Op de laatste Universiteitsspelen in Zagreb was voetbal slechts bijzaak voor de Rotterdammers. De jongens van RSV Antibarbari, de voetbalclub van EUR-studenten, waren er vooral op uit om zich een week lang onder te dompelen in goedkope Kroatische spiritualiën. De wedstrijden leken slechts een nutteloze onderbreking van hun uitspattingen. Dat ze in de pan werden gehakt scheen ze weinig uit te maken. Trainer Hans Harmans, die een opvallende gelijkenis vertoont met de beruchte ex-voetbalmaniak Vinnie Jones, bezweert dat het er nu heel anders aan toe zal gaan.

Zootje ongeregeld

“Ik was er de vorige keer niet bij, maar blijkbaar konden ze er toen geen bal van”, aldus Harmans voor de eerste wedstrijd. “Dat team was een willekeurig zootje ongeregeld, deze ploeg is anders. We hebben een degelijke organisatie en jongens in het team die echt goed kunnen voetballen.”

Het blijft afwachten wat voor figuur Antibarbari deze zomer zal slaan, maar één ding is zeker: slechter dan in 2016 kan het niet gaan. Ze waren toen het San Marino van het toernooi, met dat doelsaldo van 0-33. Ze wonnen wel de Fair Play Award, een onderscheiding waarvoor elke kleuter zich zou schamen.

“Ik kan je nu al zeggen dat deze jongens geen enkele ambitie hebben om de Fair Play Award te winnen”, laat teammanager André van der Lek voor alle duidelijkheid weten.

Een losbandig leventje

Het Antibarbari-kamp ligt op een heuvel met uitzicht op de rode daken van de oude Portugese stad Coimbra, waar de spelen worden gehouden. Als je door de achterdeur het zonnedek oploopt, heb je een ansichtkaart-achtig uitzicht. Een paar uur voor de openingswedstrijd tegen de Roemenen van de Babes Bolyai University hangt er de geur van zonnebrandcrème, klinkt er harde rapmuziek, hebben de jongens die het moeten gaan doen het zich gemakkelijk gemaakt in hangmatten en spelen ze bordspelletjes terwijl de trainers de lunch klaarmaken.

Antibarbari-in-Coimbra-EU-games-hangmat
De mannen ontspannen voor de openingswedstrijd in een hangmat Beeld door: Job Zomerplaag

Dat de spelers hun vochtbalans met water in plaats van bier op peil houden is een eerste aanwijzing dat dit team de EU Games toch een tikje serieuzer nam dan het vorige, al lijkt doelman Alvaro Fernandez Garcia nog te moeten herstellen van de avond ervoor. “Een kleine siësta en ik voel me weer kiplekker,” verzekert hij zijn teamgenoten met relaxed Spaans accent.

Na de korte siësta sloft het team richting de bushalte, waar ook de Roemeense tegenstanders staan te wachten. De Roemenen ondergaan de busreis stoïcijns, terwijl de Rotterdamse voetballers ze uit de tent proberen te lokken met de Champions League-hymne en de ene na de andere Hollandse kraker. Pas als de Rotterdammers het enige Roemeense lied dat ze kunnen bedenken – Dragostea din tei – opzetten, ontspant ook de tegenstander enigszins.

Eerste fluitsignaal

Eenmaal op het veld kan het verschil tussen de Rotterdammers en hun tegenstanders niet groter zijn. De Roemenen beginnen onmiddellijk aan de warming-up, Antibarbari ploft op het gras alsof het een strand is. Te oordelen naar hun uiterlijk en de namen op de lijst zijn de Roemenen ook allemaal echt Roemenen. Antibarbari daarentegen bestaat uit een Hongaar, een Ier, een Spanjaard, een Australiër, een Duitser en een stel hele en halve Nederlanders. En in tegenstelling tot de meeste andere Nederlandse universiteiten die deelnemen aan de EUG, speelt Antibarbari niet in het oranje om de band met Nederland te benadrukken maar in de clubkleuren groen en wit.

Antibarbari-in-Coimbra-EU-games-zonnebrand
Auke Tas smeert zich voor de wedstrijd nog even goed in Beeld door: Ivar Laanen

Het eerste fluitsignaal. Het moment van de waarheid. Heeft Antibarbari geleerd van de vorige Europese studentenspelen? Kunnen ze het verliezersimago van zich afschudden? Zijn al die capriolen voor de wedstrijd een teken dat er ook nu sprake is van een onvoorbereid team zonder ruggengraat, of is dit een gevalletje ‘wie het laatst lacht, lacht het best’? De Erasmus-voetballers geven al snel en overtuigend antwoord op al deze vragen.

Hulpeloos grabbelend

Joligheid maakt snel plaats voor vastberadenheid. Wessel Verhaar en Joe Thomas heersen als koningen over het middenveld en strooien met meesterlijke passes naar de onvermoeibaar langs de zijlijn spurtende vleugelspelers. Doelman Fernandez Garcia heeft weinig te doen omdat de defensie elke Roemeense aanval moeiteloos weerstaat. Vlak voor rust betalen de inspanningen van Antibarbari zich uit als Timo Van Eekhout een voorzet voorbij de hulpeloos grabbelende Roemeense doelman werkt.

Vanaf de zijlijn schreeuwt de Roemeense trainer de hele wedstrijd instructies. Ze mogen niet baten. Hij en alle andere aanwezigen zien hoe Verhaar, na een prachtige Maradona-dribbel, de bal naar de Hongaar Sebestyén Szári speelt, die na een uur de 2-0 aantekent. De Roemenen scoren in de slotfase nog uit een vrije trap, maar veder komen ze niet. Eindstand: Erasmus Universiteit-Babes Bolyai University 2 – 1.

“Na die eerste goal besefte ik dat we een echt team zijn”, kijkt de Australiër Will Kiers terug op de wedstrijd. “Ik wist niet of we de concurrentie hier aankonden, maar nu besef ik dat we ons met de besten kunnen meten. Ik ben trots op de jongens.”

Hoe het verder ging…

Tijd om deze historische eerste Europese overwinning te vieren is er niet. De Rotterdammers spelen in de groepsfase nog twee wedstrijden: tegen Kuban State University uit Rusland, de winnaar van de European University Championships van vorig jaar, en de Universiteit van Würzburg uit Duitsland. Antibarbari verliest beide wedstrijden op even eervolle als dramatische wijze in de slotfase, waardoor een medaille er niet meer in zit. Football’s coming home? Helaas niet voor Antibarbari.

Antibarbari-in-Coimbra-EU-games
Antibarbari verliest in de laatste minuut van hun Russische tegenstander. Zelfs het uitzicht kan de smart niet verzachten Beeld door: Ivar Laanen

Maar die laatste twee nederlagen betekenen niet dat het allemaal voorbij is: ze zitten nu in een toernooi met de andere teams die de groepsfase niet overleefden. Hoofdprijs: de negende plaats. Na een overwinning op Noorwegen zijn ze op zijn minst verzekerd van een twaalfde plaats. Op achttien teams een, tja, gemiddelde prestatie. En dat, zou je kunnen zeggen, is een hele vooruitgang op de rode lantaarn. Vast staat dat Antibarbari niet langer het San Marino van het Europese studentenvoetbal is. Het heeft nu veel meer weg van… het Nederlands elftal.