Bob Ruers, Eerste Kamerlid voor de SP, promoveert vandaag om half twaalf aan de Erasmus Universiteit met zijn proefschrift ‘Macht en tegenmacht in de Nederlandse asbestregulering’. Daarin verwijt hij de overheid nalatigheid bij het asbestreguleringsproces.

Ruers stelt in zijn proefschrift dat de overheid lange tijd niet bereid is geweest beperkingen te stellen aan het gebruik van asbest. Als zij alerter had gereageerd op wetenschappelijk onderzoek, was er in de jaren zestig al een streng asbestbeleid geweest. Een geheel asbestverbod kwam er uiteindelijk pas in 1993, ruim veertig jaar na het vaststellen van het risico op kanker.

Excuses

Daarom wil Ruers dat de overheid haar excuses maakt tegenover de slachtoffers.

“Als je ziet hoeveel leed hen is aangedaan, vind ik dat niet meer dan terecht.” Omdat  er de laatste tijd veel excuses zijn gemaakt door de overheid, bijvoorbeeld voor het bloedbad in 1947 in Indonesië, vindt hij dat dat in dit geval zeker ook moet gebeuren.

Slachtoffers

Volgens het Eerste Kamerlid zouden er achtduizend minder mesothelioomslachtoffers zijn geweest als de overheid eerder had ingegrepen. Een mesothelioom is een tumor aan de longvliezen of het buikvlies. Het aantal slachtoffers met longkanker ligt nog veel hoger. “En we zitten nog niet eens op de helft van het probleem”, zegt Ruers. “Nog altijd worden er mensen blootgesteld aan asbest. Dat is een hele trieste zaak.”

Inventarisatie

Daarom zou Ruers graag zien dat er preventief wordt opgetreden. “Maak een inventarisatie, zoek uit waar asbest zit.” Zolang een asbestplaat heel blijft, is er niets aan de hand, maar door onwetendheid wordt er nog vaak in asbestmuren geboord.

Laboratoria

Toch denkt Ruers niet dat de overheid geleerd heeft van de asbestproblematiek. “Dagelijks wordt er in laboratoria met levensgevaarlijke stoffen gewerkt. De industrie denkt zelf wel te weten wat gevaarlijk is en wat niet. Hoe minder overheidsbemoeienis, hoe beter. De regering laat dat gewoon toe.” Ruers hoopt dat er door zijn proefschrift eindelijk een lichtje opgaat bij de overheid. CH