Een hartstochtelijke, maar buitenechtelijke affaire met de glazenwasser, een torenhoge schuld naar aanleiding van de combinatie internet en creditcard of seksuele intimidatie op de werkvloer: sommige geheimen deel je het liefst met niemand.

Tv-programma’s als Secret Story en tijdschriften als Weekend en Privé bewijzen dat we met het delen van andermans leed echter minder moeite hebben. Hoofd-docent bestuurskunde Steven van der Walle en psycholoog-onderzoeker Andreas Wismeijer gaan woensdag 20 april tijdens het Denkcafé in debat over de voor- en nadelen van geheimen.

Ter voorbereiding hierop hebben we alvast drie vragen over geheimen aan Wismeijer gesteld.

1. Hebben geheimen een evolutionaire functie?

“Ja, daar geloof ik zeer zeker in. Iets is evolutionair bepaald, wanneer we het in andere culturen terug kunnen vinden en wanneer mensen het gedrag vertonen zonder dat dit aangeleerd is en dat is met geheimen het geval.

Uit onderzoek is gebleken dat psychische patiënten – zelfs na jarenlange, intensieve therapie – nog geheimen voor hun begeleiders hebben. De drempel om geheimen te delen ligt erg hoog.

Daarnaast zijn geheimen van oudsher erg nuttig: in de oertijd was voedsel schaars. Wanneer je bijvoorbeeld een bramenstruik vond, dan was het belangrijk dit voor jezelf te houden. Als al je vrienden dezelfde struik zouden vinden, dan zou het voedsel immers snel op zijn. Mensen die goed geheimen konden bewaren, waren volgens mij beter in staat om te overleven. Overigens moet ik hierbij vermelden dat dit nooit is onderzocht.”

2. Leiden schaamtegevoelens tot geheimen of andersom?

“Volgens mij leiden schaamtegevoelens tot geheimen. Hier is wel onderzoek naar gedaan en één van de meest genoemde motivaties om iets geheim te houden is schaamte.”

3. Waarom smullen we zo van andermans geheimen?

“Dit komt voort uit de menselijke nieuwsgierigheid, wat wederom evolutionair bepaald is. Teruggrijpend op het voorbeeld van de bramenstruik: het was nuttig om nieuwsgierig te zijn en zo nieuwe voedselbronnen te vinden.

Informatie die niet direct toegankelijk is, vinden we interessant. Een glazen doos niet, omdat we direct zien wat erin zit en kunnen bepalen of we het kunnen gebruiken. Een deur die op een kier openstaat zorgt er echter voor dat we hem willen openen, om te zien wat daarachter zit.” MvB

Het Denkcafé ‘Het nut van geheimen’ vindt woensdag 20 april 2011 plaats om 20.00 uur in Arminius.