Sportverenigingen Skadi, Antibarbari en RSRC krijgen er waarschijnlijk minder maanden bestuursbeurs bij dan ze eerst dachten. Directeur Jon de Ruijter van Erasmus Sport zou kiezen voor een andere verdeling dan het College van Bestuur in januari deed. Als het aan de Uraad ligt, komt het besluit over de beurzenverdeling bij Erasmus Sport te liggen.

Het CvB stelde in januari voor om de drie sportverenigingen volgens dezelfde regeling als gezelligheidsverenigingen bestuursbeurzen te geven, omdat ze alle drie een clubhuis hebben. Door dat clubhuis hebben ze veel meer taken en verantwoordelijkheden dan ‘inpandige’ verenigingen van Erasmus Sport, is de beredenering. Vooral roeivereniging Skadi klaagt al een aantal jaren over de lage bestuursbeurs,die tegenover een hoge werkdruk staat.

Vervijfvoudiging

Het aantal bestuursmaanden zou voor de drie verenigingen ongeveer vervijfvoudigd worden. Het voorstel stuitte op veel protest bij andere grote sportverenigingen zónder clubhuis, zoals Erasmus Volley en tennisclub Passing Shot, die qua ledenaantal RSRC overtreffen. Ook de Uraad zelf was verdeeld over deze extreme verhoging, terwijl andere clubs er niets op vooruit gaan.

De universiteitsraad stelt nu voor het totale extra bedrag dat beschikbaar was voor de drie clubs, volledig door te schuiven naar Erasmus Sport. Die mag dan zelf bepalen hoe het geld verdeeld wordt.

Andere verdeling

Directeur Jon de Ruijter van Erasmus Sport is blij met dit voorstel. “Als dit plan doorgaat, dan komen we wel uit op een andere verdeling dan in het voorstel van het CvB. Wij willen zeker ook rekening houden met het feit dat verenigingen een clubhuis hebben, maar ook met de hoeveelheid activiteiten die een club organiseert. Erasmus Volley bijvoorbeeld organiseert vier toernooiweekenden per jaar, met overnachtingen en alles, en dat kost heel veel energie. Passing Shot organiseert ieder jaar een groot toernooi, dan is het echt een enorm festijn hier. Dat zijn ook belangrijke factoren om rekening mee te houden.”

Drie criteria

Volgens de Ruijter zijn er drie criteria bij de bepaling van de hoogte van de bestuursbeurzen: “Eerst kijken we hoeveel EUR-studenten in een bestuur zitten, want hbo-studenten kunnen geen beurs van ons krijgen. Dan kijken we naar het aantal leden. En tot slot spelen ook het bezit van een clubhuis, het aantal activiteiten en of er bijvoorbeeld dat jaar een lustrum gevierd wordt een rol. Dat laatste criterium is echt maatwerk.”

Het voorstel van de Uraad wordt eerst nog verder uitgewerkt. Het College van Bestuur moet daarna nog een besluit nemen. ES