Het aantal medewerkers en studenten dat met de auto naar de universiteit gaat is in de afgelopen drie jaar gedaald. Dat blijkt uit het Mobiliteitsonderzoek dat in juni is gehouden onder studenten en medewerkers van de EUR.
Op dit moment gaat 36 procent van de medewerkers en 11 procent van de studenten met de auto. In 2007 werd een vergelijkend onderzoek uitgevoerd en waren die cijfers nog respectievelijk 43 en 17 procent. Behalve de autogebruikers gaat van de studenten 55 procent met het openbaar vervoer naar de universiteit, 31 procent met de fiets en 4 procent op overige manieren, dat wil zeggen lopend of per scooter, bromfiets of motor. Van de medewerkers gaat 29 procent met het openbaar vervoer, 31 procent met de fiets en 4 procent op overige manieren.
Duurzame universiteit
De EUR wil graag een duurzame universiteit worden. Begin 2010 is het project mobiliteitsbeleid EUR gestart met als doel een duurzaam mobiliteitsbeleid te bereiken door medewerkers en studenten te stimuleren meer gebruik te maken van het openbaar vervoer, te fietsen of te lopen en het autoverbruik te verminderen. Dit zou bijvoorbeeld bereikt kunnen worden door een betaald parkeersysteem in te voeren.
Meer fietsenrekken
De fietsfaciliteiten worden door meer dan de helft van de respondenten positief beoordeeld. Van de studenten vindt echter 24,4 procent en van de medewerkers 22,3 procent de faciliteiten matig of slecht. Om het fietsgebruik te stimuleren zou er dus wel wat moeten veranderen. De respondenten geven aan behoefte te hebben aan beter gescheiden fiets- en voetpaden, meer fietsenstallingen en fietsenrekken en een reparatieservice voor fietsen. De bereikbaarheid zou ook beter kunnen door onder andere een shuttlebus te laten rijden tussen Rotterdam Centraal en de universiteit en door de verkeersituatie rondom de campus veiliger maken.
Milieubewust?
Het autogebruik is dus al gedaald. Projectleider Amanda Hanemaaijer wil wel als kanttekening plaatsen dat de onderzoeken uit 2010 en 2007 niet helemaal een op een te vergelijken zijn. “Maar het is wel duidelijk dat er minder medewerkers en studenten met de auto komen. Ze lijken zich meer bewust van duurzaamheid.” Ze geeft aan niet zeker te weten dat dit de reden is om de auto te laten staan. “Het kan ook met de kosten te maken hebben of de toename aan files. Dat zouden we in een vervolgonderzoek kunnen onderzoeken.”
Reiskosten
Bij de keuze van een vervoermiddel blijkt bij medewerkers de flexibiliteit doorslaggevend te zijn en bij studenten de reiskosten. De term flexibiliteit werd niet gedefinieerd in het onderzoek en is volgens Hanemaaijer afhankelijk van de interpretatie van de respondenten. “Het kan gemak zijn of op een bepaald moment voor een vervoersmiddel kunnen kiezen.” De enquête is per e-mail naar alle 19.000 studenten en 3.000 medewerkers gestuurd. Van de studenten hebben 1638 gereageerd (8,4 procent) en van de medewerkers 1083 (36,1 procent).
Meer op de fiets
De onderzoekers van het project stellen voor om te streven het autogebruik in 2015 bij medewerkers van 36 naar 25 procent en studenten van 11 naar 5 procent omlaag te brengen. Hanemaaijer: “Dit leek ons in vergelijking met andere bedrijven en universiteiten realistisch.” Veel andere universiteiten zitten al op 25 procent autogebruik bij medewerkers. Het College van Bestuur moet nog een besluit over deze streefcijfers nemen. (TL)