Maarten Kroeze, decaan van de rechtenfaculteit, speelt met het plan om ‘compensatoir toetsen’ in te voeren, om het rendement en de doorstroming te verhogen. De economen en psychologen hebben goede ervaringen, maar scepsis is er ook.

Compensatoire toetsing betekent dat studenten niet meer voor alle vakken een voldoende moeten halen, maar een 5 kunnen compenseren met een 7. Er is dan minder kans dat iemand zijn universitaire loopbaan moet staken door één enkel struikelvak. Onderwijsdirecteur Ivo Arnold (Erasmus School of Economics) en rector Henk Schmidt kwamen hun ervaring met compensatoir toetsen toelichten op een bijeenkomst van de rechtenfaculteit op 3 februari.

Eerlijker systeem

Schmidt vindt het compensatoir toetsen een eerlijker systeem, omdat er volgens hem altijd ‘een bias’ zit bij de beoordeling van tentamens. Het spant er wel eens om of iemand een vijf of toch een zes haalt, en dat kan onterecht negatief uitvallen voor de student. Dus meer uitgaan van het gemiddelde van alle vakken aan het einde van het jaar, zoals op de middelbare school, gunt hij de studenten.

Kneuzen

Net als bij psychologie is bij economie compensatoir toetsen al ingevoerd. Maar, zegt onderwijsdirecteur Ivo Arnold, nog steeds valt een derde van de studenten af na het eerste jaar. “Er wordt dus nog steeds geselecteerd, wat ik niet slecht vind. De kneuzen hebben er dus eigenlijk niets aan.” Wel ziet hij bij de normale tot goede studenten een gunstig effect. Die studenten stromen inderdaad sneller door. Ook berekende Arnold of het niet halen van een klassiek struikelvak als micro-economie nadelig is voor het resultaat bij het vervolgvak micro-economie later in de opleiding. Dat blijkt niet zo te zijn.

Scepsis

Scepsis werd verwoord door professor Henk van de Bunt van criminologie, die bang is voor de reputatie van de faculteit. “Studenten willen volgens mij geen vijf op hun bul hebben staan.” Wel zou Van de Bunt ermee kunnen leven als het zo ‘onversneden mogelijk’ wordt ingevoerd: studenten mogen een aantal vijven compenseren, maar niet of bijna niet herkansen. Maarten Kroeze: “Daar zou ik ook voor zijn. Maar ik moet wel mensen mee krijgen.”

Wat vindt de Orde van Advocaten?

Van de Bunt liet merken dat hij niet weer alles wil omgooien in het rechtencurriculum. “We hebben net een blokkensysteem ingevoerd waar mensen veel tijd en moeite insteken. Dat levert al meer rendement op.” Er is ook nog een ander mogelijk fundamenteel bezwaar voor de rechtenfaculteit, opgeworpen vanuit het publiek: voor toekomstig advocaten geldt het zogenaamde ‘civiel effect’, dat samenhangt met een cluster van vakken dat de Orde van Advocaten broodnodig acht voor het vak. Staat deze Orde het toe dat één van die vakken afgerond is met een vijfje? DR