En dat is wel het percentage dat de universiteit in 2016 beloofde. Overigens was dat percentage al 5 procentpunt lager dan veel andere universiteiten toezegden (zie grafiek).
De voornaamste reden dat de EUR het streefcijfer niet gaat halen, is de Glazen Plafond Index. Die is op de Rotterdamse universiteit het hoogst van heel Nederland. De GPI geeft een indruk van hoe makkelijk het is om als vrouw door te stromen naar een hogere functie. De Erasmus Universiteit heeft relatief veel vrouwen in lagere academische functies (universitaire docenten, hoofddocenten en promovendae) en weinig in de hoogste functies (hoogleraren), en daardoor dus een hoge GPI.
Mijlpaal
Het goede nieuws: Een op de vijf hoogleraren in Nederland is vrouw. Daarmee is de mijlpaal van 20 procent voor het eerst gepasseerd, mede dankzij een flinke overheidsinvestering: alle universiteiten kregen zogenaamde Westerdijkgelden om extra vrouwelijke hoogleraren aan te stellen.
Om precies te zijn was 20,2 procent van de hoogleraren in 2017 vrouw, staat in de nieuwe monitor van het LNVH. Een toename van 1,6 procentpunt ten opzichte van 2016 en de grootste stijging sinds 1998, meldt het LNVH.
Met uitzondering van de Universiteit van Amsterdam is het aandeel vrouwelijk hoogleraren aan alle universiteiten gestegen. De Open Universiteit ligt met meer dan 30 procent aan kop. De Technische Universiteit Eindhoven is hekkensluiter met 12,6 procent vrouwelijke hoogleraren.
'Geen duurzame verandering'
Maar deze ‘kunstmatige’ stijging brengt nog geen duurzame cultuurverandering met zich mee, waarschuwt het netwerk, dat zich bovendien zorgen maakt over het nog altijd dalende aandeel vrouwelijke promovendi.
In 2015 hebben alle universiteiten bepaald hoeveel vrouwelijk hoogleraren ze in 2020 wilden hebben. De universiteiten van Leiden, Maastricht en Nijmegen hebben hun doelstelling eind vorig jaar al bereikt. Vier universiteiten gaan het ondanks hun hoge ambities waarschijnlijk niet halen, denkt het LNHV: de Erasmus Universiteit, de Technische Universiteit Eindhoven, Universiteit Twente en Wageningen Universiteit.