Universiteiten gaan hun onderwijs verbeteren. Dat zei VSNU-voorzitter Sijbolt Noorda 30 juni, een dag voordat staatssecretaris Zijlstra zijn strategische agenda presenteerde.
Het onderwijs zal strenger worden, schrijft voorzitter Sijbolt Noorda van universiteitenvereniging VSNU in een brief aan Halbe Zijlstra. Deelname aan colleges en tentamens “krijgt een meer verplicht karakter”. De universiteiten willen vaker aan de poort selecteren en meer studenten laten meedoen aan honoursprogramma’s. Ze hopen dat daarmee het studiesucces wordt vergroot.
Bachelordiploma
De Erasmus Universiteit zette, onder aanvoering van rector magnificus Henk Schmidt, al een eerste stap met de ‘nominaal is normaal’-plannen. Nu haalt ongeveer de helft van de studenten binnen vier jaar het bachelordiploma, schrijft de VSNU, zonder te vermelden dat dit alleen geldt voor studenten die het eerste studiejaar al overleefd hebben: wie de uitvallers van het eerste jaar meetelt, komt iets lager uit. In elk geval is de streefwaarde van zeventig procent rendement in 2014 “nog niet binnen bereik”, zoals Noorda stelt. Vooral aan de technische universiteiten is het studierendement volgens hem te laag.
Streefcijfers
De ambitieuze doelen die de universiteiten in 2008 met toenmalig onderwijsminister Plasterk overeenkwamen, zijn kortom nog lang niet gehaald. Eind juni verscheen een rapport van de Onderwijsinspectie die concludeerde dat de landelijke streefcijfers voor goede instellingen te weinig uitdagend, maar voor de achterblijvers moeilijk haalbaar zijn. Ze pleitte daarom voor prestatieafspraken per instelling.
Cultuurverandering
Intussen vervolgen de universiteiten de eerder ingeslagen weg. “Het verbeteren van studiesucces is een proces van lange adem”, schrijft voorzitter Noorda in de brief. Er is volgens hem een cultuurverandering vereist, “van zowel de universiteiten als de studenten”.
Pilot
Het is de verwachting dat elke universiteit en faculteit op andere wijze handen en voeten zal geven aan het voornemen. Dat blijkt in elk geval uit de voorbereidingen voor de pilot bij de Rotterdamse Faculteit der Sociale Wetenschappen. Daar start 1 september 2011 een proef en uit de examenregelingen blijkt dat er zelfs tussen de opleidingen enorme verschillen bestaan.
De VSNU maakt een voorbehoud. In het licht van de bezuinigingen pleiten ze voor “realistische ambities”. En: “Kleinschaliger onderwijs is echt niet realiseerbaar zonder extra middelen.” HOP/GM
EM zoekt een motto en jij mag ’t bedenken!
Ieder zichzelf respecterende organisatie vindt zichzelf elke paar jaar weer opnieuw uit.…