Het is al ver na middernacht in de Cabido Bar in de heuvels van Coimbra als de ober nog een blad mojito’s aflevert bij de tafel waar de tennisteams van RSTV aan het kaarten zijn. Zowel het heren- als damesteam moet de dag erna een wedstrijd spelen, maar deze wedstrijden doen er niet meer zoveel toe. Beide teams zijn al een paar dagen geleden uitgeschakeld voor een medaille en spelen nu alleen nog maar voor de eer. Natuurlijk hadden ze graag voor een plekje in de top drie willen strijden, maar in hun eigen tempo genieten van deze pittoreske stad is helemaal geen slechte manier om het verlies te verwerken. Mick Rooth van het herenteam had tijdens de openingsceremonie al voorspeld dat het waarschijnlijk zo zou gaan.
Slijtageslag
“We hadden voor onze eerste wedstrijd de University of Innsbruck geloot, een team dat we twee jaar geleden in de finale hebben verslagen”, vertelde Rooth. “Dus of we winnen deze wedstrijd en winnen het hele toernooi of we verliezen en eindigen in het verliezerstoernooi om de negende plaats.”
De tweede voorspelling kwam uit. Na twee snelle verliespartijen in een ‘best-of-three’ tegen de Oostenrijkers was een podiumplaats uit zicht voor de heren van RSTV (Innsbruck zou later die week het toernooi met overmacht winnen). Terwijl de Oostenrijkers de wedstrijd tegen de Rotterdammers beslisten, gingen de dames van start met hun wedstrijd tegen een duo van de University of Sevilla, een wedstrijd die op een slijtageslag zou uitdraaien. Na meer dan zeven en een half uur stapten Lizette Blankers en Yvette Vlaar als winnaars van de baan.

“Het is een fantastisch gevoel om rond half tien ’s avonds als laatsten nog op de baan te staan en te zien hoe alle toeschouwers op de banken staan en je aanmoedigen alsof het een voetbalwedstrijd is”, kijkt Blankers terug. “De sfeer was super en het was natuurlijk nog mooier dat we de wedstrijd uiteindelijk ook hebben gewonnen.”
Er moest nog wel even gewacht worden met feestvieren want de dag erna stond de volgende ronde alweer op het programma. De vermoeide en uitgeputte Blankers en Vlaar werden daarin eenvoudig verslagen door een duo van de University of Stirling. Deze uitschakeling markeerde de overgang van professionele sporters naar fulltime vakantievierders en vanaf dat moment waren de tennissers van Passing Shot regelmatig ’s avonds in de stad te vinden (om shotjes te scoren).



Intense pijn
Voor het enige roeiteam van Skadi betekende meedoen aan de EUG een paar weken langer hard doortrainen en je aan de voedingsvoorschriften houden, waarbij het zaak was om zo min mogelijk te eten, vooral geen zoute dingen. Het weerstaan van alle Portugese specialiteiten hoort er nu eenmaal bij als je niet meer dan 72,5 kilo mag wegen, het maximale gewicht dat een roeier mag hebben om aan de lichte roeiwedstrijd voor mannen te mogen deelnemen. Met andere woorden, deelname aan de EUG was voor de roeiers niet zo’n vakantie als voor de tennissers.
“Het is een beetje een dubbel gevoel. Aan de ene kant zijn we hier in Portugal en aan de andere kant zien we iedereen om ons heen lekker genieten, terwijl wij met een half broodje in ons hand staan”, vertelde Ruben Loef, de boeg van de boot. “We zijn niet eens naar de openingsceremonie geweest omdat die om 11 uur ’s avonds was en we onze rust moesten pakken.”
De jongens van Skadi zijn op de eerste zaterdag van de spelen in Coimbra aangekomen, maar moesten nog tot woensdag alle verleidingen weerstaan. Op die dag vond de race plaats, een intense zes minuten durende sprint over 2 kilometer. Het resultaat? De Rotterdammers eindigden als 5e op zes seconden achterstand.
“Als je je riemen in het water laat zakken na een gewonnen race voel je de stekende pijn van al het roeien nauwelijks”, aldus Yannick Ter Heerdt na de race. “Maar als je verliest, is de pijn intens.”
Tegen de tijd dat de roeiers hun boten weer hadden ingeladen, ongeveer een uur na de wedstrijd, leek de stekende pijn van het verlies alweer verdwenen. Althans, voor de jongens van Skadi. Terwijl de roeiers van Delft hun vierde plaats nog aan het verwerken waren door stilletjes naar de vloer te staren, hadden de roeiers van Skadi het al weer nonchalant over die lekkere zoute chips die ze aan het eten waren.
”Ik ben blij dat het allemaal achter de rug is”, merkte Ter Heerdt op. “Nu mogen we weer eten … en veel.”

Interactie tussen de Nederlanders
Tot nu toe is de manier waarop de atleten van de verschillende Nederlandse universiteiten met elkaar omgaan een van de meest opmerkelijke en vermakelijke aspecten van de EUG. Terwijl ze in Nederland vaak tegenover elkaar staan, zijn ze hier in Portugal allemaal onderdeel van één grote Nederlandse delegatie.
“Je voelt je echt onderdeel van het grote Nederlandse geheel hier”, merkte Ten Heerdt op. “Je praat met roeiers waar je in Nederland normaal gesproken niet echt grote vrienden mee bent, omdat ze voor een rivaliserende roeivereniging roeien. We zijn wat gaan drinken met jongens van Argo [Wageningen] en kwamen erachter dat het eigenlijk heel aardige gasten zijn.”
Zelfs op het gebied van de interactie tussen de Nederlanders verschilde het tennisteam van de roeiers. Een ludiek voorbeeld hiervan was het moment waarop RSTV-lid Ziyed Badreddine kennis maakte met het tafeltennisteam van de Universiteit Twente.
“Jullie doen aan tafeltennis?” Vroeg Badreddine. “Dat is toch een kroegsport?”
EM zoekt een motto en jij mag ’t bedenken!
Ieder zichzelf respecterende organisatie vindt zichzelf elke paar jaar weer opnieuw uit.…