Over het effect van een leenstelsel op de toegankelijkheid van het hoger onderwijs verschillen de meningen. “Twintigduizend studenten minder”, claimt de HBO-raad. Het Centraal Planbureau (CPB) denkt dat het wel meevalt.

Uitval

De HBO-raad, de koepelorganisatie voor hogescholen, liet begin september weten bezorgd te zijn dat het hoger onderwijs minder toegankelijk wordt bij de invoering van een leenstelsel. Als de basisbeurs wordt afgeschaft, zullen volgens de raad twintigduizend studenten in spe afzien van een hbo-opleiding of universitaire studie. Met het verdwijnen van de aanvullende beurs zouden daar nog eens vijftienduizend mensen bij komen. Volgens de HBO-raad zal ongeveer driekwart van deze uitval op het conto van de hogescholen komen te staan.

Dat zou voor het universitair onderwijs een afname van 5.000 tot 8.750 studenten betekenen. De vereniging van universiteiten (VSNU) heeft nog geen verwachtingen over een daling van studenten, laat een woordvoerder weten. Wel pleit de VSNU ervoor om de opbrengst van een leenstelsel te investeren in onderwijs en onderzoek. Zo kan de kwaliteit van het wetenschappelijk onderwijs worden verbeterd en dat is in het belang van de student.

Berekening

Op grond van Amerikaans onderzoek menen de HBO-raad en het CPB dat elke duizend euro extra studieschuld 0,6 procent minder eerstejaars zal opleveren. Dat effect treedt pas op na de eerste duizend euro verhoging.

Centraal Planbureau

Het CPB maakt geen onderscheid tussen studenten die nog bij hun ouders wonen (ruim duizend euro basisbeurs per jaar) en studenten die op kamers wonen (3.200 euro basisbeurs per jaar). “Misschien blijven ze in de toekomst langer bij hun ouders of kiezen ze voor een opleiding dichter bij huis”, speculeert CPB-onderzoeker Roel van Elk, die aan de berekening heeft meegewerkt. “Maar dat heeft geen invloed op de beslissing om wel of niet te gaan studeren.” Volgens het CPB neemt de studieschuld dus niet toe met 13.000 euro, maar slechts met 4.000 euro. Aangezien slechts 3.000 euro daarvan effect heeft, verwacht het CPB een afname van drie keer 0,6 procent van de totale instroom: 2600 studenten voor hogescholen en universiteiten samen. HOP/TF