliere bevolking.
Omgangsnormen mogen best nadrukkelijker door de universiteit aan de studenten worden meegegeven, in alle jaargangen.
Klinkt als een overhaaste generalisatie. Daarnaast, heeft u een enquête gehouden om te vragen waar deze mensen die overlast veroorzaakten studeerden? Of zij überhaupt studeerden?
Uiteraard bij overlast zijn het altijd slechts een percentage die het veroorzaken, en gedraagt het merendeel zich wel beschaafd. Dat is met alle overlast.Het luidkeels brallen van studentenverening-liederen lijkt me voldoende aanwijzing overigens en ik als medewerker van de EUR heb denk ik genoeg inzicht in wat wel of wat niet studenten zijn. Insinueren dat het geen EUR studenten maar andere studenten zijn lijkt me onnodig, een ieder is gelijk. Alle begrip dat het voor deze studenten generatie extra lastig is in dit Corona tijdperk met alle maatregelen, maar rekening houden met elkaar in een woonwijk is kwestie van respect. Laten we hopen dat de versoepelingen ervoor zorgen dat deze overlast afneemt / weer verschuift naar plekken waar kleine kinderen er niet wakker van hoeven te liggen.
Reageren niet meer mogelijk.